20. Patroon van Rebma/ Kraken/ Bloed van Amber

We zitten aan een lange tafel met een heleboel mensen. De meeste hebben groen haar. Er zwemmen vissen door de zaal en soms zitten er aan het eten.
Ronardo zit tussen Uhlya en Llewella. Af en toe staat hij op om wat te eten te pakken. De inhoud van één of ander groen augurkje blijkt bijzonder pittig te zijn, wat erger wordt als hij wat drinkt. Uhlya zegt dat ze nooit van die dingen eet, maar haar vader is er gek op. Helaas krijgt hij dan last van zijn darmen. Ronardo’s buik begint ook wat te rommelen. Rhexenor krijgt verderop zo’n ding gevoerd van Moyra.
Llewella vindt die dingen wel lekker, ze konden alleen wat pittiger zijn wat haar betreft. Ronardo vindt de inktvis lekker. Opvallend is trouwens dat Llewella haar groene augurkje toch niet op eet.
Het diner kabbelt voort, het gaat nergens over.

Op een andere tafel worden toetjes uitgestald. Een aantal Rebmanen reageert zeer verrast bij de aanblik van taart, pudding en ijs.
Moire mag eerst. Als ze is geweest, rennen ze op de pudding af. Moyra dringt voor. Ronardo gaat voor het gebak dat zoetig smaakt met een vreemd bijsmaakje. Uhlya vertelt dat ze een soort merg van koraal er doorheen doen. Ze raadt hem aan ijs te nemen, compleet met zeewierslagroom.
Daarna krijgen we koffie met een likeurtje.

Tafels en stoelen gaan aan de kant en dan komt er een orkestje. Af en toe is er iemand die een dansje waagt. Er komen meer mensen binnen. Dan wordt er een podium neergezet, Kenneth komt binnen gekleed in een uniform. Daar achter komen een aantal wachters met een kussen waarop grote medailles liggen. Het doet Ronardo denken aan de Olympische Spelen. Bij Rhexenor zijn de OS afgeschaft voor andere landen.
Moire vertelt het publiek dat ze hier bij elkaar zijn om drie helden te belonen die met gevaar voor eigen leven hun lieve dochter hebben terug gebracht. Ze is blij dat er mensen zijn die niet alleen aan zichzelf denken. Ik mag als eerste het podium op. Ook Kenneth wankelt het podium op. “Hierbij overhandig ik het ereteken van Rebma!” en hangt me een enorme medaille om met daarop de afbeelding van paleis Rebma. “Gefeliciteerd en welbedankt”. Daarna wordt Rhexenor op het podium genodigd, Moyra juicht. Een driewerf Hoera klinkt op, hij krijgt zijn medaille en mag naast mij gaan staan
Dan is het Ronardo’s beurt, Moyra juicht weer. Er wordt geroepen om een toespraak. Ronardo zegt dat het een hele eer is een medaille te krijgen en bedankt.
“Beste Rebmanen, het is heel prettig hier te zijn, erg leuk en heel interessant, nooit gedacht,” luidt de toespraak van Rhexenor en er klinken drie hoeraatjes op.
Al die mensen komen ons feliciteren en iets zeggen. Van ‘wat interessant een Amberiet te ontmoeten, wat een aparte haarkleur’ tot aan ‘ik ben mijn vis kwijt’. Er zijn jongemannen die bij me komen grijnzen en verder lopen. Dansen kunnen ze wel, laten ze even later zien. Er zijn verschillende soorten dansen en het orkest heeft een wisselend repertoire. Ze doen ook wisseldansen.
Moire danst mee en is erg gracieus. Ik kan dat wel, zeker vergeleken met de meeste vrouwen. Ronardo en Rhexenor dansen met de koningin. We hebben hier het idee dat het veilig is, een gevoel dat we al heel lang niet meer hebben gehad.

Dan is het bedtijd. Als ik op mijn bed lig bedenk ik dat het interessant en saai tegelijk was.

Die nacht droomt Rhexenor van Dyenne die hem ontzet aankijkt en begint te huilen. De hele kamer komt onder water te staan, hij verdrinkt zowat. Dan schrikt hij wakker.

Ik loop in een vreemde omgeving, schemerig donker, rode gloed aan de hemel als van de opkomende zon. Vlak voor me zie ik een ruïne met een soort poort. Ik ga de trappen op van dit hele oude gebouw, een tempel met beelden van wachters. Ik ga de trap af en een gang door en ik zie een grijnzend skelet met ingeslagen schedel. Aan één hand heeft hij een schitterende ring en aan de andere hand een schild. Op het schild staat een boom geschilderd. Ik buk, het skelet komt tot leven met een rode gloed in de ogen. Ik schrik… en ben wakker.

