Componisten/ Een Rhexenor en Random Plan/ Tir-na Nog'th - Contact

Het Paradijs
Ronardo zit bij Hera met de baby op schoot. Een lief, rustig kind, ze murmelt wat en ze is slaperig. Hera vindt dat de baby bij haar moet blijven. Ze vindt dat hij niet moet gaan wandelen met de baby en ze gaat niet meelopen. Wat last van haar spieren. Hij belooft de baby terug te brengen. Hij wil haar mee nemen om aan zijn moeder te laten zien. Daar komt niets van in, geef de baby maar hier. Ze pakt haar over en het kind wordt in een wiegje binnen gelegd.
Hij gaat op zoek naar de muzieklui, die verspreid wonen daar niemand naast hen wil wonen.
Een vent schrijft muzieknoten in het zand, hij ziet er vies en verwilderd uit. In het Frans spreekt hij hem aan, vervolgens Spaans en Portugees. In het Spaans vraagt hij of Ronardo niet in zijn licht wil staan. Er zijn hufters die hem in de bak gooien steeds en dan zijn noten wissen. Dit is geen aardige man, hij is niet helemaal lekker. Hij is Maurice, bezig met een briljant muziekstuk. Er staat een gedeelte op de muren in de cel waaruit hij ontsnapt is. Het heet Bolero. Ronardo gaat hem helpen. Het begin weet Ronardo wel. Het begint zachtjes. Ronardo denkt dat hij muziekles heeft gehad, kent nog wel een paar noten. Hij heeft geen cd’tje bij zich, Patroon werkt niet. Ook zijn handschoen werkt niet, er is iets naars met beiden. Hij ziet zelfs een randje waar de arm overgaat in de handschoen. Net of deze af kan. Hij houdt vanaf nu beide in de gaten, hij wil ze niet kwijt. Ze zijn wat enger nu. De baby heeft zich gelukkig goed gehouden toen hij haar op schoot had. De man moppert dat hij geen drankprobleem heeft. En hij is de expert in Magische muziek. Hij schrijft een paar noten, zo doe je dat. En andersom spelen als je van steen weer terug wilt veranderen. Dit muziekstuk is van een andere componist, weet Ronardo. Die noten staan overal, beweert Maurice Ravel. Ronardo ziet niets, neemt een aanloop en springt recht op de paukenslag, aldus Maurice. Hij scheldt Ronardo uit als deze wegloopt.
Daarna komt hij bij een houten huisje met een oude man op een bankje die niet op of om kijkt. Hij schrikt als hij Ronardo ziet. Hij pakt een leitje en schrijft: wie ben je. Ronardo schrijft terug, de ander is Herr Beethoven. Heeft hij verstand van Magische Muziek? Hij heeft dergelijke stukken gemaakt, over de ringen. Niet in het echt, het is allemaal fantasie wat hij heeft gebruikt. De harpspeler is bijzonder. Er zijn diverse beroemde componisten, niemand die echt tovermuziek kan voor zover hij weet. Misschien kun je hem overmeesteren en zijn harp pakken en de noten andersom spelen. Hij ziet hem niet zo vaak, hij komt alleen als er een nieuwe is. Hij is vaak op reis. Hij is al heel lang doof, hij heeft geen muziekblad bij zich, hij heeft de muziek altijd in zijn hoofd.
Er stond iemand voor zijn neus en die nam hem mee door een soort deur, die persoon was nogal sterk. Vroeger kon hij horen, nu niet meer. Hij schrijft nog steeds muziek, nu hij doof is hoort hij beter. Hij kan zich beter concentreren nu er geen achtergrondgeluiden meer zijn. Hij zou het op prijs stellen als Ronardo zijn doofheid kan repareren. Er zijn genezers hier, maar deze hebben hun instrumenten niet. Er is iets fout gegaan, aldus een hartchirurg. Hij legt uit hoe de doofheid begon, hij weet niet hoe het zo kwam. Misschien door een ziekte. Hij denkt dat magie niet echt bestaat, alleen in sprookjes. Ronardo neemt afscheid, belooft een gewone dokter voor hem te regelen.
Dan komt hij een jong ventje tegen dat irritant begint te lachen. Weer een Duitser. Deze heet Wolfgang, hij heeft een fluit van riet gemaakt, hij is bezig een toneelstuk te bedenken met muziek. Er zijn hier geen instrumenten. Hij hoorde interessante muziek, er was een zwerver met harp en toen was hij ontvoerd. Daar is hij niet blij mee want zijn vrouw zit nog thuis. Hij vraagt Ronardo danspasjes te maken en iets te zingen. Hij speelt een deuntje en dat moet Ronardo nazingen. Wolfgang vindt dat hij goed zingt, hij kan de hoofdrol krijgen. Of meer een rol aan de duistere kant? Ja, daar is Ronardo ook goed in. Natuurlijk kent hij magische muziek, alle vrouwen van hun sokken spelen. De vrouw met haar groene haar is een lekker wijf. Je moet precies weten wat het deuntje was. Hij heeft een fotografisch geheugen. Hij speelt een deuntje op zijn fluit en een plant versteend. Hij speelt terug, dan is de plant half ontsteend. Hij geeft Ronardo de fluit en ze gaan samen spelen. Na een paar keer kunnen ze het samen. Hij is echt goed. Hij heeft ook trommels, maar hij moet er niet te hard mee spelen, want Maurice bijt mensen. Hij is helemaal knetter. Anderen vinden zijn muziek niet goed genoeg. Zo’n Leonardo bijvoorbeeld. Michel d’Angelo wil niet, ene Aristo zit altijd in bad. In de heuvel woont een blauw mannetje, met een heel groot hoofd en rare ogen. Dat is geen mens. Er valt niet mee te praten. Hij ruikt raar. Als het beter weer wordt, spelen ze bij avond met een orkestje. Hij geeft het toneelstuk aan Ronardo, hij mag de nimf zijn. Hij heeft nog een vrouw nodig die de hoofdrol wil spelen. Dat vette wijf wil niet meedoen. En ze zit hier met een baby, die worden hier nooit geboren terwijl er wel stelletjes zitten. Die zwerver is niet gewoon, zegt Wolfgang, dat lijkt op het verhaal van de rattenvanger. Alexander wil ertegen vechten, hij is mensen aan het verzamelen die tegen de zwerver willen vechten.

