Saturday 11 October 2008

Bij Martin Thuis/ Rome/ Boudicca

Ronardo en Mandor staan in een soort van bibliotheek. Een grote hal met een zijhal, vol met boekenrekken. Er liggen papieren met aantekeningen en schriftjes. In een aantal boeken zijn ze aan het schrijven. Het is moeilijk om al die onzin te ordenen op onderwerp.
Ronardo gaat alle boeken over Amber verzamelen. Er is één boek waar dingen over Amber in staan en de rest is over een aantal boeken verspreid.
Er staat ergens een stukje over geheime gangen, en spiegelzaal die op één of andere manier belangrijk is. Dan een stukje dat over de macht van Amber gaat, het wezen van het kasteel van Amber die Oeliandor zou moeten heten en een stukje over de vier eenheid, de vier reflecties. En de bijzondere Gaven van de Koning van Amber, erg wazig allemaal, maar als je koning van Amber bent krijg je macht die je anders niet hebt. De Eeuwige stad Amber, de Sfinx van Amber. Er wordt gepraat over De Toren van Amber en een Piramide in Amber. En er wordt ook gepraat over de Ouden van Amber die blijkbaar Amber over willen nemen. En de ruiters van Ganesh die Amber willen aanvallen. De Moonriders. De Blue Ones die Amber aanvallen. De Black Road loopt tot aan Amber, geopend met bloed. Misschien dat Fiona het daar eens over gehad heeft. En in elk troevendek zou een troef van Amber moeten zijn. Koning van Amber die Dworkin heet, dan Oberon, dan Eric en dan Corwin. Andere namen komen er niet in voor.

Dan een boek over wezens. Daar zijn er veel van. Over echte Machtwezens vindt hij maar weinig. Iets over boodschappers van wezens, maar niet echt over de wezens zelf.

De reus brabbelt echt veel in zijn slaap. Hopen onzin vooral.

Het boek dat Ronardo heeft, is toch anders dan de rest. Er staan meer interessante dingen in. Hij vraagt of iemand hier dat geschreven heeft. De man die het aanraakt, krijgt daar last van en beschuldigt Ronardo van het meenemen van een giftig boek. Mandor dreigt dat ze moeten inbinden en staat met stalen ballen te spelen. Die komen weer terug, zegt hij, na de vraag van Ronardo. Mandor bekijkt het boek en zegt dat er allemaal onzin in staat. Hoewel, er staat een stukje over Het Gevaar uit de Abyss. Interessant. Daar wonen demonen. En zijn we hier klaar? Moet de reus nog dood? Dat hoeft niet, maar die slaven kunnen ze bevrijden.
Mandor maakt met de ballen een groot gat in de muur. Daarachter is een deur met een ruimte waar onder andere de spullen van Ronardo en Mandor liggen. Er ligt ook een soort koffertje met knopjes. Ronardo drukt op knopjes en er gebeurt niets. Op de achterkant staan rare tekens. Hij neemt het mee. Hij zoekt het meisje op dat ze als eerste hebben ontmoet en vraagt haar het boek over Oberon te geven.
Ja, ze gaan nu de slaven bevrijden. Mandor commandeert dat iedereen tegen de muur moeten staan en zorgt er met behulp van de stalen ballen voor dat ze van de kettingen worden bevrijd. Dan gaan ze naar buiten met al die lui. Ze passen niet allemaal op zijn matras. Men begint te roepen waar ze vandaan komen. Gemiddeld late Middeleeuwen op een Schaduw. Hij tovert een Gate, laat iedereen er doorheen gaan. Als ze er allemaal door zijn, sluit hij de Gate.
“Waar gaan ze nu heen?” vraagt Ronardo.
“Wat stom, ik weet niet eens waar ik de Gate heen heb gedaan en er zaten leuke dames bij.”
Vanuit de grot klinkt het gebrul van de reus. De berg begint te trillen. Mandor concludeert dat het matras weg is, demonen zijn nu eenmaal niet te vertrouwen. Hij pakt een kaartje en ze troeven naar een flatje waar net Martin naar binnen loopt met een blik bier in zijn handen. Nee, hij heeft niet zo’n 100 vluchtelingen voorbij zien komen. Dit zijn toch de late Middeleeuwen? Nee, over 20 jaar het jaar 2000.
Ze gaan aan het bier.

Martin vraagt wat Ronardo heeft gedaan de afgelopen tien jaar. Martin is net terug van een tripje.
“Gewoon met mijn dochter ergens geweest en meer hoeven jullie niet te weten. Zo, en hoe hebben jullie elkaar ontmoet?” Al met al een zeer gezellig gesprek waar met weigert te veel te vertellen. En Martin heeft geen zin in het spel. Ronardo was toch bezig met vampierdingen? Of dat heksje Morwientje? En sinds wanneer houdt Mandor zich daar ook mee bezig? Mandor wil meer weten van het heksje.
“Ken ik haar?”
“Niets voor jou, ze is een Amberiet,” zegt Martin.
Hij wil meer weten over de boeken. Hoe heet je wereld?
“Mijn wereld,” zegt Ronardo. Zeker allemaal wijven die er bloot rond lopen, jou kennende, vist Martin.
Mandor vindt werelden leuk waar net de atoombom is uitgevonden.
“Moet ik je mijn flat uitstampen omdat je me niet niets wilt vertellen?” vraagt Martin. “Sientje heet mijn dochter, maar ze noemt zich Xena.” Hij laat een foto zien van een punkmeisje. Ronardo weigert te vertellen wat hij hier met Mandor doet. Hij heeft graag geheimen, zodat hij meer weet dan andere Amberieten.
“Dat zijn Brand spelletjes,” zegt Martin. “Je moet wel leren wie je wel en niet kunt vertrouwen. En als zoon van Fiona ben je slecht begonnen. Die switcht halverwege van de ene na de andere kant.”
Hij weet wel wie hij niet kan vertrouwen en vooral geen familieleden. Dat is Mandor met hem eens.
“Aan wie heb jij een hekel,” vraagt Martin aan Ronardo. “Aan Caine of Julian? Beide arrogante bastards.” Julian die aardig doet? Vanwege zijn dochter zeker. Dus kun je niet eens meer normaal met die Morwenna omgaan omdat je dan het risico loopt dat haar vader tegen je gaat zitten grijnzen?
“Wie is die fucking Morwenna?” vraagt Mandor.
Morwenna, een dochter van Julian, die veel van demonen weet kan erg interessant zijn vindt hij. Misschien is ze niet van Julian, zegt Martin. Van Bleys of Corwin? Rot voor haar, vindt Mandor. Martin mag Bleys niet. Brand ook niet en Fiona gaat dan nog.
We waren bij de Abyss, zegt Mandor. Dat vindt Martin saai. Als je niets wilt vertellen, kan ik je ook niet helpen, zegt hij.