Ronardo hoort een hoop geboem. Hij staat in het gras en het geluid komt steeds dichter bij. Het is een enorme machine met een enorme bazooka. Bovenin zit een mannetje met allemaal hendeltjes. De bazooka wordt op hem gericht, alles wordt zwart. Hij schrikt wakker, het was meer een transformer bazooka.

Er zwemmen wat visjes door de kamer.

Rhexenor probeert met de vissen te praten, maar krijgt alleen maar het idee dat deze vindt dat mensen stikken. Hij pakt hem beet en gooit hem in de tuin. De vis is dood. Rhexenor voelt zich schuldig, de andere vissen maken dat ze de kamer uit komen. Dan gaat hij in bad.

In een kamer beneden hebben we een gezellig ontbijt met Gwyndrodh, Moyra en Sean.
Wat we vonden van het feest gisteren, wil Sean weten. We hebben het over de avonturen in Rebma. Moyra zegt dat ik goed kan dansen. Ronardo zegt het leuk te hebben gevonden, al duurde het lang. Sean vraagt of hij kennis heeft gemaakt met leuke jongedames. Of ze gezellig over magie hebben gepraat? Nee dus, Ronardo denkt dat Rebmanen geen verstand hebben van magie.
Hij neemt afscheid van ons, Moyra ook. Ronardo wil graag het Patroon zien en Rhex wil een aanval. “Bel wat van je familie,” stelt Gwyndrodh voor. De laatste keer dat er Chaosdemonen kwam, was het wel gevaarlijk. We mogen best nog rond neuzen.
Vanmiddag hebben we nog een gesprek met de koningin. En Gwyndrodh gaat ook. Ronardo gaat op zoek naar het Patroon.
Hij denkt aan Patroon en gaat een bepaalde kant op waar hij een iets van Patroon of magie te voelen is. Magie hangt er overal wel. Hij komt bij een kamer, een serre eigenlijk, waar kinderen bezig zijn om voorwerpen te laten verschijnen. Een lerares vertelt ze wat ze moeten doen.
Dan zoekt hij niet naar Magie. Dat lukt ook. Dan gaat hij in de tuin kijken, prachtig en groot met allerlei soorten gebieden. Er is ook een soort van haag, heel erg groot. Er zijn tuinhuisjes waar je kunt gaan zitten. Er is een grote kooi waar speciale vissen zwemmen.
Ronardo denkt aan specifieke details van het Patroon. Goed luisteren, er is hier een soort van verandering, maar dat is nodig om adem te halen. Hij probeert naar de bron te zoeken, maar het zit misschien in de kelder. In Amber is het diep verborgen in de kelder. In de tuin is een luik. Ronardo maakt het open en loopt de trap af naar beneden. Hij komt in de tunnels met lichtgevend spul aan de wand. Het lijkt een opbergplaats voor tuinspullen. Misschien nog een luik? Er zijn veel trappen naar beneden en naar boven en hij komt uit bij de keuken, er is steeds overal iets. Er zijn meer effecten die de boel hier veranderen. Er is iets met de spiegels bijvoorbeeld. De meeste vrij normaal, in een enkele klopt er iets niet. Zo is er één waar hij een lange tafel ziet met etende mensen. Hij ziet zichzelf zowat stikken in een groen ding. En een meisje dat voor dringt. Er ziet niemand verdacht uit.
Hij gaat al die spiegels af. Hij ziet even een woestijn in één. Hij raakt hem aan, het heeft wel een soort macht, niets te maken met Troef of Patroon. Er is en spiegel waar hij zichzelf in Spanje ziet lopen. Ook ziet hij zichzelf in gevecht met een monster met allemaal tentakels. Het loopt niet goed af. Hij ziet zichzelf oversteken door rood licht in Spanje. Er komt een auto aan die hem overhoop rijdt. Dat is in het echt niet gebeurd. Mannen in een zwart pak kijken even naar hem en knikken en rijden weer weg. Dan is er een spiegel waar hij spreekt met Moire. Een serieus gesprek waarin ze boos wordt op Rhexenor die de deur wordt gewezen.

Ik ga naar de tuin, een mooie tuin. Ik denk dat er bijzonder veel aandacht aan de tuin wordt besteed. Er is een prachtige fontein en er zijn bloembedden. Ik ga het doolhof in. Dat is dus het Rebma patroon. Ik moet door het zeewier heen. Ik word in het zeewier gedwongen. Als ik er uit probeer te stappen is er geen lucht. Dit is het einde van Rebma macht, de eerste bocht is een verschrikking op zich. Het heeft iets bekends, het is eigenlijk niet zo erg als het eerste en tweede patroon. Het is een ander patroon, ik kom onder de troep te zitten. Het is niet zo helder allemaal, ik kan niet zien waar ik loop. Ik trek mijn schoenen uit, zolang ik maar met mijn voeten tegen het slijm aan blijf duwen. Ik denk dat ze het patroon in hun blootje lopen dus. Het is niet koud, niet onprettig. Op de tussenstukken doe ik meer krachten op dan op de andere patronen, alsof het zeewier meewerkt. Ik wen er aan het is een tikje erotisch. Bij de laatste bocht heb ik het gevoel dat het zich opdringt. Bij deze is het nog erger. Nog nooit eerder het gevoel gehad dat ik graag een baby zou willen. Nu wel. Ik gloei een beetje. Dan ben ik bij het midden en voel me opgelucht en verfrist. Ik kan nu iets. Het wacht ergens op. Het heeft iets met reizen te maken. Ik kan niet uitkomen op het strand bij Rebma. Raar. Het zou wel kunnen, maar daar wacht het niet op. Ik bedenk dat ik aan een persoon kan denken. Dat is het inderdaad. Ik denk aan Ronardo en kom uit bij de spiegelgang.
Hij voelde een behoorlijke patroonmacht.

