Thursday 9 October 2008

Yss/ Julian/ Moria en Brand

Rhexenor geeft Dyenne de andere ring. Daarmee kan hij snel naar haar toe reizen, als er iets is. Ze moet het goede nieuws aan haar ouders gaan vertellen en hij aan de zijne. Ook wordt het tijd dat hij zijn landgoed op gaat eisen. Ze moeten een datum plannen om een feest te geven. Haar ouders mogen mee verhuizen naar het nieuwe landgoed, maar ze denkt dat het voor haar vader zaak is dat hij wachter blijft. Als hij niets te doen heeft, gaat hij zich vervelen en zich te buiten in de kroeg. Ze wil nog niet haar ontslag nemen, ze moet toch werken om het geld voor de uitzet bij elkaar te krijgen. Ze gaat echt niet niets doen bij haar moeder thuis. En nee, ze wil ook niet een poos mee reizen met zijn Romeinse leger, daar houdt ze niet van. Ze wil graag haar eigen groente gaan kweken in haar tuin en in de kas. Ze is een beetje bezorgd om wat zijn moeder vindt van zijn plannen om met haar te trouwen, Deirdre is eigenlijk nooit aardig tegen het personeel.
Dan gaat zij naar huis en hij naar Random. Daar staat een wachter voor de deur die ene Prins Rhexenor niet lijkt te herkennen. Met wat veranderingen schrikt de wachter zich helemaal lam en uiteindelijk besluit deze om toch maar de koning te gaan waarschuwen. Na een poos verschijnt deze in zijn kamerjas en zegt dat Rhex’ haar erg raar zit. Rhex probeert er uit te zien als zichzelf.
Binnen in de kamer zit Vialle. Random deelt bier uit, Vialle heeft liever thee. Rhexenor vertelt wat hij komt doen. Random loopt naar een schilderij van Oberon, schuift dat opzij en haalt daarachter, uit de kluis, een aantal rollen tevoorschijn. Intussen vertelt Rhex over Iolanthe, die sterker is dan Benedict. Dat gelooft Random niet.
Uiteindelijk heeft Random een geschikt landgoed gevonden. In Antioch, een landhuis in Romeinse stijl. Rhexenor ziet meteen dat het meer Griekse stijl is. Het heeft een badhuis en een boerderij en ligt vlak bij een klein stadje. In Antioch is een samengaan van Magie en Techniek, er zijn niet veel monsters, maar wel veel ruzie. En er wonen nogal wat fans van Gérard daar in de streek. Hij krijgt de rol en een zak met goudstukken. Hij adviseert hem om met de ambassadeur te spreken, ene Krispos Videssos.

Dat is een grote, brede man die Rhex joviaal ontvangt. Hij krijgt eten aangeboden en Krispos doet gezellig mee om de spiesjes en gyros te verorberen. Intussen vertelt Rhex iets over zichzelf en laat de papieren zien. Daar zitten nu, dankzij de vette handen van Krispos, flinke vetvlekken op. Hij vertelt dat Antioch al lang lid is van de Gouden Cirkel, dat er een tempel is van de Eenhoorn, Baal en Zeus. Ze hebben legioenen en handel. En als de buren iets niet willen, slaan ze ze in elkaar. Ze zijn zeer vereerd met het feit dat de zoon van een halfgod in hun midden komt wonen.
Het landgoed ligt vlak bij het stadje Kulukan, dicht bij de kust. De ambassadeur stelt voor om samen daarheen te reizen. Dat zal gebeuren met de luxe koets, compleet met eigen kok en slaapkamer en mooie vrouwtjes voor onderweg. Dat laatste hoeft voor Rhex niet.
Krispos is een enorme eter. Zowat nog meer dan Rhex zelf. Als toetje zijn er twee enorme puddingen die schoon op gaan.