Rhexenor heeft een uitleg gehad van zijn moeder. Nu is hij in de flat bij Brand, die heel veel dingen saai vindt en Corwin een zeikerd. Deirdre gaat bier halen en Brand en Rhex zitten nu alleen. Hij wil nu meteen zijn schuld bij Rhexenor inlossen, is er iets wat je nu wilt hebben? Kom je uit een Griekse wereld? Dat is balen, tussen al die barbaren. Je hebt vast niet met zo’n moeder bij Pythagoras gezeten. Dat zegt Rhex helemaal niets en van Archimedes heeft hij ook nooit gehoord.
Rhex vraagt naar de relatie met Dalt, hij en Dalt hebben een beetje hetzelfde ideaal. Dat is niet zo, zegt Brand. Daar staat Dalt, maar dan in het klein. Dalt vindt zichzelf zielig en al die Amberieten hebben de schuld. Brand, wat groter, heeft hersens. En oerwezens denken dat ze de baas kunnen spelen. Zijn vader is een chagrijn. Rhex vertelt hem eens gezien te hebben in Amber. Dat is een patroonspook, denkt Brand. Rhex vertelt over de keer dat hij door de tijd ging reizen. En dat er dingen verandert waren toen we terug kwamen. Daarom leeft Caine zeker nog, zegt Brand. Hoe hebben jullie door de tijd gereisd. Met een armband? Wie heeft die nu? Caine zeker. Interessant.
Wat wil jij van mij weten? Nee, AL mijn plannen vertel ik niet. Ik ga eerst een tijdje rond kijken, ik ga mijn vrouw opzoeken die verbannen is en daar ben ik niet blij mee. Dan wordt het weer als vanouds. Hier en daar wat met familie praten, wat kennissen opzoeken in Chaos en wat kennissen daar vermoorden. Nee, Despil staat niet op de lijst. En nee, Dara ook niet. Iolanthe kent hij niet. Hij vertelt van Ronardo, die komt hem wel bekend voor. Nicolas, de Hendrakes, staan niet op het lijstje, kunnen alleen maar vechten. Handig als kanonnenvoer. Jurt is ongevaarlijk. Mandor is wel gevaarlijk, maar die heeft me goed geholpen.
Als je in de Abyss ligt, staat je lichaam stil door tijd. Dus nee, honger heb ik niet.
Is er iets wat jij kan, waar ik last van zou hebben? Dacht je nu dat ik bang zou zijn voor je zwaard?
Er zijn nu nog steeds Schaduwstormen die Schaduwen aan het vernietigen zijn en niet te stoppen zijn? Misschien vernietigen ze uiteindelijk alle Schaduwen. Er zijn inderdaad oneindig veel Schaduwen, maar ze zijn niet onbegrensd.
Benedict is niet gevaarlijk. Hij houdt niet van demonen en ik ben geen demon. Zijn sterke punt zit in manipuleren en magie. Dat van Benedict zit in zijn spieren en oorlog voeren. Saai.
Oberon, zijn vader, is één van de engste wezens die er bestaat. Dat is Brand eens met zijn broers en zusters. En hij is onbetrouwbaar.
Rhexenor vindt een Spikard een interessante optie. Brand raadt het hem af, dat brandt zijn hersenen door. Phoenix power is iets van vroeger, nu moet deze half gek zijn, na zo’n lange tijd in de Abyss. Waarom hij haar mee trok in de Abyss? Een mogelijke verklaring was dat ik dacht dat ze haar er uit wilden vissen en dan zou ik ook vrij zijn. En dat is gelukt.
Rhexenor denkt aan iets levends om te hebben. Een huisdier, niet echt, een beest. Moet het er uit zijn als een beest of er alleen maar één te zijn. Of een slavinnetje of demoontje? Misschien iets waarop je kunt vliegen, denkt Rhex. Een paard? Dat kan. Of liever een wolkje?
In ieder geval iets dat in vrijwel alle werelden werkt, een beetje elektrisch want dat is cool. Een jet pack. Hij haalt een DVDtje uit de kast waar hij een stukje film laat zien: ‘Boba Fett? Where?!’ Dat is toch niets, zegt Brand, heeft een jet pack en vliegt nog in het gat.
Hij dacht meer aan een leuk paard. Draak, lijkt Rhexenor wat. Leuk, zegt Brand, die hebben altijd honger. Een vegetarische draak, stelt Rhex voor. Zonder tanden? vraagt Brand.
Uiteindelijk kiest Rhex voor een coole, stoere draak, die alleen bij hem past en naar hem luistert. Weet je het zeker?
Brand doet iets en stapt weg. Even later komt hij terug, ziet er verbrand en geschroeid uit. Hij geeft Rhexenor een tas met een ei dat erg heet is. Er was niet gemakkelijk aan te komen.
Deirdre komt terug met Bavaria. Brand vindt het niets, waarom geen Brand. Jij kan lezen en schrijven? Deirdre boos, natuurlijk kan hij dat. Nee, ik heb hem dat niet geleerd, heeft hij zichzelf geleerd. Hij is een genie. Met het ei is ze niet erg blij. Dat is toch zeker niet van een metaaldraak?
Dan gaan ze StarWars kijken. 7 films totaal. Ze praten nog wat na over de films. Bestaat die Force echt. Ze kijken hem verbaasd aan. Natuurlijk, jij bent er toch ook van? Brand oefent wat Force op Rhex en zonder problemen geeft hij zijn chips af. Hij probeert datzelfde uit op zijn moeder, die boos wordt. Brand doet dat dan ook bij Deirdre en dat werkt wel….
Het is niet zo veilig om koning van Amber te zijn, er zijn altijd heel veel vijanden. Het is gewoon geen veilige baan. En het is er saai. Rhexenor vertelt van zijn cloakende armor. Die heeft hij ergens vergeten. En ja, die werkt in Amber. Brand wil die graag lenen. Hij wil even rond lopen in Amber om een grap uit te halen. Hij zal niets kapot maken en dood maken. Rhexenor leent het uit.
Hee, komt uit de Abyss. Hij vindt het gaaf. Hij gaat even naar Amber en is weg. Hij ziet een kaartje van de hal in het paleis verschijnen. Brand is verbaasd dat Rhex ook zo’n kaartje heeft, die waren er toch allemaal uitgehaald?
Rhex vertelt zijn moeder dat hij Rome wil innemen. Ze raadt hem aan meer troepen mee te nemen, ze kan hem wat honden met die magiërs mee geven. Hij zal het haar laten weten wanneer hij gaat aanvallen. Zij wil gaan, hij wil liever nog een film kijken. Dat wordt de trilogie van Indiana Jones.
Bij de laatste film keert Brand terug en Rhex krijgt de rusting weer. Hij is op zijn kamer wezen kijken en heeft die ouwe Random de stuipen op het lijft gejaagd. Nou ja, hij was niet zo schrikachtig. Weet hij dat je die rusting hebt?
Op zijn kamer heeft hij iets ouds gevonden. Hij heeft een zwaard dat hij eerder niet had. Deirdre wil haar zoon wel af zetten bij het legerkamp. Met de auto scheuren ze even later over de A2. Je mag maar 100, maar ze rijdt 200 over de vluchtstrook. Politie achter ze aan. Bij de brug verdwijnt het landschap en zitten ze in een trein. Dan op een kar met paarden en ze stoppen bij een herberg. Daarna gaan ze verder met paarden. Na een week of wat komen ze uit bij het kamp. Ze hebben vrij goed kunnen praten, hij denkt niet dat ze gek is.
Ze is de meeste tijd opgegroeid in Amber. Haar moeder heeft ze nooit gekend, die is gestorven toen zij geboren werd. Nu is het verhaal wat anders, maar goed. Haar vader heeft haar daarvan de schuld gegeven en bemoeide zich niet met mij. Ze is het meest opgetrokken met Corwin, die staat het dichtste bij haar. Ze speelden altijd samen in het paleis.
Corwin is ook speciaal, eigenlijk de beste van ons allemaal. Geen wonder dat hij de lieveling van Oberon is. En hij is ook goed in het Spel. Alleen is hij niet erg goed in inschatten van mensen. Hij heeft haar ook altijd vertrouwd en dat was onterecht. Vialle is een bitch, zegt ze. Die heeft ze achter de ellebogen. Zielig en blind, ha! Gerard is een sukkel. Als klein jochie was hij al zo. Zeerovertje spelen, moest de kist bewaken tot in het oneindige, ze heeft ze allemaal op zien groeien. Random was een pestventje!! Coral heeft ze niet gekend, dat was een bitch. Sand en Delwin zijn daar wel opgegroeid, maar door hun moeder weg gehouden van iedereen. Altijd klooien die Random en hij moest altijd Corwin hebben.
Ze heeft een keizerrijk voor zichzelf veroverd. Planeten veroverd. Dalt is wel een knappe jongen.
Zij heeft de schurft aan Amber, maar dat gaat ze niet aan iedereen lopen vertellen.
Bij de Romeinen neemt ze afscheid.