De Weglopers
Rhexenor gaat om het huis snuffelen naar sporen, die zijn wat oud inmiddels. Ze hebben nog meer moeite gedaan om het te wissen. Het gaat heel moeilijk worden om het gevolgd te gaan krijgen. Dus wat nu. Ze hebben iets gebruikt om te wissen, een andere power. Hij zet zijn helm op met de bedoeling magie te volgen. Maar dat is na verloop van tijd ook weg. De helm gaat af, hij tracht weer zijn snuffelneus, maar het is moeilijk. Ze lijken te weten dat hij achter hen aan zit. Hij komt bij een kruising van wegen met vele sporen, mensen en karren en daar raakt hij het spoor kwijt. Er staat een wegwijzer. Drie namen van steden die hij niet kent. Het meisje kan dus Logrus, niet eens zo heel goed, anders had hij het niet gemerkt. Hij staattde denken wat nu te doen. Wie is goed met informatie? Hij troeft naar Random, die enthousiast is. Of hij hem door zal halen? Oh ja, hij is bezig met dat Amblerash gedoe, K hè!
Hij haalt Random door die keurig in pak is en dat verandert meteen in een middeleeuws kloffie. Hij ziet er wat ongeschoren uit. Een zootje hier, dat is Logrus, ziet hij meteen. Hij legt het verhaal uit in een nieuw eethuisje ergens verderop na de volgende bocht, waar ze Griekse maaltijden op het menu blijken te hebben. Rhex vertelt over Hannah de Heks. Random kent het verhaal van de Heks en Hans en Grietje. Dan vertelt Rhex alles wat er is gebeurd, Random vindt het een vreemde vorm van martelen die hij heeft toegepast op Guillaume.
Dit is Amblerash. Je hebt kans dat zowel Rodney als Mayna allebei vermoord gaan worden. Dit is een schande voor Amblerash. Dat wil Rhexenor liever niet. Volgens Random worden ze in het gunstigste geval uit elkaar gehaald. Gedwongen te worden om te trouwen is niet leuk, verzekert Random hem, ook al is het in zijn geval goed uitgepakt. Hebben ze gezegd dat hij het MOET doen? Hij zou toch ook tegen hen kunnen jokken? Rhexenor bedenkt dat hij kan zeggen dat ze dood zijn. Hij kan niet goed liegen, weet Random. Hij kan niet eens zeggen dat Random knapper is dan Bleys. Hij moet mensen recht aankijken als hij tegen ze liegt.
“Je spieren zijn echt een stuk minder geworden. En wat ben je knap!” En nee, hij liegt nooit.
Met wie wil Rhexenor vrienden zijn? Met allebei natuurlijk. Tja, het blijft Rhexenor…
Random vindt hem een watje. Dan moeten ze met een plan komen. Dat is moeilijk. Ze hebben vrienden die Rhex dwars zitten? Grappig, een opstand van de jongeren van Amblerash, dat is iets voor Martin. Of zijn kleindochter. Al eindigt het dan wel steeds met machinegeweren.
Rhexenor heeft als idee om lijken van het stel te maken, niet de lijken van Rodney en Mayna uiteraard, en zeggen dat hij te laat was. Dan kunnen ze ook iets doen met machinegeweren.
Ze moeten iets smerigs verzinnen, denkt Random. Dat met die lichamen is een goed idee. Hij troeft de opdrachtgever met het verhaal dat hij ze gevonden heeft, ze verzetten zich, het wordt een troep, de opdrachtgever die gewond raakt… Klinkt als geweldig! Zijn kleindochter is goed met Logrus, misschien daar iets mee verzinnen. Of gelei dat je op het lichaam smeert en dan zegt het boem. Bij de opdrachtgever werkt techniek, hier niet. En er moet een lichaam zijn. Je vertelt later dat het meisje iets deed toen je aan het troeven was. Hij moet hem slepen, hij is aan het bloeden en de jongen ontploft in zijn armen. Alleen vervelend dat hij zijn ballen kwijt zal raken… die kan hij afschermen. Ze zullen alleen de jongeman insmeren, één lijk is genoeg. Maar eerst moeten ze ze toch maar vinden. Random heeft wat last van de Logrus alleen. Ze hebben een Logrusgebruiker. Sientje heeft een ‘beetje’ Logrus… Edwina ook…
Misschien was ze het wel. Hij herkende haar niet. Ze kunnen Gilva erbij halen…
Dan Xena maar. Rhex troeft en heeft onmiddellijk contact. Oh Rhexenor…. Hij ziet even Edwina en dan is het Xena weer. Ze hebben nu een plan, zegt hij. Een willekeurig persoon en ik. Ja hoor, Edwina is Xena. Leuke val, zegt hij. Ze laat zich doorhalen, ziet Random en zegt: “Opa wat doe jij hier?” Hij ergert zich aan het feit dat zij hem opa noemt en begint haar uit te horen. Zat zij niet op school? Nee, haar vrienden zijn in gevaar. Rhex legt uit dat ze alleen nog maar een lichaam nodig hebben dat moet exploderen. Xena wordt boos. Ze wordt uitgenodigd te gaan zitten, er is net nog een vleesreepje Gyros over. Er wordt nieuwe besteld.
Het is een slecht plan van opa, vindt ze. Hij zegt dat zij hem Random moet noemen, ze kijkt hem boos aan. En dan is Rhexenor haar achteroom, ook al oud en stoffig en werkt voor fossielen. Ze hebben een lijk nodig, ze zoeken naar een lijk dat lijkt op Rodney. Hij legt de rest ook uit. Er moet een gevecht op de achtergrond bezig zijn terwijl hij met veel moeite Rodney doorhaalt naar zijn opdrachtgever… Xena is geïnteresseerd. En ze zoeken nog een Logrusklooier waardoor het echt lijkt. Iemand klooide met Logrus hier, zegt Random. Hoe is het eigenlijk met haar studie? Al af? Nee, ze heeft haar studie niet af en ze heeft een vrije dag. Als Mandor hiervan hoort… dreigt Random.
Mandor is er niet, zegt Xena. Hij komt weer terug, zegt Random. Als hij hoort hoe vaak je gespijbeld hebt… Xena kijkt toch een beetje benauwd terwijl opa haar vertelt hoe zwak ze is met Logrus, hij voelt zo dat het gebruikt is.
Waarom neemt die jongen Mayna niet gewoon als minnares terwijl hij trouwt met de uitverkorene. Tegenwoordig moeten mensen zelf weten met wie ze omgaan, met wie ze mogen trouwen, hij is gedwongen met die stekeblinde Vialle te trouwen, zegt Xena. Random vindt haar heel erg aardig.
Zij wil alleen gaan overleggen met de jongeren over het plan van opa en oudneef en ze eet snel haar gyros op met wantrouwende blikken naar Rhexenor. Ze gaat door middel van een kaartje. Dat was een interessante Troef, zegt Random. Hij pakt een witte Troef en er verschijnt een plaatje op. Als iemand Troef in zijn buurt gebruikt, vangt hij dat op en hij heeft dan een kopietje. Het is top secret uiteraard.
Ze wachten. En er gebeurt niets. Ze drinken wat, het wordt later en later en dan wordt Rhex getroefd door Deirdre die zegt dat het even geleden is dat ze elkaar gesproken hebben. Hij mag jij zeggen. Die verloving was al een paar weken geleden, zegt ze. Er was iets met tijd in het koekhuisje denkt hij nu.
Verder alles goed? Het is vrij rustig nu, het trouwfeest heeft hij niet gemist, dat is uitgesteld. Morwenna is al een poosje kwijt, de plaats waar het huwelijk voltrokken zou worden, was al bekend bij te veel mensen, bovendien was Rhexenor ook onvindbaar. Vreemd genoeg wilde Mandor niet trouwen zonder zijn bruid.
Dalt is al een tijdje niet gezien, deze is vast iets aan het plannen. Ze wil bepaalde dingen niet over de Troef bespreken. Bij hem thuis gaat ook alles goed. Sinds die kat er is, gaat het afluisteren niet echt goed. Ze had er alleen wat dingen om hem in de gaten te houden, om een oogje in het zeil te houden en hem te beschermen. Er is heel veel kans op infiltranten, hij wil toch niet dat zijn bruid weer ontvoerd wordt? Als er iets aan de hand is kan Deirdre snel ingrijpen. Ze moet hem eigenlijk dringend spreken, over het koningschap. Ze heeft onlangs een gesprek gehad met Benedict. Zelfs zijn vader is rustig, hij weet zeker niet waar hij mee bezig is? Nee, ze mist hem niet.
Ze nemen afscheid en meteen komt er een dringende andere Troef, een boze Xena. Belachelijk dat hij met zijn moeder aan het praten was, hij had haar moeten zeggen op te rotten! Zulke dingen zegt zij ook tegen haar moeder. Dat is een rotwijf en het gaat hem niets aan wie dat is!
Ze heeft het plan besproken. Ze zijn er nog niet uit, maar hij moet beloven niet te gaan vechten als ze hem doorhaalt. Die ouwe klootzak moet dat ook beloven. Het is je opa, zegt Rhexenor verwijtend. Een duffe oude hufter, een vunzig mannetje, roept ze uit. Zou ze weten dat Random uit gewoonte Troeven afluistert?
Over en weer proberen ze het contact te verbreken, wat zeer lastig is maar uiteindelijk lukt. Dan krijgt Random troefcontact en deze verdwijnt. Rhexenor wordt even later ook doorgehaald. Het personeel in een bepaald eethuisje moet uiterst pijnlijk verrast zijn geweest, tenslotte hadden ze een flinke maaltijd besteld, maar er niet voor betaald nog…
Ze staan in een vrij groot oud landhuis met een aantal jongeren en de reus is er ook bij met zijn zwaard. Dan komen de jongeman en het meisje eraan, hand in hand. De jongeren hebben niet echt manieren, ze maken duidelijk dat Random de ouwe lul is hier. Dat terwijl hij in Amber zo’n beetje de jongste is. Ook Random gedraagt zich bot, maakt snerende opmerkingen zoals: mogen jullie wel zonder luiers hier rondlopen van je moeder? Of: ze zijn zo verliefd, eeuwige liefde, gelockte horens, staart in staart, tussen demonen is toch echte liefde mogelijk.
De jongen zegt dat ze stabiel zijn en hij niet met een ouwe taart gaat trouwen. Misschien is het een beeldschone prinses, zegt Rhexenor. De jongen kijkt geïnteresseerd. En misschien is degene op wie je verliefd bent het eerste het beste straatmeisje van Jesby, voegt Random er aan toe. Oh, ze is van Mason, nog erger. Dat is een gerespecteerd oud huis, zegt de jongen boos.
“Het gaat erom dat wij jongeren zelf kunnen kiezen!” roept Xena. “Ik schaam me diep voor oom Rhex. Eén en al spieren en helpt die ouwe fossielen.”
Nicky, een nichtje van Mayna, zegt dat Rhexenor toch degene is die met het keukenmeisje is getrouwd? Oh, is hij dat! Ze hebben gehoord dat een Amberiet het heeft aangedurfd om met een lelijk meisje te trouwen. Niet lelijk, zegt Rhexenor, maar ze kan inderdaad niet koken. Hij was toch gestuurd om Rodney te vermoorden?
Ze vinden het een slecht plan. Het gaat om het principe, dat de ouwe fossielen niet hun leven bepalen. Rhexenor zegt dat ze niet erg verliefd zijn en deze rebellie is vast door Xena gestart…
Verander maar even terug, zegt deze met een zucht. De echte geliefden gaan nu bij elkaar staan, die zijn wel verliefd.