Overmorgen zullen ze vertrekken. Het personeel kan Krispos ook regelen en Rhex is natuurlijk altijd welkom in één van zijn winkels in Rome. Hij heeft trouwens een hekel aan demonen, gelukkig zijn deze allemaal verslagen….

Mandor is ooit bijna in kasteel Amber geweest, tot aan de berg Kolvir. Helaas werd hij tegen gehouden. Hij en zijn demonen waren wel bij de voorsten en eigenlijk waren ze niet verslagen, maar aan het winnen. Er kwam echter een soort van wapenstilstand. Een enkeling is wel tot in het paleis doorgedrongen, maar dat weten ze in Amber niet. Een aantal van hun leiders is verslagen door Amberieten en ze kregen Brand te pakken. Deze is toen hierheen gevlucht en lafhartig neergeschoten. Zij van Chaos zouden een verrader onthoofden, martelen, in zuur gooien, vierendelen enzovoort, maar nooit zomaar neerschieten. De Amberieten waren bang voor Brand, zelfs Fiona. En demonen die weg vluchten, bestaan niet. Dara is niet gemakkelijk voor lafaards. De Amberieten hadden veel legers van buiten, zoals Ewoks en Wookies.
Merlijn was hier niet bij. Mandor is opgegroeid in een bepaalde wereld en kwam er toen achter dat hij een prins van Sawall was. Hij is opgegroeid bij een oom die hem beloog en bedroog en Mandor heeft hem moeten vermoorden. Dara is een halve Amberiet en dus onbetrouwbaar en een bitch. En daarbij is ze ook nog ambitieus. Vroeger hadden ze een hekel aan Amberieten en andersom, nu is dat wat anders en dat vindt hij toch spijtig.

Het landschap wordt bergachtig en het matras landt. Een riviertjes van koud water loopt de Abyss in. Ze volgen de rivier naar een grot, die de ingang van een tunnel blijkt te zijn. Ze halen ieder een paar laarzen tevoorschijn en trekken die aan in plaats van hun schoenen. Ze waden door de rivier en komen uit in een hele grote grot, waar het stinkt naar pis en poep. Als ze wat verder lopen, zien ze een ruimte met een enorme tafel en een kleine tafel. Er zit iemand in een mantel aan te schrijven. Ronardo kucht en de persoon schrikt op. Het lijkt een meisje dat naar hen kijkt. Wie zijn jullie? Ze stellen zich voor. Zij is Julienne. Ze woont hier, ze is de schrijfster van Yss. Natuurlijk schrijft hij die boeken niet zelf, daar heeft hij zijn slaven voor. Aan haar been heeft ze een enorme ketting. Het boek dat Ronardo heeft kent ze niet. Nu is ze een profetie aan het schrijven. Hij mompelt in zijn slaap en die aantekeningen schrijven ze op. Dit gaat over een strenge man die ergens koning is geweest en rond zwerft. Oberon heet hij. Ze mag echter niet zomaar vertellen wat er allemaal in staat, dan krijgt ze slaag. Dat laat Yss doen door één van de andere slaven. Ze wijst hen de weg naar de slaapkamer, daar ligt hij meestal te slapen. Als hij rond loopt kun je beter niet in de buurt zijn.
Er is een profetie dat ooit de slaven bevrijdt gaan worden en ze hoopt dat het in haar tijd is. Ronardo zegt dat ze niet van plan zijn hem te vermoorden. Mandor vraagt of ze ooit buiten is geweest. Wel eens van gehoord, sommige slaven komen van buiten. Ze is als klein kind verkocht.
Ze hoort ook wel eens dat er mensen buiten zijn die je vangen en verkopen. En soms krijg je zelfs geen eten als je hard werkt. Klinkt niet prettig, dat je niet naar buiten mag, zegt Mandor. Slaaf zijn is niet echt leuk.
In de verte horen ze ‘BOEM BOEM’ en mensen die weg rennen. Een zware stem roept om koekies en drinken. “En het is mijn treintje!”