Rhex gaat naar Merlijn om een handje te helpen. Hoe heet je ook alweer? Rhexenor. Nee, niet zeggen, het was Grieks. Niet Sergei of Maikel. Wat gaan we doen vandaag, kom je voor lessen? Doe je armen zo en denk heel sterk aan een potplant met zeewier. Ik heb je de vorige keer toch uitgelegd hoe dat werkt met de magische symbolen. Oh je bent Rhexenor niet. Merlijn kijkt hem diep in de ogen en zegt: “Oh je bent het nóg niet.” We kunnen beginnen met de symbolen. Wanneer kom je dan voor de lessen Conjuration, over een paar jaar? Of ben je er al geweest hier, breng dan de lessen in praktijk die ik je geleerd heb. Hij loopt naar de steen met het zwaard. Probeer het eens. Het zit vast. Het is niet voorbestemd, hij dacht al…
Rhexenor krijgt karweitjes te doen, maar de man blijft hem met een andere Rhex verwarren en vragen of het zwaard nu uit de steen kan. En of hij al bezig is met hoe zit het daarmee. Al contact gelegd met het wezen? De entiteit? Daar hebben we heb de vorige keer over gehad. Je zou de keldertrap afgaan om er mee te praten. Wel vertellen dan hè. Niet zoals de vorige keer. En probeer dan meteen het zwaard. Hij schuift een muur weg en Rhexenor ziet een marmeren trap naar beneden. Hij loopt de trap af. Hij denkt naar iets toe te gaan dat leeft, groot is en machtig. Het is hier heel erg diep. Hij komt uit in een enorme grot onder water op de rand van Rebma. Daar is een enorme schildpad, 20 meter hoog, 100 meter lang. Drakenkop en klauwen. Hij kijkt vriendelijk naar Rhexenor

“Dat werd tijd, waar bleef je nou? Je komt me niet eens meteen opzoeken; je hebt niet eens Phoenix gebruikt. Ik ben al zo oud, ik heb vele namen, noem me maar Kraken. Je bent de tweede die sinds lange tijd komt praten. De eerste was een dom wicht dat Moira heet en denkt dat de Phoenix om dingen op te blazen is. Het Leven en genezen is wat haar betreft een bijeffect. Heb je al leren reizen? Met al die machten kun je door Schaduw reizen, ook met Phoenix macht. Je kunt maar beter niet in de tuin komen, dat is gevaarlijk. In het doolhof ga je dood. Hoe is het met je vrienden, heb je ze alleen gelaten? Waarom eigenlijk?”
“Zo konden we ieder doen wat we zelf wilden,” legt Rhexenor uit.
“Ga je liever je eigen gang? Het is een beetje eenzamig, maar ik kan reizen, dus het valt mee. Merlijn weet dat ik er ben. Af en toe vertel ik hem dingen als hij slaapt. Ja, ik ben een soort afgezant van de Phoenix, dat klinkt wel goed. De onderwaterversie van de Phoenix, je verwacht toch geen brandende vogel onder water? Heiron en ik kunnen het goed met elkaar vinden. Ik heb veel samengewerkt met Heiron, net als de Eenhoorn met het Serpent. Ja, ik denk dat ik wel dood kan, ik weet nog niet hoe, maar het kan wel. Het wordt nu tijd wat te leren. Heb je wel eens wat gedroomd? Je voor je ging slapen je voorgenomen iets te dromen? Soms lukt dat. Iedereen kan dat. Als je dat nu eens doet met de Macht van de Phoenix. Bijvoorbeeld: je wilt tijdelijk terug naar je wereld. Je droomt een Romein te zijn in jouw wereld en dan kun je doen wat je wilt met die Romein. Op die manier kun je een tijdje rond reizen in Schaduw. Je kunt echt dingen doen, je bent het niet zelf. Maar je bent wel verantwoordelijk voor die iemand, zomaar laten dood gaan is niet aan te raden. Probeer het maar eens. Het kan ook zijn dat je het zwaard ineens uit de steen krijgt eens! In jouw geval kun je dromen dat je iemand bent die dat kan.
Als je nog meer Macht krijgt kun je andere mensen dromen sturen en mee laten doen in je dromen. Hoe ging het trouwens met 6 armen?”
“Een beetje gek,” zegt Rhex.
De zakdoek is een wapen of verdediging. Als je op een plek komt waar de Phoenix niet is, moet je misschien wel zo’n zaadje in de grond stoppen. Op heel enge plaatsen bijvoorbeeld. Het zijn een soort van Phoenix power. Als je het ergens in de grond stopt is het meer een soort van verdediging. Of hij kan een anti monster ding een zaadje in zijn keel gooien. Hij moet er mee oppassen toch en niet hier in de tuin gooien in Rebma. Misschien wordt dan de Eenhoorn boos omdat je probeert een Patroon te brassen. Een zaadjes in de keel van het Serpent te gooien kun je ook maar beter laten ter voorkoming van ontploffende werelden.
Ilion de Kraken mag je ook zeggen.
Rhexenor neemt afscheid. Het was de hele tijd een stem in zijn hoofd.