Tir-na Nog’th
Morwenna slaapt en droomt. Ze is gewoon thuis, het is avond. Owen is naar bed en ze heeft een uitgebreid gesprek met Mandor over een aantal dingen. Het erkennen van Owen, over het feit dat de nieuwe zwangerschap wat complicaties zal opleveren omdat deze ook voor het huwelijk is. Ze ruziën wat over het feit dat Mandor zich heeft laten omhelzen en aflikken door die wijven en dat Morwenna die kerels uitdaagde en het heeft toegestaan dat ze haar kusten. Mandor legt fijntjes uit dat, zodra bekend wordt dat hij een zoon heeft, deze bovenaan de doodslijst komt. Morwenna heeft er moeite mee dat ze hun kinderen dus zoveel mogelijk in het geheim moeten opvoeden.
Ze wordt wakker in een ander soort slaapkamer, het voelt het raar aan, ze heeft geen idee hoeveel tijd ze er heeft doorgebracht. Maar aangezien haar buik aardig gegroeid is en de bewegingen van de baby voelbaar, lijkt het om meer dan één nachtje te gaan. Er hangen schone kleren in de kast. Naast de kamer is een grote hal met zwembad, met een hete poel erbij waar vreemde mensen in zitten. Ze kijken naar haar, doen niet raar, maar zeggen niets terug als ze ze begroet. Daar komt oma aanzetten en zij stapt ook het water. Dan preutse Morwenna ook maar. Het water bubbelt een beetje, het is warm. Het zwembad is kouder, legt oma uit. Het maanlicht schijnt door de ramen. Ze gaan het bad uit, Morwenna kleedt zich aan op haar kamer en Oma komt haar halen voor ontbijt.
Weer naar dezelfde deur, ze wil ontbijten in Londen. Het is er mistig, hier en daar staan huizen. In de verte hoort ze een vreselijk gegil dat wordt afgebroken, vanuit een ooghoek meent ze Brand en Ronardo te zien. Ze zagen er netjes uit alsof ze naar een feest gingen.
In een eethuisje wordt ontbijt besteld. Oma eet heel weinig weer, ook minder dan de meeste mensen hier.
Morwenna vraagt naar dromen. Dulcimea zegt dat dat bewust zou kunnen, maar ‘zomaar’ weet ze niet. Het is raar dat Morwenna een droom heeft gehad zoals vannacht. Ze zou eerder denken dat ze dagdroomde. Haar volk slaapt niet echt. Het is geen ochtend, het is laat in de avond steeds.
Tir-na Nog’th is stuck in time, de scheidslijn tussen machten is kleiner. Het verschil tussen Patroon, Troef en Spiegels is kleiner. Er kunnen dingen hier die kunnen die elders niet kunnen. Of hun hele leven is een droom. Ze is er over na gaan denken dankzij opa. Die verscheen en nam met zich tijdsbesef mee. Alsof hij een beetje wakker was en bleef. Sindsdien is haar leven misschien saaier geworden sinds hij weg is. Ze heeft het besef dat er soms niets gebeurd.
De tijd ervoor is meer wazig, voordat ze hem ontmoette. Toen had ze een doel. Daar heeft hij haar vanaf gehaald, ze weet niet meer wat haar doel was. Het had iets te maken met bepaalde dingen, met ingrijpen bij bepaalde gebeurtenissen. De behoefte daaraan is minder geworden. De komst van een dochter is iets dat nooit gebeurde. Soms kwamen er buitenstaanders, dan ging er iets mis en er was eentje minder. Sinds ze Morwenna’s opa kent, is dat veranderd.
Dat Morwenna hier is, is omdat ze dat zelf heeft gedaan, net als Oberon eerder. Er is nog iemand die dat kan, die komt niet zo vaak gelukkig. Ze noemen hem ‘de witte ridder’. Ze werden hier aangevallen door iets of iemand, een soort van schim. Hij verscheen en heeft hen gered. Het binnendringen van lui in hun wereld gaat gepaard met alsof ze wakker werd. Eigenlijk slapen ze nooit.
Haar dochter sliep soms, haar minnaar ook, minder dan Morwenna trouwens. Haar hele volk merkte dat ze een beetje wakker werden. De schim zocht hen op en wilde hen vermoorden. Een soort van schaduw, alsof er een schaduw tot leven kwam. Nu denkt ze dat de schim haar specifiek wilde vermoorden. Toen was er ineens de jongeman die verscheen in de buurt van Patroon en kwam op de één of andere manier bij hen terecht. Het was zelfs alsof hij hen zag. Morwenna was ook ineens hier… De jongeman leek op haar minnaar. Hij droeg een wit harnas en had lang donker haar.
Morwenna laat een Troef van Julian zien, Dulcimea twijfelt een beetje, hij lijkt wat ouder op de Troef. De jongeman was een hooguit een jaar of 16, hij leek haar iemand die dat kon, zomaar op komen dagen. Hij deed iets wat alleen bepaalde wezens kunnen, al dan niet per ongeluk. Morwenna denkt dat het haar vader is geweest, deze heeft een dergelijke eigenschap.
Oberon was op zoek naar kennis van de runen, zei hij, maar bedoelde voorkennis. Naar de Macht om dingen vooruit te kunnen zien. Er is niemand van haar volk dat ooit zo’n iemand heeft ontmoet, ze hebben niet zoveel contact onderling, er is niemand die kinderen heeft. Ze zijn gewoon.
Morwenna legt uit dat ze een manier wil vinden om haar verloofde te spreken. Misschien kan ze de poel gebruiken, stelt Dulcimea voor.
Morwenna betaalt voor het ontbijt en begeleidt Oma terug naar het kasteel, alwaar Oma haar mee neemt naar een waterbassin met inktzwart water. Morwenna ziet een reflectie van zichzelf en niet van Dulcimea. Deze zegt dat ze dan iets niet goed doet, ze hoort geen spiegelbeeld te zien.
Morwenna probeert haar spiegelbeeld dan weg te denken en na een poos concentreren ziet ze een inktzwarte duisternis waar iets mee is. Ze probeert zich Mandor in Gormenghast voor te stellen. Er verandert niets. Daarna denkt ze meer aan de persoon zelf, het lijkt of er iets veranderd. Er verschijnt een soort beeld in de poel. Ze ziet een slungelachtig jochie met wit haar dat ruzie maakt met andere jochies. Verderop staat een klein roodharig meisje te huilen. Het jongetje is een jaar of zeven. Eén van die jochies heeft een mes. Hij deinst achteruit, hij is achter zijn rug aan het gebaren en gooit hem dan iets smerigs in het gezicht. Het joch kronkelt, van zijn gezicht is niet veel meer over, en er komt een klein krabachtig wezen uit die jongen gekropen.
Morwenna kan die lijn volgen. Bij een volgend beeld is het witharige jongetje een jaar of vier en wordt door stevige knullen in elkaar gemept. Ze laten hem voor dood achter, alle ledematen zijn gebroken en wordt in die toestand gevonden door een kindermeisje met een klein roodharig meisje op de arm.
Ze volgt de lijn weer terug en Mandor leven speelt zich zo’n beetje voor haar af. Er zijn veel enge demonen, vluchtende mensenmassa’s, enge dingen. Het geheel is een grimmig verhaal. Ergens ontwaart ze dat mens, verliefdheid, een baby en dan haat en nijd. Veel vluchten, kind dood, Mandor die iedere keer terug gaat om wraak te nemen op de moordenaars. Uiteindelijk treft ze hem aan in een bekende huiskamer waar hij rustig een boek zit te lezen. Ze gaat verder door, er is een splitsing in de lijn en deze wordt waziger. Ze volgt er eentje en ziet een huilende vrouw die heel verdrietig is. Zijzelf. Ze is samen met Mandor die heel grimmig kijkt. Dit heeft iets met gif te maken. De lijn daarna is kort en uiterst woest. Vervolgen van mensen, martelen, doden, wraaknemingen. Het geheel eindigt in de gewelddadige dood van Mandor Sawall.
Dit is veel uitputtender dan Patroon lopen, het kost heel veel tijd. Het vergt iets dat Morwenna niet heeft. Ze gaat terug tot het rustpunt en vraagt of hij haar hoort. Hij beweegt bijna niet. Tijd aan elkaar aanpassen gaat ook niet. Dan probeert ze zijn hand aan te raken. Er gaat een schok door beiden heen en hij bungelt dan aan haar hand, onder hem een zwart gat. Als ze hem loslaat, zal hij daarin verdwijnen. Ze haalt hem naar zich toe. Hij is bewusteloos en verkrampt, haar rechterarm is totaal gevoelloos en verkrampt. Oma kijkt geschokt, Morwenna onderzoekt Mandor. Hij ziet altijd wat bleek, nu is hij in en inwit en haalt slecht oppervlakkig adem. Hij heeft een enorme opdoffer gehad. Dulcimea verwijt dat Morwenna heeft zitten klooien, dat zit in haar familie en het komt niet van Dulcimea’s kant. Morwenna draagt Mandor naar haar kamer en legt hem daar op bed. De omgeving is hier al niet zo gunstig voor hem. Ze heeft het idee dat ze hem iets meer kent dan eerder. Hij is best een engerd en behoorlijk radicaal. Ze probeert wat dingen uit, er werkt niets, hij ligt in coma. Als een soort laatste redmiddel giet ze hem de potion door zijn keel die ze ooit van Julian heeft gekregen. Hij krijgt weer wat kleur, hij begint fatsoenlijk adem te halen en doet zijn ogen open. Hij is blij Morwenna te zien, verder is hij geschokt dat hij zomaar ergens anders is, het voelt hier niet geweldig aan.
Hij weet niet wat er gebeurd is. Hij kreeg een enorme klap. Morwenna vertelt dat hij in Tir-na Nog’th is en dat het Patroon erg aanwezig is. Dat merkt hij. Er hangt ook iets van Logrus, zegt hij aarzelend, maar raar. Het Patroon is veel sterker.
Hoe moet dat nu met hun zoon? Die kan niet alleen zijn! Ze hebben toch een kindermeisje, zegt Morwenna. Mandor kijkt schuldig. Ze heeft geen instructies en hij twijfelt of ze zelf gaat denken. Bovendien vertrouwt hij haar niet. Met Owen is alles goed, de laatste keer heeft hij hem in bed gestopt, is gaan studeren en kreeg een vreselijke klap. Als Morwenna zegt dat zij dat was, vraagt hij of ze gek geworden is. Zonder Troef contact proberen te maken? Wil ze hem soms dood hebben? Zou ze dan achteraan willen sluiten in de rij? Ze zegt dat het geen aanslag was, het voelt wel zo. Hij wil wat uitrusten, heeft hoofdpijn. En wat drinken graag. Morwenna vindt thee vlak naast haar kamer, hij vindt dat nergens naar smaakt. Of ze zijn smaakpapillen misschien ook heeft verknald? Dan zijn die van Morwenna ook naar de knoppen, de thee smaakt naar heet water. Intussen begint er wat gevoel in haar arm terug te komen, eerst wat getintel, dan een stekende pijn.
Ze probeert Mandor op te beuren met te zeggen dat de tijd in Gormenghast praktisch stil staat ten opzichte van Tir-na Nog’th, wellicht is Mandor weer terug voordat Owen in de gaten heeft dat hij weg is. Mandor ziet het somber in. Ze gaat een poosje naast hem op bed liggen en ze rusten wat uit.