Het kamp is behoorlijk groot, meer een stad inmiddels. Overal marcheren colonnes Romeinen. Het gaat goed!
Rhexenor mag mee naar de baas. Oh, Julius? Dan moeten we die kan top. U wilde toch de aanvoerder van het leger spreken. Odysman heet die.
Hij wordt naar diens kamer gebracht, heel duur, vol giechellende vrouwen. Leuk dat ik je zie! Julius is bezig zijn senaat in te richten.
We gaan Rome aanvallen, kondigt Rhex aan. Als we nu heel veel karren overvallen en deze vol stoppen met onze mensen… Rhexenor wil gewoon ouderwets de stad belegeren. Julius schijnt door middel van de senaat Rome over te willen nemen. Dat is pas saai!
De boogschutters zijn ook wat uitgebreid. Kun je niet nog wat elfen meer halen, eigenlijk?

Julius woont in een huis in de stad met personeel. Hij is enthousiast dat Rhexenor weer eens komt kijken na een jaar. Hij stelt Rhex voor aan alle andere leden van de senaat. Ze hebben besproken hoe Rome een nieuwe keizer nodig heeft. Rhex wil een aanval. Ze adviseren hem om eens tegen de barbaren in het Noorden te gaan vechten. Zelfs de vrouwen vechten daar. En van de senatoren begint over de achterlijkheid van Grieken en de geweldige Romeinen. Rhex slaat hem tegen de grond. En een ander die zegt dat Grieken zo zijn. Odysseus vindt een aanleiding om en derde senator te meppen.
Iedereen kan Rome binnen, want de poorten staan altijd open. Dus dat met die karren is niet zo’n goed idee. En een ander veroveringspaard zullen ze herkennen.