Tegen Merlijn zegt hij Excalibur te trekken. Ben je familie van Arthur? Zou kunnen. Dan zijn er wat ontploffende buisjes. “Dit is een interessante ontwikkeling,’ zegt Merlijn, “helaas heb ik geen aantekeningen gemaakt. Ach. Dat heb ik al eens vaker gehad.”
Dan komt hij aanzetten met een soort buis. Rhex kijkt er naar. Het is een gasdrukkanon, denkt Merlijn. En buis met een bol aan de achterkant, gevuld met een groenige drab. Deze bol moet je stevig inknijpen aan de achterkant, op het knopje drukken en er schiet groene zooi uit. Dit veroorzaakt een gat in de kast. Het wapen werkt boven water ook goed, weet Merlijn. Je moet er iets in stoppen zoals een speer. Rhexenor mag het houden, hij krijgt het nog een keer cadeau.

Ronardo gaat naar de doolhof en stapt er in. Hij heeft echter het gevoel dat hij het niet moet doen. Er is iets mee, dat van die omgeving zit in de doolhof.
Ook hij gaat door het zeewier en probeert niet af te dwalen. Hij glijdt steeds weg. Ook met zijn schoenen uit, komt hij er bijna niet doorheen. Bij de bocht wordt hij tegen gehouden. Komt er niet door. Hij weet er doorheen te breken, dan is het weer gemakkelijker. Het slijm is wat warmer dan het zeewater er omheen, hij volgt de warmte, dan komt hij bij de laatste worsteling. Bij de laatste bocht wil hij er mee stoppen. Hij wordt aangeraakt door het zeewier, ook wat erotisch. Beetje raar. Het geeft hem de energie verder te gaan. Bij het midden voelt hij zich fris en moe. Hij merkt al snel dat dit doolhof op gaan naar personen triggert. Hij gaat naar mij toe, ik ben net in mijn kamer aan het schrijven. Ik raad hem aan om Tir Nan Ocht eens te proberen. Het Patroon van Amber is aarde, dat van Tir Nan Ocht is een typische mogelijkheden Patroon en dat van Rebma is Leven. Zou het oerpatroon Lucht kunnen zijn of het Serpent? Corwin zal er vast meer van weten. Hij heeft zijn eigen patroon. Dworkin heeft het oerpatroon gemaakt, de redheads zullen daar meer van weten.

De stad is heel erg oud, het heeft een rare unieke stijl. Ik weet niet wie het gebouwd hebben, of dat het altijd onder water heeft gestaan. Ik denk het wel, maar tijd kan sporen wissen. De tekens die hier gebruikt worden doen me denken aan bepaalde plekken op aarde. Het lijkt nog het meest op een bepaald soort Sanskriet. Niemand weet hoe het gesproken wordt, de tekens zijn nog wel te vertalen. Er zijn meer plekken op aarde waar deze tekens voorkomen.