De Weglopers
Rhexenor heeft een soort gesprek met vijandige Amblerashes, mits Xena er ook één is. Rhexenor vraagt of ze het plan niet goed vinden? Rodney vindt het geen handig plan, zijn ouders moeten zijn vriendin erkennen en dan kan hij terug naar huis. Is er een beter plan dan? Ga over een paar jaar naar huis, stelt Xena voor, ze zijn dan blij dat je nog leeft.
“Zoals jij met je vader gedaan hebt?” vraagt Random. Het is even stil.
Rhexenor zegt dat er moordenaars zijn en wil best vertellen dat de vorige veel zooi bij zich had. Rodney concludeert dat hij dus niet terug kan. Hij kan in Huis Mason gaan wonen, zegt Random. Nee, die zijn bang voor Amblerash. Nee Xena, ze kunnen niet in Amber gaan wonen. En nee, ze gaan niet haar vader er bij halen. Random zegt tegen Xena dat zij de puinhoop maakt en ze scheldt Random uit voor ouwe zak. Niet in de laatste plaats omdat hij haar steeds Sientje noemt. Waar wensen de geliefden te gaan wonen? Dat weten ze niet. Random weet een leuk plekje waar ze kunnen wonen, maar gaat het nu niet vertellen. Eerst moeten ze akkoord gaan met het plan. Xena moet een lijk gaan regelen, ja een kloon zou het beste zijn. Rhexenor gaat cast and crew regelen, een groot slagveld op de achtergrond enzo. En de kloon Rodney moet een persoonlijk item bij zich hebben, zodat het echt lijkt. Hij heeft een hanger van zijn moeder gekregen ter bescherming en overhandigt deze aan Rhexenor, die het weer aan Xena geeft. Ze moppert dat zij niet zulke mooie hangers van haar vader krijgt en ook niet van haar moeder! Ze kijkt Random aan. Hij zegt dat hij haar vader niet is en dat ze dat lijk moet gaan regelen. Mayna vindt het zielig, de anderen minder. Hoewel… Xena zegt dat ze niet zomaar een jongeman van straat kan halen en vermoorden. Weet Rhexenor niet iemand die iemand even kan klonen? Ja, hij kent iemand. Zowel snel als met stijl. Random wil er niets van weten, dan moet Rhex dat zelf maar regelen. Ondertussen zal hij wat andere dingen gaan regelen en dan zal hij Sientje weer troeven. Xena, zegt ze boos.
Rodney en Mayna laten zich niet uit elkaar halen, misschien dat het beter is om van allebei een kloon te maken? Ach, waarom niet. Xena zegt mee te gaan. Bleys wordt getroefd, het duurt even voordat hij contact heeft. Rhexenor legt uit zijn expertise nodig te hebben. Bleys zegt in zijn laboratorium bezig te zijn, komt dat even goed uit! Hij sluit wat dingen af en haalt daarna het viertal door.
Xena stelt zich meteen voor als zijnde de dochter van Martin. Ja, Bleys heeft van haar gehoord en haar zelfs eens ontmoet op de bruiloft van Rhexenor. De andere twee stellen zich voor. Bleys biedt ze uiteraard wat te drinken aan en ze mogen gaan zitten op de heerlijk luie stoelen. Een bloedmooie dame komt vragen wat ze willen drinken. Wijn voor Rhex, Rodney, Mayna en Bleys. Dan vertelt Rhex dat hij een missie heeft, hij is op zoek naar 2 runaways. Nee deze keer is het niet Xena, dat was een heel ander verhaal toen ze kwijt was. Rhexenor vertelt van zijn huidige opdracht. Bleys is van mening dat het echt niet erg is om uitgehuwelijkt te worden, dan neem hij haar als minnares. Xena staat meteen op haar achterste benen, nu snapt Bleys wat zij bij dit verhaal doet.
Rhexenor vertelt dan van het plan dat hij heeft bedacht met nog iemand. Oh. Heeft die iemand ook gezegd hoeveel gelei hij zou halen… nee? Okay. Smeer geen gelei op een oud lijk, het moet wel bloeden, adviseert Bleys. Het stel wordt wat bleek. Zijn dat nu echte Chaosieten?
Ze willen dus een duplicaat. Dat moet kunnen, dan heeft Bleys iets van ze nodig, wat DNA. Ze gaan mee met de assistente. Ze is roodharig en bloedmooi en lijkt sprekend op Bleys. Ze komen terug met een wat pijnlijke arm. Xena lijkt het leuk om een kloon te hebben van Rhexenor, die dan dood in het bed van zijn vrouw ligt, LEUK!! Mensen schrikken zich dan lam, dat doe je bij de vijand, legt Bleys uit. Precies, daarom ook bij zijn vrouw, zegt Xena. Rhex begint ineens het vermoeden te krijgen dat Xena een beetje gek van hem is. Ze moeten even op het resultaat wachten.
Rhexenor vertelt intussen dat Dalt heel stil is. Het is tijd om Benedict te troeven, zegt Bleys, want ik weet wel iets van Dalt. Als zij weer gaan, zal hij later Rhex troeven.
De kinderen troeven terug naar Nicky, het nichtje van Mayna. Jonas zoekt iemand om mee te trainen. Rhexenor doet mee, hij is best erg goed. Hij put de reus uit na anderhalf uur. Xena regelt een tafel vol met eten. Rhex klaagt over zijn hoorn. Men vraagt wat ermee gebeurd is. Ze gaan gezellig zitten luisteren naar het verhaal van Dark End en vinden het gaaf. Hij zegt een keer Patroon te moeten lopen, wie weet wat je dan oploopt. Daar is iedereen het over eens. Iemand adviseert om de hoorn door Mandor te laten repareren, die schijnt daar heel goed in te zijn. Zo komt het gesprek op de aankomende verbintenis. Zij gaan niet naar de bruiloft, ze worden niet uitgenodigd. Rhexenor adviseert om dan bij iemand te zijn die wel wordt uitgenodigd. Dat is wat lastig, want er wordt niet bekend gemaakt wie er genodigd gaan worden en om nu met zijn allen met Rhexenor mee te gaan… dat gaat opvallen. Xena hoopt met haar vader mee te mogen. Er wordt stevig geroddeld. Wat een raar huwelijk. Morwenna is een bitch, die gedraagt zich alsof ze overal de baas is, zegt Xena. Mandor is een knappe vent, zij is een beetje gewoontjes. Rhexenor zegt dat hij Morwenna wel knap vind, iets dat de meeste mannen aan tafel met hem eens zijn. Maar hij beaamt dat alles erg vreemd is en Xena gaat door. Dat mens, Morwenna dus, loopt in de school rond alsof deze van haar is. En dan doet ze ook alsof Mandor van haar is. Rhexenor is in de war. School? Ja, die toren, die magiërsschool. Daar zit Xena op school en dat wijf loopt er rond alsof ze de baas is. Het is een raar wijf. Ze is niet aardig, tegen Xena laat ze haar ware gezicht zien. Ze heeft vieze stinkbeesten, ze ruikt naar paard en vogel. Wat rot voor Mandor, zegt Nicky. Dat Mandor wil trouwen met een dochter van Julian snapt ze, hij zal het leuk vinden om die vreselijke Julian een hak te zetten. Maar triest dat hij de hele dag in die stank moet zitten.
Rhexenor zegt dat hij alleen een huisdier heeft, een kat. En een draak. De kat heeft hij van Caine gekregen. Xena zegt dat hij wel aardig is, hij helpt tenminste met dingen. Hij heeft ook een aardige zoon. Valt ze op Caine’s zoon? Ze wordt rood.
William, dat is een leuke vent, roept iemand. Helemaal niet, dat is een eikel. Hij is aardig, zegt Rhexenor, hij moet alleen geholpen worden.