Ik vraag dingen over kruiden en planten. Hij weet veel over speciale eigenschappen van kruiden. Bijvoorbeeld dat je wazig wordt door bepaalde planten bij je te dragen.
Het zwaard werkt heel goed tegen demonen. Hij heeft het ooit gekregen van Oberon. Het komt uit een piramide. Hij heeft hier nooit een piramide gezien. Het is een oud zwaard, de naam is niet uit te spreken. Uit de tijd van voor Amber, van de strijd onderling tussen demonen, misschien gemaakt door demon maar is het zelf niet. Het werkt tegen dingen waar Chaos in zit. De rusting is heel bijzonder, het is metaal als emaille. De witte laag zit er op. Het is heel glad metaal. Het is magisch. Het zwaard is echter het ergst, maar de honden of de haviken doen niet echt onder.
Hij heeft er zelf voor gezorgd. Er de beste uitgezocht en verbeterd. Dat kan ik ook, zegt hij. Kost macht en tijd. De honden kunnen dood, maar er komen nieuwe. Dat duurt even. Gewone wapens kunnen er niet doorheen, als het beschadigd, repareert het zichzelf. Het kan moeilijk kapot. Wit is de kleur van de dood. Hij heeft wel eens een film gezien waarin de slechteriken ook rond lopen in zo’n pak, maar het interesseert hem niets als ze hem de slechterik vinden. Ik heb echter ook een rusting waar ik tevreden over ben. Ik zou de de armbanden sterker kunnen maken door er meer macht in te stoppen.
Paarden zijn groot en sterk enzo. En dat moet versterkt worden. Zo zijn ze minder beïnvloedbaar. Het zijn een soort amberpaarden, maar dan wilder en groter. Ik moet een jong exemplaar vangen en opvoeden. En er macht in stoppen.

Hij blijft even zoeken. Ik merk dat hij nogal afhankelijk is van zijn dieren.

Intussen spreek ik even met Julia. Ze heeft het feest overleefd. Ze was aan het onderhandelen, kwam die Iolanthe aanzetten. Dat met mijn moeder gaat geregeld worden, het was wel een probleempje om Mandor te pakken te krijgen, die heeft het druk gehad.
Ik vertel haar dat Brand terug is en ik weet niet wat zijn plannen zijn..

Ik vertel Julian over het gesprek met Julia. Volgens hem het liefje van Merlijn.
Corwin zou ik eerder in een vakje hebben geplaatst. Hij is ambitieus, heeft specifieke voorkeuren voor familieleden. Blijkbaar als je een tijdje blind bent en zonder geheugen rond loopt, verandert dat.
Zijn broers en zusters hebben Amber in gevaar gebracht, zonder over de consequenties na te denken. Als je een oorlog gaat veroorzaken om koning te worden en broers ombrengen om de troon, dan zit je fout. Zij als familie zijn nooit één front geweest. Ze hebben wel eens gedacht dat Chaos de grote vijand was, maar vaak bleek er dan weer een familielid te zijn met banden binnen Chaos. Bleys en Corwin zijn met legers Amber binnen getrokken met vuurwapens. Eric zat op de troon en had Corwin op een zijspoor gezet, hij was de favoriet van pa. Op de een of andere manier mocht hij Corwin meer dan de rest. Hij moedigde het spel aan, zette de kinderen tegen elkaar op, dus was het zijn eigen schuld dat er zulke ruzies ontstonden. Uiterst vreemd dat Oberon Eric over het hoofd zag.
Julian heeft zich met de meeste familieleden niet veel bezig gehouden, ze zoeken het maar uit. De enige die hij een beetje kent is Caine. Hij heeft Eric gesteund, deze dacht dat het uit zwakheid was. Terwijl hij dat deed voor Amber en niet voor Eric persoonlijk. Deze was verwaand. Hij zou het wel eens allemaal regelen. Julian steunt de koning van Amber. Dat heeft hij Corwin ook gedaan en nu Random. Hij ziet hem hier nooit als wandelaar in het bos, alleen scheurend op een motor en met een terreinwagen. Random mag hem niet, maar het kan hem niets schelen dat de anderen hem niet mogen.
Het gaat ze allemaal om de macht, het kan ze niet schelen wat ze moeten platstampen, opofferen enzovoort. Nu is er hier in Arden iets aan de hand en niemand van zijn broers en zusters die dat ook maar iets kan schelen.
Qua Brand lijkt hij niet teveel problemen te verwachten. Hij kan er ook niets mee.

Het woud lijkt wat minder op Arden. Er zijn groepjes van bomen met hier en daar meer grasland. Vrij grote stukken bos met ene omgeving van kreupelhout. Lijkt er wel wat op, zegt Julian. En er komt een kleine kudde heel grote paarden voorbij. Morgenstern reageert. Een mannetje met een aantal vrouwtjes en jonkies. Hij was toen op zoek naar een ander paard. Eigenlijk naar de legende van een paard met zes poten, nooit gevonden. Niemand weet precies hoe groot Arden is, niemand die het interessant vond. Of Rebma en TNO in Amber liggen, weet hij niet en dat geldt ook voor Arden.
Dit is blijkbaar ook nog het goede Arden. Een paard loopt wat raar, er is een andere met een te korte staart andere met gespleten hoeven. Er rennen ook een soort grote vogels rond. Roofvogels. Ze zien ruit als een soort havik of valk en die rennen achter de paarden aan. Dan zijn de paarden weg en eentje is er dood.
‘s Nachts slapen we in een tent, de paarden wat hoger op rotsblokken. De kudde die we volgen zoekt ook een beschutte plaats.
Een week later, na het volgen van een paar kuddes, zie ik haar. Een jong paard, een merrie. Ze ziet er gezond uit bijt van zich af, rent als hardste mee, niet ziek, heeft me ook in de gaten. Ze is van een licht, grijzig bruin.
Julian kan de kudde opjagen en als ze voorbij denderen, moet ik haar proberen te vangen. Als ik haar vang, moet ik haar meteen vast zetten.