Tijd voor de meeting met Moire. We volgen een knechtje naar een heel mooie werkkamer waar Moire zit. We mogen ieder op een vrij luxe stoel gaan zitten. Het is echt een knappe vrouw. Rhex vraagt hoe het gaat, we mogen Moire zeggen als er geen personeel bij is. Ze schenkt zelf thee. Ze zegt het gezellig te vinden, zo even met zijn viertjes en wil weten wat we van Rebma vinden. Veilig en interessant, zegt mijn Griekse neef. Ze is verbaasd dat Rhex veiligheid op prijs stelt. Ik zeg dat het een bepaalde rust geeft en dat is voor even wel prettig. Ze vraagt of we nog vragen hebben, na dit gesprek mogen we weer weg. Ik vraag naar de tekens. Ze hebben een soort van bibliotheek in een lucht bel. Wat de tekens betreft is er nog wel werk te doen. Zij heeft begrepen dat mijn grootvader van dat soort dingen meer verstand had. Ze weet dat het een oud schrift en de taal verloren is gegaan. Llewella heeft er onderzoek naar gedaan. De kennis is verspreid geraakt over meerdere werelden, misschien expres. Mogelijk is dit de eerste taal die hier gesproken is geweest. Er wordt vermoed dat die taal een bepaalde macht heeft. Is Rebma tegelijkertijd met Amber ontstaan? De letters zijn een anagram, ze weten niet wanneer hoe en waarom. Het lijkt niet veel op Amber. Toen Amber ontstond is er iets gebeurd waardoor TirNanOcht en Rebma ontstonden. De plek waar Rebma nu is was niet eerder onder water. Er is een ramp gebeurd, waardoor het Patroon niet meer één is, maar in een aantal gedeelten gesplitst. Ze liggen dicht bij elkaar, er is iets gebeurd waardoor er afspiegelingen ontstonden. TirNanOcht is het Amber wat het zou kunnen zijn, Rebma zoals het was en dan het ware Amber, het Amber van nu. Dat kan betekenen dat Rebma ouder is. Bepaalde gedeeltes van het paleis zijn ook heel oud. Het Oerpatroon is geen Amber, en niet in een paleis. Ze kan het niet bereiken ofzo, ze weet niet waar het is. In een andere wereld zeg maar.

Ronardo vertelt over de spiegels die bijzonder zijn en hun eigen Macht hebben. Wil ze daar wat meer over vertellen? Ze zijn gebonden aan een andere macht dan Patroon, je kunt er dingen mee. Hier hangen ook een paar spiegels, ze loopt er naar één, verdwijnt er in en stapt even later uit een andere spiegel. Je kunt twee spiegels met elkaar verbinden, het maakt niet uit waar ze hangen. Dat is een bepaalde macht, het kan gevaarlijk zijn, en risico is dat je jezelf tegen kunt komen. Als je een ambitieuze Ronardo tegen komt met wie het niet goed gaat op zijn wereld, kan hij je vermoorden en je plaats in nemen. Het is een minder betrouwbare macht dan troef en patroon, waar zij niet zoveel verstand van heeft. Iemand die geen Amber bloed heeft, zou het wel kunnen leren. Er zijn enkele mensen van een bepaalde schaduw die het kunnen leren, ook onder de Rebmanen zijn er maar een paar die dit zonder risico’s kunnen leren. Ze heeft wel eens gehad dat ze ergens uitkwam waarbij ze dacht dat ze thuis was, maar dat was dus niet. Er waren kleine verschillen. Ze denkt dat Heiron ook een gebruiker is van die spiegelmacht.

Rhexenor vraagt: wat gebeurt er als iemand een spiegel sloopt, dan kun je er niet doorheen. Op het moment dat je een spiegel aanraakt, stem je hem af met de andere. Het gaat bijna tegelijk. Als hij kapot gaat, moet je een andere spiegel vinden als uitgang, dat kan lastig zijn, je kunt verdwalen. Er zijn wezens die geen spiegelmacht kunnen gebruiken en dat zou je ook niet willen van die wezens. Als je spiegels gebruikt, heb je meteen vijanden,
Rhex vertelt een spiegel te hebben gezien waar hij zichzelf niet in zag. Of je daar vampieren in ziet. Ze zegt dat je soms in een spiegel kijkt, maar het moment dat je jezelf kunt zien is pas de volgende dag. Het is een beetje te vergelijken met troef, niet hetzelfde.

We hebben geen vragen meer. Ze biedt ons aan dat, als we een woning willen hebben ooit, dan wordt dat geregeld. We zijn altijd welkom, tenzij de omstandigheden veranderen. Ze proberen zich afzijdig te houden van alle intriges en perikelen die zich afspelen in Amber en ze proberen te handelen. We nemen afscheid. Ze staat op, maakt en knikje en we mogen weg.

We worden buiten opgewacht door Moyra. Ze zegt dat het afgesproken is dat ze mee gaat. Rhex en Ronardo laten zich meteen inpalmen. Ik zeg dat me dat niet verstandig lijkt om haar mee te nemen terwijl haar moeder van niets weet. Terwijl Moire ons zo gastvrij heeft ontvangen en ons hierin vertrouwd. Ze mag niet weg, zegt ze, als ze het vraagt zeggen ze toch nee. Dan gaat het avontuur niet goed; met 2 jongens en een meisje. Rhexenor gaat Moire vragen of ze mee mag. Ronardo gaat mee. Ze gaan weer naar de kamer van Moire.