Tir-na Nog’th
Morwenna gaat op zoek naar Dulcimea, daar ze haar aan Mandor wil voorstellen. Ze komt haar ergens tegen. Ze kijkt bezorgd. Ze had bedacht dat ze hen beter even alleen kon laten. Morwenna vertelt dat hij is bijgekomen, Dulcimea reageert bijna niet. Ze heeft het idee dat veel dingen niet doordingen tot oma, ze is letterlijk afwezig. Ze hoort haar ook nooit lopen, het is of ze over de vloer glijdt en dat maakt de wat lompe Morwenna jaloers.
Ze tracht haar slaapkamer te vinden, ze komen een paar keer langs dezelfde fontein, de kamer is onvindbaar. Oma is niet echt tot hulp. Morwenna richt zich op Mandor zelf en dan zijn ze er zo.
Hij ziet er hongerig uit, heeft nog steeds hoofdpijn en een vieze smaak in zijn mond. Ook voor hem is het duidelijk dat de tijd hier anders gaat, hij heeft meer dan een dag gewacht. Hij maakt een buiging naar Dulcimea, stelt zich voor als Mandor Sawall en komt nauwelijks uit zijn woorden. Ze geeft hem water en hij drinkt het op. Ze vindt het leuk om Mandor van Sawall te leren kennen. Morwenna stelt voor om te gaan eten. Mandor kan bijna niet wachten, Oma vindt het niet erg als ze alleen gaan en brengt ze naar de deur. Morenna wil deze keer naar Chester, de lucht daar zal frisser zijn dan in Londen. Er waait een zeewind, het is geen Chester, maar wel een Engelse stad. Mandor strompelt en struikelt en ze gaan het eerste het beste eethuis in waar ze gewoon het dagmenu bestellen.
Ze eten en drinken eerst vrij veel voordat het tot een gesprek komt. Mandor wil weten wat Morwenna heeft gebruikt en ze vertelt over het drankje van Julian. Of één aanslag niet genoeg was? Het wordt tijd dat ze eens wat spullen uit Chaos krijgt. Waarom heeft ze dat alles gedaan? Ze deed alleen een poging om zijn aandacht te trekken. Die heeft ze nu.
Ze vertelt dat ze weer verkeerd uitkwam met Troef. Hij moppert dat ze geen bal verstand van Troeven heeft en daarom gaat het mis. Hij zal haar een opleiding gaan geven. Ze moet zich concentreren als ze met Troef aan de gang gaat. Na deze reprimande gaat ze verder met haar verhaal, regelmatig onderbroken door een uit zijn humeur zijnde Mandor. Zo heeft ze niet de druïden en het dorp uitgemoord. Hij zegt dat ze expres de verkeerde kant op gaat steeds, ze bevestigt dat ze inderdaad degene is die er invloed op uitoefent, maar heeft geen idee wat ze doet. Hij vraagt zich af waarom ze in dat soort situaties niet meteen naar hem toekomt, bovendien heeft hun zoon hen nodig. Ze kan beter geen gebruik meer maken van Troef voorlopig. Dit brengt haar uit haar humeur omdat ze eerder te horen heeft gekregen ook niet langer gebruik te mogen maken van Patroon.
Ze vertelt verder. Hij vindt het verschrikkelijk dat er blijkbaar ook nog twee beesten zijn hier en vindt Oma erg afwezig.
Onzin dat ze hier moet blijven, niets ervan dat er straks een kind is dat ouder is dan Owen. En hij er niet bij zijn? Dat gaat niet gebeuren. Of had Morwenna geprobeerd om hem zo bij de bevalling te laten zijn… hij weet niet of hij dat zo wil en ook heeft Morwenna niets onderzocht. Hier wil ze toch geen jaren doorbrengen! Wat voor effect heeft dat op het kind? En Owen dan?
Hij heeft een klap opgelopen, Troef en Magie werkt hier niet echt en hij kan niet bij de Logrus komen. Hij vermoedt dat het lang gaat duren voor hij een beetje opknapt. Morwenna heeft zitten klooien, als ze zo doorgaat, zal het ervan komen dat ze de dochter van Random is en die lijkt hem helemaal niets als schoonvader.
Ze zegt dat ze hem naar zich toe moest halen, anders zou hij ergens in een zwart gat zijn verdwenen. Hij had inderdaad het gevoel daar naartoe gezogen te worden. Was het niet de Abyss? Die is grijs, zegt ze. Hij vraagt wat haar plan is? Zijn hoofdpijn voelt zo echt dat hij niet helder kan denken.
Ze zegt dat ze hier wil blijven, kind krijgen, uitzoeken hoe het beste dat Patroon gelopen kan worden en een mogelijkheid voor hem en het kind te zoeken om hier weg te komen.
Hij zal erover moeten denken, hij wil niet dat Owen alleen is, dat hij hen mist en dat zij Owen zo’n lange tijd moeten missen.