Ze komen in een kamer waar een enorme reus staat met een treintje in zijn hand. Overal op de grond liggen brokken die zoet ruiken. Enorme koekkruimels. Hij is een meter of 8 hoog, heeft één oog en een kaal hoofd en ziet nu Mandor en Ronardo.
Hij gaat op zijn knie zitten. Mandor mompelt dat het oog vast een zwakke plek is.
We komen voor de machtige Yss!
Oh, ikke! Hij lacht, een mond vol rotte, stinkende tanden. Nieuwe slaven, leuk! Eentje kan toveren. Ik wil een treintje! Een Toby. Hij rukt een la open en komt terug met een pakje kaarten. Daarop de afbeelding van een soort van dieseltrein.
Ronardo tovert een klein treintje, Mandor tovert hem groter. “Mijn treintje!”
Hij gaat er meteen mee spelen.
Je wou toch weten hoe hij die boeken maakt? Ronardo pakt de troef van Fiona en het wordt stil, de reus stopt met spelen. Ik heb Yss, gevonden, vertelt Ronardo zijn moeder. Maak dat je daar weg komt, zegt Fiona. De reus wil kaartjes hebben.
Ze beginnen te rennen. Van mij, van mij. Hebben!! Mandor doet een spreuk waardoor de reus valt en een vreselijk gegil barst los. Ze worden er zo duizelig van dat ze vallen, het wordt zwart….
Ronardo wordt wakker met een ketting aan zijn voet. Mandor is nog bewusteloos. Ronardo’s kleren zijn weg, hij draagt net zo’n mantel als de anderen. Er zijn meer slaven.

Julian en ik zijn in gesprek met de dryade.
Deze boom is in meerdere werelden tegelijk. Ze wil daar nog wel een keer over vertellen. Dat hoort toch zo, ze zou niet weten wat er mis aan is. Arden bestaat uit een aantal wouden, verdeeld over werelden. Het verandert voortdurend. Er zijn spontaan steeds aansluitingen met andere werelden. Sommige werelden en wezens zijn echter niet welkom, en het is een tweede natuur van haar om daar iets aan te doen. Het zou prettig zijn als iemand vroegtijdig dat soort openingen zou ontdekken. Natuurlijk zijn we de monsters niet tegen gekomen, ze dacht dat we dat niet wilden. Ze vindt me raar, wel niet wel niet.
Ik vertel over die wezens die niet gezien willen/ kunnen worden. Dat is een zwakke plek, het zijn heel oude wezens. Ze worden wel de fluisteraars genoemd. Als je er in zou slagen ze te zien, houden ze op met bestaan. De oude manier om ze aan te pakken is om er een soort wachters neer te zetten, kijkers. En komen ze per ongeluk in beeld, dan heb je hem. Ze horen hier niet te zijn. Het kan interessant zijn om de oude wetenschap van kijkers herontdekken, om te leren kijken. Dat soort wezens is niet heel zelfstandig bezig met een plan. Dryaden kunnen dat ook. Het kan zijn dat de fluisteraars andere wezens ophalen. Dan zouden ze zelfs de Ouden hierheen kunnen halen. Het zijn een soort van nachtmerrie, iets waarvan je gevreesd hebt dat het zou bestaan. Haar bondgenoot/ beschermer, de Phoenix, weet er misschien iets van. Ze kan wel contact met Phoenix leggen. Soms heeft ze antwoord gehad in haar slaap.
Ze weet dat er een soort van mensen zijn die aanhangers zijn van. Ctulhu. Een soort van Ouden. Ze vermoedt dat Ouden een soort van verzamelnaam is voor aantal nachtmerrie achtige wezens. Degene die ik net noemde is niet verstandig bij om bij naam te noemen. Hij hoort er niet bij. Een buitenbeentje, rebel, anti. Misschien de Baas?? Of Moeder? Misschien erger. Het doet haar het meest denken aan haat en jaloezie, angst en gekte met een gestalte.