Het geluid van de knal van een zweep. Daar komt Morgenster aanstormen, voor hem een kudde. Ik werp ik een lasso. Ik krijg het om de hals van het paard, maar het gaat niet echt lekker, ze is erg wild. Ik moet me vast zetten, wordt een eind meegesleept. Uiteindelijk krijg ik het touw om een stevige boom en met hulp van Julian lukt het om het paard vast te binden.
Dan ben ik een paar uur bezig het paard aan me te laten wennen.

Martin heeft zijn hulp aangeboden om de boeken te ontcijferen. Ronardo wil weten hoe hij weet dat ze ontcijferd moeten worden. Omdat je ze zo krampachtig vast houdt.
Hij vertelt wat hij al weet over die spookvampieren. Niet zo moeilijk, denkt hij. Je moet er achter komen wie allemaal vriendin zijn (geweest) van een Amberiet en die nalopen. Of je afvragen hoe die wezens die vriendinnen opsporen. Als je dat weet kun je ze ook vinden en misschien eerder dan die vampieren. Ze lijken wel een beetje bang te zijn voor Amberieten, die laten ze niet dicht bij komen. De vraag is waarom ze bang zijn en waarom ze Amber willen veroveren. Volgens Mandor zijn er genoeg Chaosieten die ook voldoen aan het Amber bloed. Het klinkt allemaal niet als een Chaosieten plan. De hele familietakken van Benedict, Corwin en Osric en Finndo hebben Amber bloed. Hij is een expert in demonen en dat soort dingen zou hij zelf ook kunnen. Maar het is zo.. eh….nep! Chaosieten hebben de macht al om tussen werelden te reizen. Het klinkt trouwens ook niet als een Abyss achtig iets, hoewel dat offeren en daarvan sterker worden… er zijn wezens die dat kunnen doen, maar eigenlijk worden ze sneller sterk door een Chaosiet te pakken uit Benedicts familie of Dara.
Het verhaal vindt hij wel interessant. Hij had al een beetje gehoord van Despil, een amateur die tovert voor de lol. Misschien moet je inderdaad het spoor richting Ctulhu maar volgen. Dat zijn geen demonen. Meer vreemde wezens, buitenstaanders is misschien het beste woord.
Ronardo vraagt of er een snelle weg is er te komen. Hij denkt niet dat je er zomaar komt. Martin vraagt of er niets van staat in dat engste boek. Hij weet van iemand die iets zei tegen het boek, en dan het boek liet openvallen.
Ronardo legt het boek neer, zegt “Ctulhu” en doet het boek open. Daar staat inderdaad een zinnetje over Ctulhu. Als je de wereld Dark End wil bereiken moet je de vier voorwerpen hebben: Het Boek; Het Blad; De Munt; De Zalf
Martin haalt nog drie blikken bier. Nu gaan ze dat even oplossen. Welk boek is Het Boek?
Ronardo herhaalt het ritueel, het boek valt open op een bladzijde volgeschreven met flauwekul. Misschien werkt het maar één keer per dag, zegt Martin. Misschien weet je het al, zegt Mandor. Is het het boek van Yss. Of het Necronomicum. Martin heeft er een DVD over. Ronardo herinnert zich dat Corwin dat ook zei. Je moet een woord zeggen en een stukje vergeten…Leuk hè! Army of the Darkness heet die film.
Het blad: dat is vast de Playboy. Of bedoel je zo’n vijgenblad.
In London is ‘de Munt’ en daar worden de rijksmunten geslagen. Misschien moet je daar dan zijn. Volgens Mandor hebben ze in elk land een ‘de Munt’. Martin zegt dat Engeland het centrum van de wereld, Mandor en Ronardo zien meer Nederland in die functie.
De zalf dan. Vast tegen het eczeem dat je daar oploopt, probeert Martin lollig te zijn. Mandor zegt dat zalf veel terugkomt in rituelen. Doden werden gezalfd. Past wel bij het Boek der doden. En munten en doden hebben ook iets met elkaar te maken.
Martin haalt zijn laptop te voorschijn, komt inderdaad uit een andere tijd, voor internet heeft hij wat moeten regelen.
Ergens komt uit google dat er een cultuur is ergens ter wereld waar ze een blad in de mond van hun doden doen. Omdat de tong het eerst wegrot en die tong heb je nodig om met bijvoorbeeld de veerman te kunnen spreken.
Ook is er een muziekband die Dead Leaf heet. En iets over een geleerde die onderzoek heeft gedaan naar dode planten die met water weer tot leven komen.
Mandor vraagt of hij nu weg kan, of dat hij nog nodig is. Hij mag gaan, Ronardo bedankt hem en krijgt zijn troef. Ronardo denkt dat Mandor een troefcontact had en daarom ineens haast had weg te komen.
Wat ga je nu doen, vraagt Martin. Het Necronomicum zoeken, maar eigenlijk komt het vanzelf naar je toe. In de film lag het op een speciaal kerkhof, zegt Martin.
Ronardo wil eerst naar Fiona. Hij belooft Martin later te troeven.