De Weglopers
Rhexenor wordt gevraagd of hij niet naar school wil. Hij is er zelfs wel eens geweest, niet afgemaakt natuurlijk. Die etiquette is gaat hij niet toepassen als hij honger heeft, uiteraard. Xena moet weer een tafel met eten ergens vandaan halen. En hij moet niet steeds met volle mond praten. Moet hij niet naar de tovenaarsschool van zijn moeder? Nee. Waarom moet Xena dat wel van die stomme pa van haar? Rhexenor is zo’n verwend rotjochie. Hij eet twee happen met etiquette en gaat dan terug naar zijn gewone doen. Hij heeft een landgoed gekregen, zij alleen een torentje, moppert Xena verder. Hij heeft Amber gered. Wanneer? Martin was erbij, hij heeft ook een claim. Waarom doet hij dat dan niet met zo’n landgoed? Ze heeft dit wegloopverhaal geregeld om Rodney niet vast te laten zitten aan een ouwe taart met puisten. Anastasia is Rodney’s tante ja en die is niet aardig. En Rhexenor gaat met de keukenmeid die nu prinses is geworden. Dat moet je durven, daar zal zijn moeder niet blij mee zijn. En hij hoeft niet naar die school omdat hij geen magie kan. Maar hij gaat les krijgen van Ioloanthe, schept hij op. Bij Xena staat deze beter bekend als ‘die oude draak, dat ouwe lijk’. Aardig is ze zeker niet. Ze is Huizen binnen gedrongen en heeft daar mensen afgeslacht. Na duizenden jaren kwam ze terug en moordde mensen uit die ze niet eens kende. Voordat hij daar les gaat krijgen moet Rhexenor naar Xena troeven en met haar praten. Iolanthe is een soort undead, zegt iemand. Dat kan niet met Feniks, denkt Xena. Misschien is het een Abyss demoon die zich voordoet als de Feniks. Die gebruikt Rhex om zijn eigen vieze zaakjes aan te pakken. Er was iets met dat Dark End dat ook met Feniks had te maken, iets dat hij bij zich heeft en in de grond stopt.
Zijn moeder, ook uit de Abyss, is dus ook niet goed, dat wordt ook over haar gezegd. En Jurt? Die is er ook een paar keer in geflikkerd.
Er wordt aangeklopt en Jurt is precies op tijd voor het eten. Hij was net op zoek naar Rhexenor. Er wordt nog meer eten gehaald door middel van Logrus. Xena zegt tegen Jurt dat ze het erover hadden of Rhex niet naar school moet.
Rhexenor noemt Jurt een halve Amberiet, die ontkent. Zijn vader is Gramble Sawall. Maar hij heeft gedaan of hij de zoon was van Corwin en toen kreeg hij een kamer in het paleis van Amber. Rhex dacht dat dat was vanwege schuldgevoel van Random met betrekking tot die Logrusbom en zegt dat Jurt een zoon is van Corwin.
Jurt snapt het wel, Gramble als vader is wat onwaarschijnlijk omdat hij zo oud is, maar door middel van drankjes zal hij waarschijnlijk nog wat hebben kunnen presteren… Dus Xena’s vader is Martin, diens vader is Random… dat is pech! Jurt begint een verhaal over Dara, die zijn broertjes tegen hem opstookt, die zegt dat hij mislukt is. Ze jaagt personeel over de kling, hij heeft het altijd gedaan, de schoft van een Merlijn heeft zijn vriendinnetje afgepakt. Merlijn is een klojo en dat komt door zijn moeder. Wat het allerergste is… de kleding de ze hem dwingt te dragen, met name op feesten! Denk je dat hij het zo leuk vindt om steeds in zo’n felgekleurd pak te moeten verschijnen? Mandor is de enige die zijn eigen stijl draagt en ermee weg komt. Xena raadt aan hem in opstand te komen. Daar zijn zij ook mee bezig. Hoe gaat dat dan, is dat wat die Radius allemaal predikt? Die heeft gelijk, zegt Xena. Wat? Om Julian te pesten? In Arden rond rennen is dom, dat doen ze niet, zegt Xena. Ze gaan een eigen Huis stichten. Het Jeugdhuis. Waarom niet zoiets als Abyss Power, stelt Jurt voor. Of Hunting Dogs? Of Huis Ruby? Dat is er al. Die zijn dood, dus de naam is weer te gebruiken. Of Huis Draco… Rhexenor komt er dan ook bij. Het is eigenlijk een goed idee. Dan wordt het Ruby, zegt Jurt beslist. Je lijkt je broer Merlijn wel, moppert Xena. Waarom wil hij plotseling meedoen, hij is toch al van Huis Sawall? Jullie zijn toch Jesby? Wat!!! Oh, Mason. Die kent hij als de Lagere Huizen. Hij wil wel eens vragen of ze een nieuw Huis kunnen stichten aan zijn moeder. Want dan kun je daar als weglopers ook in. Ze moeten doen wat Jurt zegt en dan wordt hij het Hoofd. Voor Xena hoeft het niet, ze ziet de verplichtingen niet zitten. Geeft niet, Jurt doet dat en samen met Julia. En natuurlijk gaat Rhex toch ook meedoen? Deze twijfelt, Jurt zegt dat die neef (Ronardo) van hem zich meteen zou aansluiten. Diens vader is een eigenaardig mannetje, die kan misschien ook meedoen. Nee, Jurts vader niet, dat is Gramble Sawall en Jurt lijkt op zijn moeder. Dat zijn de anderen niet met hem eens. Jawel, zegt Jurt, hij heeft een sproetje gezien op zijn wang laatst. Dan gaat hij weg om zijn moeder te vragen over dat Huis.
Ze overnachten, Xena vraagt waar Rhex moet slapen. Hij mag bij Nicky. Beter bij Xena, vindt deze. Het is tenslotte haar oom. Een van de jongens stelt voor om bij hem om de kamer te slapen, maar Rhexenor gaat liever bij Xena. Die vertrouwt hij het meest. Als er maar niets vreemds gaat gebeuren. Het is niet netjes, hij en Xena, zegt de jongen, en het gaat ook niet door. Uiteindelijk komt hij terecht bij André Amblerash, die een matras op de grond legt.
Natuurlijk komt hij Xena tegen die met een doorzichtig nachtponnetje op de gang loopt en tracht niet te kijken. Na wat afwegen – zal ik wel, zal ik niet - gaat hij gewoon slapen.