Over Moyra: ze wil heel graag met ons mee en of ze mee mag. Dan ziet ze wat van de wereld. Moire heeft bezwaren. Ze is geen Amberiet, ze kan geen dingen als uit een raam vallen en weer weg lopen. Voor hen is ook gevaarlijk om een blok aan je been te hebben. Ze is troonopvolgster. Rhexenor en Ronardo beweren geen gevaarlijke dingen te gaan doen J. Ze denkt dat het het beste is voor Moyra om een poosje thuis te blijven. Ze moet leren zich volwassen te gedragen, ze is steeds op iemand anders verliefd. Ze moet nog veel leren. Als ze denkt dat ze er aan toe is, mag ze mee. En dat weet Moyra wel. Ze loopt even mee.
“Luister Moyra, je mag best eens mee, maar nu niet. Je moet leren jezelf te verdedigen, je kunt alleen vertrekken met mijn toestemming.”

We gaan afscheid nemen van Sean, die meteen het kanon van Rhex opmerkt. Merlijn mocht het niet weg geven, dit is een major artefact. Leg het maar uit aan mijn moeder of smokkel het weg… Net op dat moment komt Llewella binnen. “Wat zeg je Sean? En wat heb je daar, Rhex?
Van Merlijn gekregen, het kanon van Rebma? Dan ben je nu officieel Wachter van Rebma, als we worden aangevallen door allerlei wezens kun je dit gebruiken. Je mag het hebben zolang je hier bent. Aanvaard je de functie? Je hebt gratis kost en inwoning, we worden zeker jaarlijks aangevallen.” Rhex zegt dat hij het zo aan Merlijn zal afgeven.
Ze zegt dat veel Amberieten het hier saai vinden, we hebben ons voorbeeldig gedragen, heel anders dan Random.
Dan gaat Rhex het kanon naar Merlijn brengen. Onderweg komt hij Gwyndrodh tegen.
“Hee, heb je het kanon van Rebma?”
“Ja, maar ik mag het niet houden.”
“Waarom niet, er kan bijna niemand mee omgaan.”

Gwydrodh neemt afscheid door Ronardo een hand te geven en mij een kus.

Rhexenor komt met kanon weer bij ons terug. Er zijn nu geen Rebmanen meer in de kamer. Hij pakt een kaart van Random. Deze grijnst dat lui uit Rebma hem nooit troeven en haalt ons door. Dat is een verboden wapen zegt hij, je moet het in een leren foedraal stoppen. Ik heb trouwens geen klachten gekregen. Nog jongemannen die naar je hand dingen, vraagt hij aan mij. Ronardo zegt dat Gwyndrodh nogal weg van me was.
“Als dochter van Julian had ik niet verwacht dat je een verovering zou hebben gemaakt. Ja, als koning weet je dat.”

Hij wil weten hoe het eten was. Ze praten over groene dingen die lekker waren. Hij wil een verslag hebben.

Rhex loopt door de gang met het kanon, mensen kijken verbaasd. Onderweg komt hij Dyenne tegen, die heel blij is hem te zien en hem gemist heeft enzo. Ze kust hem en vindt hem een schat. Hij zegt dat hij in Rebma is geweest. Ja, er waren redelijk leuke vrouwen daar, nee, hij heeft haar geen brief geschreven, alleen de groeten gedaan via Charel. Hij demonstreert het kanon en schiet lucht af. Er zal eigenlijk een speer in moeten. Dan doet hij er een speer in. Ze vindt hem interessant. Je hebt het zeker te druk voor mij.

In de wapenkamer hebben ze een hoes en een aantal bijpassende korte speren. Het kanon is heel erg verboden in Amber. Hij test op een doel, de speer gaat er dwars er doorheen en steekt in de muur, er zit een groot gat in de muur. Het gaat harder dan een kruisboog.
Hij gaat naar zijn kamer met de hoes.