Fiona ziet er best netjes uit. Hij vraagt wat er is. Ze zijn naar de opera geweest. Kun je me doorhalen? Dat doet ze. Zijn vader is er ook bij, ook netjes gekleed. Naar de barbier van Sevilla zijn ze geweest.

Rhexenor gaat Rome veroveren en zal zorgen voor meer troepen. Julius snijdt de bewusteloze senatoren de keel door. Intussen geeft Rhexenor bevelen aan zijn generaal.
Het leger moet in anderhalve dag klaar zijn. De trompetters blazen het officieren bevel. Ook worden er mappen gemaakt. Hij vraagt naar vliegende paarden. Nadat Rome is verovert mag Odysseus naar huis. Hij komt maar niet thuis lijkt het. Twee jonge meisjes komen bij Rhex op de knie zitten. Ze spelen wat samen. Grietjes en Rhexenor gaan met zijn allen naar een kamer.
De volgende ochtend kan hij in bad en schone kleren aan en ontbijten. Rhexenor concentreert zich op de vlam en bedenkt dat Odysseus geen honger heeft. En even later weer wel. Odysseus begrijpt niet wat hem overkomt.
Tegen de middag komt er iemand melden dat een boodschapper aan de poort staat die hem wel spreken, het lukt om hem met 100 man tegen te houden. Rhexenor gaat er naar toe en treft een heleboel Romeinen bewusteloos aan. Daar is Iolanthe.
De naam Odysseus komt haar wel bekend voor.
Ze wil met hem praten. Ze kijkt om zich heen, ziet wel een paar knappe Romeinen. Wie weet hebben de Hendrakes wat Romeins bloed.
Ze loopt even langs de tent, deze gloeit even op. Kunnen ze niet worden afgeluisterd.
Ze is gestuurd, hij heeft instructies nodig.
Ze vraagt wat hij al kan. Hij probeert haar te vertellen dat ze dorst heeft. Ze is niet onder de indruk.
Hij kan gedachten beïnvloeden, met dromen klooien. Heeft wel eens wat moeten genezen. Hij kan dus niet de droomwereld betreden.
Alle levende wezens hebben gemeenschappelijk een band, het leven, de Phoenix.je kunt ze daardoor beïnvloeden, maar hogere wezens hebben er weerstand tegen. Je kunt bijvoorbeeld wel minder geld geven aan een koopman, maar als je het steelt, klooi je in feite te veel.
Als je je geestelijk verplaatst in een droomwereld, kun je in andermans geest terecht komen. Ook kun je jezelf verplaatsten, maar dat kan erg gevaarlijk zijn. Ze kan het hem leren. Er is een wereld die Tel Arianrodh heet, de wereld van dromen, en daar kun je jezelf heen verplaatsen. Op het moment dat je gaat slapen, moet je een sprongetje maken naar die wereld. Stap twee is dat je dat fysiek doet, met je hele lichaam.
Ze kan hem iets leren over dromen of meer over wezens beïnvloeden. Dat laatste kan hij ook zelf leren door te oefenen.
Hij kiest voor de dromen. Ze kunnen af en toe afspreken en dan geeft ze hem in die droomwereld les. Ze zal hem eerst leren hoe er te komen.
Hij moet gaan liggen, zich openstellen voor de Phoenix. Ze zegt dat hij zich moe voelt. En hij valt in slaap. Hij wordt wakker gepetst. Hij moet eerst bepalen waar hij haar wil ontmoeten. Dat is in zijn kamer in Amber. Hij staat daar in zijn blootje, hij moet aan kleren denken van Iolanthe. Meteen heeft hij zijn kleren aan en staat dan weer in zijn blootje. Dat gaat zo een aantal keer. Zij heeft een zwarte rusting aan en even later een mooie jurk en dan staat hij in een jute zak.
Dat is les 1, dat heeft zij gedaan. Hij dondert in een gat, het vuur komt dichter en dichter bij en staat weer in zijn kamer. Het is hier gevaarlijk, zegt ze. Af en toe kunnen we elkaar hier ontmoeten. Hij moet alleen wel onthouden dat zijn lichaam daarginds is. Hij moet zijn and ophouden, ze pakt een mes dat ze in zijn hand steekt en hij moet wakker worden. Hij heeft dan nog steeds de wond die wel weer dicht trekt. Ze zegt hem dat het dus mogelijk is dood te gaan in de droomwereld. Ze gaat dan weer, moet nog wat Chaosieten laten schrikken, zonder hoofd zullen ze wakker worden. Nee, Nicolas niet, dat is een Hendrake. Misschien kan ze de oude Sawall van Dara laten scheiden en zelf koningin worden.

Het is avond. Het leger is klaar om te vertrekken. Heeft hij het al geregeld? Hij troeft naar Deirdre, wat even duurt. Dat is een poos geleden zeg! Hij is hier pas net. Hij geeft aan dat hij nu wel wat wolfmensen kan gebruiken. Blijkbaar zit ze in een wereld waar de tijd veel sneller loopt. Hij gaat vechten omdat het leuk is, zegt hij. Stormtroopers zijn wat lastig, de wapens werken niet.
Ze zal wat gaan regelen. Het drakenei gaat niet uitkomen zolang hij het niet ergens heeft neer gezet. Hij kan het beste een vulkaan zoeken en daar gaan wonen een poosje, of in heetwaterbronnen gaan hangen.
Ze wil best zelf helpen, ze mag ook helpen. Dan wil ze de baas zijn. Ze moet maar leren dat ze niet de baas is. Ze wil mee doen, maar hij mag niets tegen zijn vader zeggen. Want dan wil hij de baas komen spelen en dan moet zij weer verpleegster zijn. Ze zal zo’n 2000 mee, zelf telt ze inderdaad voor 1000.
Hij haalt haar even door om de tijd te bepalen. Ze draagt haar zwarte rusting. Ze kijkt om zich heen en troeft weer weg.
Julius vraagt wie die mooie dame was, geweldig als slavin! Hij wil niet geloven dat dat zijn moeder is. Hij gelooft er niets van dat zij eerder zijn baas is geweest toen hij centurio was. Hij wil morgen één legioen, het Eerste. Oddysseus moet zijn legioen nemen met de raddraaiers, die buitenlandse rifraf. Rhex mag dan een gemengd legioen.
Hij neemt hem mee naar een plein met hoge tenten. Daarin staan allemaal karren met pijlwerpers en steenwerpers.
Julius vraagt of Deirdre nog vrij is. Ze zal heel geschikt zijn als keizerin en dan wordt hij Rhex’ stiefvader.
Julius stelt voor eerst in bad te gaan met wat te drinken erbij. Daar gaan ze in en blote dames komen hen masseren met hun blote voeten.