Ze richt zich tot Julian en zegt dat hij gewoon kan blijven doen wat hij deed. Maar blijkbaar heeft ze geen controle over de werelden die hier op uitkomen.
“Ik heb het idee dat mijn dochter hier meer geïnteresseerd is in ruïnes,” zegt Julian. Ze zegt dat als ik dat graag wil onderzoeken, moet ik dat doen. We hebben het toch over bouwsels? Dat kan voor mij interessant zijn.
Ik bied haar aan iets te doen voor haar. Ze zal erover nadenken. Blijkbaar vind ik bossen en dieren interessant. Als ik in een woud ben, moet ik naar grootste boom gaan die ik kan vinden en mijn handen er tegenaan leggen. Misschien, als de boom oud genoeg is, ik contact met haar kan maken.

We gaan verder.
Julian is zeer zwijgzaam, hij lijkt een beetje boos. Uiteindelijk vraag ik hem of we even kunnen stoppen, ik word erg moe. We slaan kamp op, hij blaast op een fluitje en de honden komen.
Ik zet wel wat thee op, de voedselvoorraad is aardig op.
Dan begint Julian te praten.
“Dat soort dingen, zoals die dryade dus, blijven nooit lang. Chaos zit hier vast achter op een manier, dat kan niet missen. Randoms banden met Chaos zijn me niet helemaal duidelijk. In Arden zijn veel oude plaatsen. Brand vindt oude plaatsen met macht interessant, Eric vanwege mystieke plekken. Benedict vanwege mogelijke veldslagen of als er een held begraven ligt. Caine vindt dit ook interessant, hij wil graag dingen weten die een anderen niet weet. Gérard niet, die heeft geen interesse voor dit soort dingen. Ook Deirdre niet of er moeten wapens liggen. Bleys heeft wel eens aan archeologie gedaan. Waarom weet ik niet. Random heeft veel rond gezworven, zal er ook verstand van hebben. Corwin is zo nieuwsgierig, en die heeft er zeker verstand van. Flora alleen als het occult is. Fiona alleen als het iets doet. Ik vind het interessant omdat er bepaalde dieren worden en speciale planten en mineralen zijn. Sommige planten lijken onschuldig en zijn dat ook. Planten die bij plekken groeien hebben een bepaalde macht geabsorbeerd.”
Hij geeft me een flesje met een paarse vloeistof. Dat zijn de bloemblaadjes van een bepaald viooltje. Als je dat door de keel van een stervende giet, komt hij terug. Je kunt er een leven mee redden. Dit viooltje groeit soms op plekken waar lui begraven liggen.
Voor dit flesje moet je zo’n 10.000 viooltjes uitpersen en dan gaat het om 1 lichtpaars viooltje tussen alle andere. Die zijn weinig te vinden.
“Bij Amberieten helpt het trouwens maar weinig. Bij Eric hielp het niet, het juweel had hem gebruikt. Eric had niet veel tijd om te leren hoe er mee om te gaan. Ik mis hem wel.
Eric was erg geïnteresseerd in wat Oberon deed. En ik denk ook in wat Osric en Finndo deden. Corwin niet. Toch was hij de favoriete opvolger van Oberon. Deze kwam nog een tweede keer terug, hij is nog een hele tijd opgetrokken met Corwin opgetrokken als zijnde zijn vriend, één van zijn generaals, Ganelon.
Chaosieten zijn demonen, ook al vertelt Merlijn iets anders. Deirdre is raar, ze heeft het aangelegd met een demon in de oorlog. En dan Deirdre nog wel. Misschien is ze beïnvloed door een Chaosiet. Ik weet zeker dat Benedict er ook mee te maken had. Deze had ook iets met een Chaosiet, maar het was niet helemaal vrijwillig. Toch… met hellemaagden vecht je, je overleeft het of niet. Hellemaagden zijn een soort van furies, vroeger hadden ze daar regimenten van. Het was wel interessant om daar tegen te vechten. Ze zijn best knap in hun menselijke gedaante, maar als ze boos worden zijn ze een blob met tentakels. De meeste zijn heel erg onbetrouwbaar en onstabiel en ze zijn de kwaadsten wel. Ze houden meer van kapotmaken dan opbouwen.