Tijdens het ontbijt krijgt hij een troefcontact van Bleys en deze duwt een jongen en een meisje door. Ze zeggen niets, ze leven wel. Ze dragen een soort badjas, een paar jongeren neemt hen mee en ze komen even later aangekleed terug. De jongen draagt de hanger om zijn nek, het meisje heeft een armbandje om van Mayna. Random wordt doorgehaald en deze heeft een verfbus bij zich, een groot blik. Hij kijkt bewonderend naar de kloons, hij vindt ze mooi. Je zou je zo kunnen vergissen.
Random kwast ze, ze moeten wachten tot de gelei hard geworden is, dan doorhalen. Ze moeten zich niet teveel bewegen. En wel bewegen nadat ze zijn doorgehaald, laat ze flink schokken.

Tir-na Nog’th
Morwenna vraagt zich af de hoofdpijn vanzelf over gaat of verzinnen ze er iets op? Mandor moppert dat ze beter moet weten dan hem vieze kruidenrommel van haar vader te geven. Wat heeft zij er aan over gehouden? Een uiterst pijnlijke arm. Hij maakt zich zorgen over de baby, heeft deze een schok gehad? De baby is actief genoeg, hopelijk heeft hij er niets van gemerkt.
Hij merkt op dat hij de afgelopen nacht van haar gedroomd, een behoorlijk echte droom. Alsof ze echt een gesprek voerden. En voor ze het weten zitten ze alweer te kibbelen over het feit dat zij mannen teveel uitdaagde tijdens de verloving en hij zich door de vrouwen liet aflikken. Ze hebben duidelijk in dezelfde droom gezeten.