De volgende ochtend wordt hij getroefd. En daar is zijn moeder die er klaar voor is. Achter haar rijen en rijen hondmannen. Hij zal haar zo doorhalen. Buiten is al een boel bedrijvigheid. Hij wordt geholpen met zijn rusting en hij troeft zijn moeder. 2500 hondmannen komen ook mee en er heerst even een lichte paniek. De hondmannen hebben per 100 een standaard bij zich.
Ze gaan de map bekijken. Het zal een week lopen zijn van hier naar Rome. Rhexenor geeft bevelen en deelt de groepen in.
Zijn harnas zit hoe dan ook lekker. Elke dag marcheren ze een dag en tegen de avond worden er snel een aantal forten gebouwd.

Op een avond denkt hij aan kleding en een kamer in Amber voor het slapen gaan. Hij is daar, maar Iolanthe niet. Hij gaat wat rond kijken in het kasteel. Dat gaat gewoon. Er is niemand, maar er staat een stapel borden die even later weg is. Hij ziet geen mensen, maar wel planten en soms dieren.
Hij merkt wel dat hij er af en toe gek uitziet. Als hij denkt aan Diana staat hij in haar huis. Ook hier geen mensen. Dan denkt hij aan zichzelf, wakker worden. Hij wordt even wakker en slaapt weer verder.

Op een nacht komt hij Iolanthe wel tegen. Ze legt hem onder andere uit dat hij ook zo kan spioneren. Bijvoorbeeld naar Rome gaan om te kijken waar hun pijlwerpers staan. Natuurlijk doet hij dat. Zo ziet hij ook waar hun kamp staat. Kaarten ziet hij even, maar die lijken te veranderen en verdwijnen. Ze zegt dat als hij dit heel lang doet, dat hij er toch moe van wordt. Hij merkt dat ze niet in de gaten hebben dat ze er aan komen. Ze hebben tien legioenen die aan alle kanten van Rome zijn en zulle verrast zijn als ze aanvallen. Hij wil hen waarschuwen, want anders wordt het gevecht heel saai. Dat kan hij nog niet, maar zij kan iemand een nachtmerrie sturen van naderbij komende legers.

Ronardo vertelt zijn moeder nog steeds bezig te zijn met de Abyss. Zijn vader zegt dat hij wel weer wil gaan werken en is weg. Dag gezellige avond. Fiona vraagt hem een wijn in te schenken. Hij gaat wijn halen in de kelder, een rode wijn past bij haar haar. Wil ze niet, een witte wijn natuurlijk. Je hebt toch wel iets geleerd van Bleys!
Ze heeft hapjes in de koelkast.
Hij vertelt dat hij iets gelezen heeft over troeven. Dat er in elk deck een troef van Amber zou moeten zitten. Op een gegeven moment waren ze allemaal verdwenen. Ze denkt dat het een experiment van Brand geweest kan zijn. Kan natuurlijk ook door Oberon of Dworkin. Als het een andere oorzaak heeft is het interessant.

Dark End wil ze hem toch afraden. Hij vertelt over de vier items die nodig zouden zijn.
Het klinkt allemaal als ingrediënten van een begrafenisritueel uit verschillende culturen. Hoeft niet het Necronomicum te zijn, de Egyptenaren hebben ook een Boek der Doden. Dat met dat blad zou hij eens aan Flora moeten vragen. Soemeriërs deden dat wel. Hij denkt dat Julian het zou kunnen weten. Tja, niemand weet wat die allemaal weet.
Misschien moet je een ritueel uitvoeren eer je Dark End binnen gaat. Misschien een blad in je mond en iets voorlezen uit dat boek, je insmeren met zalf en de veerman betalen met de Munt. Soemerisch heeft altijd al met Ctulhu te maken. Zit ook verweven in de Egyptische cultuur. Grieken hebben veel oergenomen van Egyptenaren.
Ze kan proberen priesters van de oude culturen op te zoeken, die weten dat soort geheimen. Hogepriesters enzo.