Daar staan wij tegenover. Het Patroon, daar staan wij voor, meer orde, meer opbouw.”
“Waarom doen ze zich dan voor als mensen?” vraag ik
“Ze zeggen dat ze stabiliteit willen. Het is een Kunst om er uit te zien als mens. Benedict vertelde dat het ook mode is geweest daar om met vleugels rond te lopen. Sommigen kunnen zich niet goed bij elkaar houden. De families krijgen soms een kind dat uit elkaar valt. Dat zullen ze zeker doodmaken. De Families daar zijn erg goed in het spelen van het spel.
Ook in Amber is het spel, dat Oberon aanmoedigde.”
Ik vertel dat Random William aanmoedigt om met Chaosieten te gaan praten. Julian vindt het een slechte zaak dat hij koning is. Daar was die nep eenhoorn en gaf het juweel aan Random. Llewella heeft hem gepakt door hem te dwingen met een Rebmaans meisje te trouwen, nu heeft hij Vialle waar hij mee zit. Brand luisterde indertijd alle troeven af. Hij moet Fiona hebben afgeluisterd. Waarom die twee hem hebben opgevist? Vast als gevolg van teveel bier, denkt Julian.

Rhexenor troeft naar zijn moeder, na een poosje krijgt hij contact. Ze draagt een zwarte rusting. Ze raadt meteen dat hij Brand uit de Abyss heeft gevist. Ja. Nee, Eric is niet terug en Random zat achter die aanvallen van de wolven.
Ik ben verloofd met Dyenne. En ja, ze heeft ‘ja’ gezegd. Dom, vindt ze. Waarom trouw je niet met een leuke Chaosiet? Deze gaat dood. Hij wil haar ten zijner tijd naar een hoge tech wereld brengen waar ze haar kunnen verjongen.
Heeft ze nog hulp nodig met die wolfmensen? Hij troefde haar vanwege het nieuws, het landgoed in Antioch en zijn nieuwe magische Armour. En hij en Random hebben Puk opgevist. Myra kent zij niet. Jullie hadden dat beter niet kunnen doen, denkt ze. Je moet oppassen met dingen uit de Abyss, ze beweert dat ze dat eerder heeft gezegd. Rhex kan het zich niet herinneren. Het is er niet pluis, zegt ze. Haal me even door. Doet hij.
Ze loopt even langs de muren, de wanden gloeien op. Je wordt hier altijd afgeluisterd, zegt ze.
Er was eens een klein mannetje dat een ring vond. Werd onzichtbaar, was blij en ging naar huis. Moraal van het verhaal: er was iets met die ring, had hij niet zomaar gevonden. Was de ring van een slechterik, Saruman ofzo. Het was een soort van monster met orken en trollen en die zocht zijn ring. Was dus niet zo onschuldig. We kunnen daar even langs gaan. Ze pakt hem bij de hand, luistert niet naar zijn gesputter. Ze staart naar een kaartje en even later staan ze voor een deur met allemaal tekens. Achter hen is een poel. Hij wil gaan zwemmen, ze zegt dat het gevaarlijk is. De deur is magisch, gaat open met een magisch woord.
Op de deur staat ‘Spreek vriend” hij zegt friend. Binnen liggen er allemaal lijken. Het zijn de mijnen van Moria. Eén van de knechtjes van Saruman woont hier, die heet Balrog. Dit is een interessante plaats om te trainen. Die lijken zijn van dwergen die door de balrog zijn vermoord.
Rhex loopt door en wordt aangevallen door kleine ventjes en hun boogjes en zwaardjes. Hij zwaait om zich heen met zijn zwaard en vermoord er 50. Hij is best verwond.