Ik zeg tegen Random dat we verder gaan onderzoeken wat die moorden betreft. Dan gaan Ronardo en ik op mijn kamer uitwisselen wat we verder te weten zijn gekomen. Ik vertel iets over Flora en het bezoek aan haar. Ronardo troeft Bleys. Deze heeft even geen tijd, maar later troeft hij Ronardo die Bleys door haalt. Hij ziet er weer fantastisch uit, heeft een wapen aan de zij en een zooitje ringen aan zijn vingers. Hij is er echt, ineens wordt het gezellig. Hij zegt tegen Ronardo dat hij niet heeft gezegd dat hij gezelschap had. Het is niet eens zijn kamer. Hij lijkt enthousiast te zijn mij te zien. Ik vraag hem of hij iets te weten is gekomen over het bloed van die vrouwen.
Dat is niet zo simpel; er ontbreekt iets uit, maar het is niet goed uit te vinden wat dan. Het is vrij gewoon, toch heeft hij het idee dat er iets uit ontbreekt, maar niet iets tastbaars. Hij heeft bloed afgenomen van een vrouw die omgang heeft met een Amberiet. Mensen die contact hebben gehad met Amberieten leven in principe langer. Daardoor is hun bloed ook anders dan van andere mensen. We noemen de offerstenen die bedoeld lijken te zijn om het bloed zo veel mogelijk weg te zuigen. Dat is duidelijk, zegt hij. Indirect heeft het meer macht. Dat wat ontbreekt is heel weinig, dan wil je daarvan zoveel mogelijk, anders doet het niets. Hij weet niet of het altaar daar voor zorgt. Hij denkt dat het ritueel en de magie er voor zorgen dat het iets er uit trekt. De vraag die we missen: waarom marmer, daarop is het antwoord dat er gemakkelijker in te snijden is. En het absorbeert geen vocht. Het is een goede vraag waar het mee te maken heeft. Wat is het dat een Amberiet, een familielid van het huis van Amber, het patroon kan lopen zonder er aan dood te gaan. Waarom heeft ieder ander dat niet overleefd? Als je de eerste keer patroon loopt, is het duidelijk dat het Patroon je niet herkent. De tweede keer merk je dat je herkend wordt. Misschien dat het Patroon familie herkent. Wat onderscheidt een Amberiet van een Chaosiet of iemand uit Schaduw. Brand heeft hiervan een deel opgelost, bloed over het oerpatroon laten lopen en het daardoor beschadigd. Ons bloed kan het patroon beschadigen. Er is een relatie tussen het Patroon en ons bloed. En een relatie tussen macht over Schaduw en Patroon, dus tussen ons bloed en Schaduw. Ze hebben niet geprobeerd of mensen die een relatie met een Amberiet hebben ook patroon kunnen lopen. Er zijn echter wel mensen uit Schaduw die gebroken patroon kunnen lopen. Van de mensen met talent is er 1 op de 10 die het overleeft. Of gewone mensen die in staat zijn dingen met Patroon te doen. Misschien zijn ze nazaten van Amberieten of zoiets. Het is niet iets genetisch. Mensen dragen dingen bij zich van voorouders, het is niet voor niets dat je op één van je ouders lijkt. De eigenschappen worden minder sterk als je verder weg staat. Misschien is het iets besmettelijks. Geslachtsverkeer zou dat kunnen zijn, een uitwisseling van iets. Door met een Amberiet om te gaan heb je misschien iets met het Patroon te maken. Het kan zijn dat de tijd van de schaduw waar je woont minder vat op je heeft. Amberieten zijn praktisch onsterfelijk, er is nog nooit iemand van ouderdom gestorven. Dworkin is apart, technisch geen Amberiet. Maar een Chaosiet takelt wel af als ze ouder worden. Misschien worden we maar 100 000 jaar oud en zal Caine overleven.
Het is typisch dat er alleen vrouwen vermoord zijn, zwangere vrouwen wisselen bloed uit met baby. Hij denkt dat het geen voortplanten is, maar meer één er bij halen. Het lijkt een soort van schaduw reizen, dat kunnen ze anders niet. En op een gegeven moment zullen ze sterk genoeg zijn om een Amberiet te pakken. Ze zullen beginnen bij een achter achter kleinkind en dan zich omhoog werken. En op een gegeven moment loopt er eentje het Patroon ergens. Dat kan gebeuren, dus moeten ze dood. Dat is duidelijk. Als je iets bedenkt dat ze aanpakt op dat bloed, pak je er meteen Amberieten mee aan. Hij gaat het wel onderzoeken.
Ze hebben het bloed afgetapt van gewoon iemand en dat in de buurt van het Patroon gehouden. Hetzelfde hebben ze gedaan met het gevonden bloed. Met de tweede was er een reactie, het Patroon lichtte een beetje op. Met het eerste niet. Dennis dacht het al, hij kan dat soort dingen vinden, ook Amberieten. Dennis of één van zijn broers: Cedric of Edward. Het alfabet van Bleys begint bij B.
Hij heeft zijn drie mannen zelf gemaakt met behulp van Amber bloed. Dat komt nu van pas. Als er één van die engerds patroon gaat lopen is het hek van de dam. Natuurlijk kunnen we zijn hulp wel gebruiken. En hij gaat verder met zijn onderzoek, ze zijn binnen langs de achterdeur. Hij heeft er over nagedacht. Het kan zijn dat Oberon ook met dat zaakje bezig was. Vlak daarna heeft hij ruzie gehad met Osric en Finndo. Er zijn helemaal geen getuigen, van alleen horen zeggen. Ze zijn weg gezonden en nooit meer terug gevonden. Hij zond vaker mensen weg voor één of ander rotkarwei. Je dacht toch niet dat het idee van die drie mannen helemaal van hem was? Voor dat soort experimenten was het idee van zijn vader.
Er is onlangs weer een soort van opleving geweest en dat is verdacht. Eeuwen is er niets gedaan en nu is het aan het escaleren. Dat kan de Phoenix zijn, maar ook iets anders.
Ronardo zegt dat hij met Sand heeft gesproken.
Ze had iets mee gemaakt en Ronardo vertelt over de eilandjes waarop de vermoorde vrouw is gevonden.
Bleys zegt dat het interessant is om te weten hoe je ze dood krijgt en op kan sporen. Nu ze iets van Amber bloed hebben, zijn ze op te sporen. Misschien zijn ze gevoelig voor de naam van de vermoorde persoon.
Het is belangrijk om hun zwakke plek te weten te komen, mits ze die hebben. En het beste is om met Benedict zo’n wezen te ontmoeten.