Hij vertelt over hoe hij het boek kan lezen. Zoekt iets over Oberon en inderdaad: Oberon vertrekt naar Overschaduw, Oberon gaat met Corwin mee.
Ze denkt wat voorwerpen gevonden te hebben die daar werken. Vanuit Oerpatroon werkte het niet om daar te komen echter. Tir Nan Ocht is ze wel eens geweest en toen kwam er een wolk voor de maan. Gelukkig had ze een featherfall. TNO is raar, je ziet er dingen. Je komt er lui tegen die jou kennen en jij hen niet. En andersom. Benedict is er een arm kwijt geraakt die hij later weer terug kreeg.
Voorwerpen die niet goed werken, maar wel in een aantal werelden tegelijk.
Ze moet eerst een ingang vinden en bedenken wat ze er wil doen. Als Oberon daar zit opgesloten, wil ze hem niet vrijlaten. Dat kan de plek zijn waar het juweel vandaan komt.
Ze weet wat de handschoen doet. Ze geeft hem aan. Hij doet hetzelfde,als hij die aandoet krijgt hij hem niet meer af. Ze denkt dat deze een schokeffect geeft, je kunt er bijvoorbeeld deuren mee openrammen. Het is meer een fysieke handschoen. En het beschermd de hand met fysieke schokken. Het zal vast bij effecten hebben, maar ze kan ze niet vinden.
Het kan zijn dat die reus nog ouders hebben. Oerwezens willen blijkbaar niets over zichzelf kwijt. Sommigen van ons vinden de Eenhoorn verbonden met Amber, maar zij denkt dat de Eenhoorn zijn eigen gang gaat. Hoe het nu precies zit, weet ze niet, wat heeft Dworkin te maken met het Juweel, Amber, het Patroon, de Eenhoorn. Waar komt Oberon vandaan? Ze denkt dat het nog veel langer geleden is dan iemand vermoed.
Benedict is er in geluisd door een Hellmaiden. Die heet geen Iolanthe. Als je Benedict wil zien schrikken, bewegen zijn wenkbrauwen. Of als hij probeert te glimlachen.
Hij doet de handschoen aan en deze voelt wel lekker. Ze denkt dat hij voorzichtig moet zijn, nu gaat alles kapot als je iets beet pakt…

Hij neemt afscheid. Zijn vader zit vast weer aan zijn teleport te klooien. Ze zal het hem laten weten als ze naar Overschaduw gaat. Heeft hij nog iets over Corwin gehoord? Niet zo nee.

Ik ga haar Boudicca noemen, zeg ik. Oh, naar de Koningin van de Isenni, zegt Julian. Hij brengt me naar een kamp waar zijn manschappen zijn, zodat ik haar daar verder kan trainen. Fillpien gedraagt zich wat jaloers de eerste tijd, ik moet haar echt extra aandacht geven.
Ik krijg een troefcontact van William. Ik ben nogal lang weg. Hij vindt het knap vervelend, er loopt een maffe clown rond die vervelend doet. Er is niets te doen. Hij zat te denken dat we misschien verder moeten gaan. En er was nog iets, maar hij weet het niet meer precies.
Hij had aan de koning gevraagd of hij zijn troeven mocht gebruiken. Dat mocht, maar hij wil nog niet door troeven heen. Heeft wel contact gehad met Coral. Hij is in Kashva geweest.
Boudicca is al iets groter dan een normaal paard, ik kan er al op rijden.
De manschappen geven nog wat adviezen.

Julian is weer onderweg om Corwin te gaan zoeken. Het is een beetje raar met die ene Corwin erbij. Het ging wel met Bleys, maar nu, met Corwin samen, is het eigenlijk niet leuk meer. Maar Random is er niet bij, dat scheelt. Anders zou het ruzie geweest zijn.
Caine is daar nog nooit geweest waar ze nu reizen.
Ik kom bij het kasteel via jungle achtig gebied. Dan kom ik op de hoofdweg bij Arden.
Een staljongen verzorgt het paard. Dan verdwaal ik weer in het kasteel, kom weer ergens dat ik niet ken. Deur open, ik kom in een kamer met donkere eikenhouten meubelen. Een of ander oubollig schilderij met paard dat bomen trekt uit een bos. Ik kom in een verwaarloosde tuin met donkere planten, een overwoekerde schommel, een standbeeldje en een gietijzeren hek. Het Wapen van Amber in het hek. Ik dwaal naar het schuurtje, ook al overwoekerd. Ik val en haal mijn hand open aan een roestige hark. Mijn enkel doet een beetje zeer omdat ik deze stoot aan een omhoog gekomen tegel. Alle troep valt dan naar me toe, zoals een oud blik verf. Nu loop ik met een bruine vlek op mijn mouw.
Ik vind een deur in de tuin die ik door ga en kom in een lange gang. Beneden is een soort plein waar monniken lopen. Ik hink een beetje over de gang. Dan staat er plotseling een non voor mijn neus.
“Zo jongedame, moet je niet in je klas zijn nu!” Ze slaat me, ik maak dat ik weg kom.
Weer een deur door en achter me is een tapijt. Ik kom een personeelslid tegen. Ik ben in de kelders en behoorlijk verdwaald. Hij raadt me aan even naar de ziekenboeg te gaan. De afdrukken van de hark vinden ze lijken op de beten van een vampier, het wordt behandeld. Het was toch niet echt goed. Ik krijg een keurig verband.
Dan ga ik naar mijn kamer, verzorg mijn haar en trek schone kleding aan.
In de eetzaal tref ik Wlliam net niet. Hij is nét weg naar de stallen. En daar is William. Hij doet even verlegen als hij me ziet.
Ik zeg dat ik eerst even wat wil eten. Hij heeft net op. Eigenlijk is alles net op, maar ze hebben nog wat uiensoep en zure bedorven wijn. Droppa komt ook nog weer binnen, hij vraagt en krijgt bier. Vraagt me of ik geen leuke moppen gehoord heb. Misschien over Belgen en paarden. Hij verdwaalt hier bijna altijd. Onlangs is hij een week verdwaald geweest. Ga je een eindje rijden? Dat heb je pas nog gedaan, zegt hij tegen William. Die zegt knorrig dat Droppa zich bemoeit met zaken die hem niets aangaan.
Droppa begint over het geheim van Caine. “Als je hem spreekt, doe hem de groeten en zeg dat ik zijn vijfde geheim ontdekt heb. Dat is lachen.”
Droppa gaat weg.
“Gisteren was hij heel vervelend,” zegt William. “Maar Coral vind hem geweldig! Ze lacht zich rot als ze het over hem hebben.”

No comments:

Post a Comment

Iets toe te voegen of op te merken? Graag!