Het duurt een aantal dagen voordat de hoofdpijn minder wordt, ook de arm is dan wat minder pijnlijk en meer bruikbaar. Beiden hebben ze nog wel last. De poel induiken of het zwembad helpt wat ontspannen. Mandor heeft wat moeite met al die mensen die niets zeggen. Ze overleggen hoe hier weg te komen zonder Patroon. Misschien dat er een combinatie mogelijk is van Troef en Spiegels, maar hoe? Hij denkt dat het mogelijk moet zijn om via de stad via een speciale Troef weg te komen. Kortom, ze gaan wat onderzoeken. Hij de Logrus, zij het Patroon.
Morwenna komt aan bij de galerij, ziet het Patroon daar opgloeien. Het voelt erg sterk. Ze loopt er een eindje naar toe en het trekt zelfs aan haar. Ze heeft zichzelf niet in de hand en staat er bijna op als ze wordt tegen gehouden door de sterke arm van een man. Lang, 1 meter 95, donker gekleed, streng emotieloos gezicht. Benedict. Hij zegt dat dit gevaarlijk is voor haar in haar toestand, de antwoorden moet ze niet hier zien. Hij duwt haar naar de galerij, ze kan pas hier komen als het haar bedoeling is Patroon te lopen. Ze stapt de galerij op, dan is Benedict weer weg. Deze Benedict had maar één arm.
Morwenna loopt over de galerij en komt een man tegen, hij heeft iets bekends. Vrij groot, 1m 90, fors, serieuze trekken doch vriendelijk. Baard, grijze ogen, donkere kleding met lichte patronen, een soort strepen. Handschoenen, donkerrood haar, meer kastanjebruin. Hij heeft een tweehandszwaard aan zijn riem hangen. Hij maakt een soort van buiging. Morwenna stelt zich voor. Oh, een dochter van Amber. Hij kijkt om zich heen, is dit Tir-na Nog’th? Hij is waarschijnlijk een schaduw van Finndo van Amber. Er zit vast een bedoeling achter dat ze elkaar hier tegen komen. Waar is Morwenna mee bezig? Zijn ogen schitteren. Ze zegt daar liever niets over te vertellen, hij had niet anders verwacht. Is Finndo dood? Hij weet het niet. Hij is een soort van schaduw van Finndo vlak voor hij het Patroon loopt in Tir-na Nog’th. Een soort van echo. Hij was van plan het Patroon te gaan lopen en te veranderen. Zijn vader was de reden. Hij is er nog niet zo lang achter dat zijn vader helemaal niet zoveel verstand heeft van Patroon. En dat de bevelen die hij hen geeft daar waar het Patroon betreft ruimte laten. Hij heeft een fout gemaakt. Hij heeft hem en zijn broers behandeld als zijn knechten. Terwijl hij bezig is met zijn zaakjes kan hij niet overal op letten. Hij zou het Patroon gebruiken om een soort van val te maken en ooit zou hij daarin trappen. Bestaat er een ander niveau bij Patroon? Een soort Meta Patroon? Morwenna vindt dit Patroon erg sterk. Dat kan, ze heeft zichzelf afgestemd op Tir-na Nog’th, zoals hij ook gedaan heeft. Hij is beperkt, een schaduw, een tijdelijk voorbijgaande geestestoestand. Hij heeft geen geheugen hierna en is er tijdelijk. Hij weet niet wat er na hem is gebeurd. Die val moet iets zijn wat Oberon fascineert, wat hem vasthoud. Ze denkt aan Overschaduw? Hij lacht, dat is grappig om het zo te noemen. Alle kennis van Patroon komt uit zijn tijd. Het is driedimensionaal, het vertegenwoordigt een niveau van 3 dimensies. Niemand kan het hele patroon in 1 keer lopen, dat zou gevaarlijk zijn. Je hebt het Juweel nodig om het te kunnen zien, maar daar heeft hij wat op gevonden. Hij laat ring zien met een vierkant zegel.
Het zou kunnen dat hij dood is. Zijn broer en hij hebben plannen om vrij te worden. Oberon is een enorme tiran. Morwenna loopt hier vrij rond en hij bespeurt alleen een minimale aanraking van Oberon op haar met nauwelijks effect.
Ze vertelt dat Oberon weg is, waarschijnlijk naar Overschaduw gegaan. Dat is mooi, beter laat dan nooit, dan zit hij daar gevangen. Het zal een aantrekkelijke omgeving zijn voor meer figuren, voor Vader is iets speciaals bedacht. Hij weet niet precies wat, dit Patroon heeft er mee te maken.
Morwenna zegt dat Julian haar vader is, die kent hij niet. Oberon heeft 4 zonen, hij is nogal trouw aan zijn moeder. Hij is lichtelijk geschokt als hij verneemt dat er naderhand veel meer vrouwen zijn geweest en nog veel meer kinderen. Dan moet er iets gebeurd zijn, zijn moeder is zeer geliefd. Ze is de enige die zijn vader een beetje aankan. Hopelijk is Alexander ontsnapt aan diens tirannie. Hij wil weten hoe het zit met de kinderen van Osric. Morwenna zegt dat daar alleen nog een kleinzoon is. Dan heeft Osric zijn dochter niet verborgen kunnen houden. Finndo is nooit begonnen aan kinderen, tot nu toe dan. Hij weet geen manier om ze verborgen te houden voor Oberon. Osric dacht van wel. Hij vraagt hoe het zit met Benedict en is verbijsterd als hij hoort dat deze tenminste één dochter heeft. Morwenna zegt dat er veel meer kleinkinderen zijn en ja, die kent ze en spreekt ze wel eens. Finndo snapt niets van deze onvoorzichtigheid van zijn broers en zussen. Dat is niet best, al die kinderen. Als ze nog leven zou het hem niets verbazen als Oberon daar iets heeft ingebouwd. Oberon is verschrikkelijk gevaarlijk, een tiran, een dictator. Hij meent dat. Die man is tot meer in staat dan iemand zich kan voorstellen. Hij heeft maar één obsessie, alles en iedereen wordt daaraan opgeofferd. Zijn broers en hij worden gebruikt om iedereen in de buurt van Amber eronder te houden. Er wordt niet verteld waarom, het moet en het zal. Bijzondere vrouwen moeten ze naar hem toe brengen. Morwenna is verbluft, hier wist ze niets van. Dat verbaast hem helemaal niets.

De Weglopers
Rhexenor ziet dat Random wel erg dik smeert, de opdrachtgever hoeft niet dood. Random geeft advies: smijt dat lijk tegen die vent aan. Gaat hij dan dood? Mogelijk. Smijt het in de buurt dan. Hij moet blijven leven, zegt Rhexenor aarzelend. Dan gaat hij zelf maar smeren, wat dunner. Hij heeft het vermoeden dat het sterk spul is. Hij doet er twee dunne laagjes op.

“Jij krijgt de hoofdrol in mijn toneelstuk. Jij bent de nimf.” -- Wofgang Amadeus
“Lijkt me leuk.” -- Ronardo

“Zeg tegen mij dat ik knapper ben dan Bleys.” -- Random
“Ehh…” -- Rhexenor

“We hebben over jou gehoord! Jij bent dus degene die het aangedurfd heeft om met een lelijk keukenmeisje te trouwen!” -- Nicky Mason
“Ze is niet lelijk, ze kan alleen niet koken.” -- Rhexenor

“Het voelt alsof je een aanslag op me hebt gepleegd. Als je me dood moet hebben, zou je dan achteraan willen sluiten in de rij?” -- Mandor tegen Morwenna

“Je lag in coma. Ik heb een drankje van Julian gebruikt om je daaruit te halen.” -- Morwenna
“Je meent het. Wat zat daarin?” -- Mandor
“Het sap van 10.000 zeldzame bosviooltjes.” -- Morwenna
“Was één aanslag dan niet genoeg!?” -- Mandor

“Ik ben de dochter van Martin.” -- Xena
“Van Martin? Die een zoon is van Random? Wat een pech voor jou!” -- Jurt