Rhex gaat naar zijn kamer, de deur op slot en gaat zich concentreren in zijn bed. Hij wil de baas van de keuken zijn, helaas lukt dat niet. Dat weet hij van te voren al. Hij droomt Mario te zijn en kijkt naar Julius, ze zijn bezig met manschappen te trainen en kamp op te bouwen. Julius doet streng tegen Mario. Ze zijn een vierkant fort aan het bouwen, er om heen hebben ze een stuk land ingepikt met huizen er op. Ze drijven handel met de nabijgelegen stad. Uiteindelijk wil hij wakker worden. Het voelde allemaal heel echt, hij kon vuren ruiken en had eventueel zelfs iemand overhoop kunnen steken. Hij staat op, pakt zijn spullen bij elkaar en gaat naar de keuken. Gevulde kalkoen staat er op het menu. Gisteren zijn ze al gestopt met de frikadellen, Vialle verbood het. Er is trouwens voldoende pudding.
Zoek je iemand? Ja, waar is Diana. Die is voor straf de plees schoonmaken. Hij mag haar niet zomaar van het werk afhouden, prins of niet. Ze hebben twee kalkoenen speciaal voor hem. En hoe wil je je aardappelen? Als puree met ouzo. Hij wordt de keuken uitgekeken. Dan gaat hij naar de plee, Diana stinkt. Ze wilde wel eens dat er een prins komt op het witte paard en haar ontvoert, maar ze denkt eerder dat het een slagersknecht wordt. Hij wil haar mee nemen naar de stad.
“Neem een bad,” raadt hij haar aan. Wat hem betreft op zijn kamer, maar dat hoort niet, zegt ze. Hij heeft natuurlijk een leuke Romaanse prinses ontmoet en aan de haak geslagen. Ze is pas vrij over twee uur. Dan kan hij kalkoen gaan eten. Voor haar zullen het de afvalrestjes van gisteren zijn. Die frikadellen vond ze goor, en ze moesten ze opeten. Kebabs klinkt als kamelenvlees. Je ziet er goed uit, getraind. Nog gespierder dan ooit, alle meisjes kijken naar hem, iedereen vindt hem leuk, weet ze zeker.

De eetzaal is leeg, hij roept een bediende voor de kalkoen. Die is nog niet helemaal gaar. Wil hij genoegen nemen met een paar boterhammetjes dan? Met kaas en ham. Tosti’s maken ze met zo’n heet ijzer, daarvoor moeten ze speciaal voor naar de martelkamer. 8 tosti’s voor de prins, een grote kan melk er naast. Deirdre komt binnen, ze is benieuwd hoe het was in Rebma. Hij laat haar meteen zijn nieuwe speelgoed zien.
“Heb je het geheime Rebma kanon?”
Excalibur trekken heeft ze ook geprobeerd ja. Zij vindt het er ook saai, er is niets te doen. Je wordt nooit aangevallen, er zijn alleen mensen die naar je lachen. Soms heeft ze zin om iemand in elkaar te rammen op straat. Aan Llewella zit vast een steekje los, waarom is ze daar anders. Magie is best leuk om te kunnen, met vuurballen kun je hoofden weg blazen.
Of ze iets weet van Abyss wezens? Wil hij weten.
“Je vond Rebma zeker ook saai,” zegt ze. “Stamp gewoon eens zo’n hooghartig figuur in elkaar en zeg dat het voor mij is.”
Odysseus noemt hij zijn vriend, ze heeft altijd gezegd dat hij de verkeerde vrienden heeft.
“Heb je je hoorn nog, je mag hem ook cadeau doen hoor, voor mijn verjaardag…”
Hij vraagt of ze nog contact heeft met zijn vader, of ze elkaar nog aardig vinden. Dat weet ze niet. Ze zijn niet gescheiden en ook niet getrouwd.
"Tijdens de oorlog ging je dus met mijn vader?"
"Dat is niemands zaak," vindt ze.
"Heeft hij je verslagen?"
"Ja, hij heeft me zo’n pak slaag gegeven..."
Er is niemand die Benedict aan kan. Corwin heeft hem eens verslagen, dat moet wel met vals spelen zijn geweest. Corwin is haar volle broer, haar beide broers zijn heel goed. Hoe heet zijn oma eigenlijk? Faiella. Ze is gestorven toen Deirdre geboren werd, ze heeft haar nooit gekend.