“Je blijft staan tijdens het vechten,” zegt zijn moeder verbaasd, “van wie heb je dat geleerd? Van Benedict? Je probeert toch te ontwijken… hoewel, je wonden zijn nu al weer dicht…”
Later komt hij een trol tegen aan een ketting, die is helemaal voor Rhex. Zij regelt de ventjes wel. Hij ontwijkt de slag van de trol, de grond is kapot. De trol is boos en mept met zijn ketting. Rhexenor wordt ook boos, wordt demon en mept de trol tot geschiedenis. Dat was fun, zegt hij, als hij weer normaal is. Het was er maar eentje, zegt ze. Deze wereld zit vol met dat soort wezens.
De balrog is slimmer, staat in brand en kan toveren. Dit soort werelden bestaat echt, en dat allemaal vanwege een klein ringetje.
Ze loopt verder naar een brug, gooit een steentje in de afgrond.
“Dan komt hij wel. Van wie was dat harnas eigenlijk?” vraagt ze. Hij weet het niet.
In de verte een soort tromgeroffel. Hij bereidt zijn Rebma kanon voor en schiet op de vuurdemon die op rijst. Het kanon werkt niet. Hij raakt Rhex even met zijn brandende zweep en dat doet heel erg zeer. Rhex slaat met zijn zwaard en hangt er een stuk af. Hij vuurt op Rhex, erg pijnlijk. Deirdre laat koude/ sneeuw uit haar handen komen, dat vindt hij niet leuk. Rhex wordt demon en mept hem af. De Balrog valt in de afgrond en trekt Rhex mee. Ze komen uit in water, vechten verder en Rhex blijft doorknokken. De demon regenereert. Uiteindelijk krijgt Rhex hem echt dood.
Deirdre legt uit de baas van de balrog 10 keer zo sterk is en dat dat kleine ringetje in de vulkaan gegooid dient te worden.
De rusting die ze draagt is zwarte mitril, vertelt ze. Die idioot van een Julian loopt rond in een wit harnas. Dat valt te veel op.
Dan gaan ze terug naar Amber. Ze moet Random nog even spreken. Ze heeft eigenlijk geen tijd. Hij houdt haar schouder vast, ze stappen ergens door en staan in een soort flatje met balkon en huiskamer. Daar staat een roodharige jongeman met aardig gezicht en zegt “Hoi!”
Dat is Brand, Rhexenor stelt zich voor. Hij geeft geen stevige handdruk en lijkt heel aardig. Hij bedankt Rhex voor het opvissen. Het werd daar saai. Deirdre komt terug met bier. Dit is Nederland, hier in Utrecht hebben ze alles. Hij voelt zich een stuk beter, heeft al een jaar de tijd gehad weer op te knappen.
Zijn familie denkt dat hij krankzinnig is. Bleys en Fiona zijn verraders.
Deirdre vertelt van Midden Aarde. Oh, met Sauron, zegt Brand. Oh ja, iets met een S. Heb je niet met de Balrog gepraat?
Hoezo, ken je elke taal? Van de Phoenix, dat is erg gevaarlijk.
De anderen is hij ook tegen gekomen. Rhexenor vraagt zich af of hij wel een zoontje van Oberon is. Heb het er eens met de anderen over. Iolanthe moet zich hebben vergist, ze heeft me niet gezien. Ik wil je eigenlijk een beloning geven voor het opvissen uit de Abyss. Geef mijn troef eens, scheurt hem door (!) en geeft Rhexenor een nieuwe. Gooit de resten van de oude in het vuur.
Soms moet je met een schone lei beginnen als je het beter wilt doen. Ik heb begrepen dat het mogelijk is een nieuw patroon te bouwen. Corwin vindt hij een zeikerd. Het knechtje van Oberon. Waarom zou ik boos zijn op Caine? Heeft hij mijn tijd verspild? Deirdre vertelt dat hij Puk en Myra ook heeft opgevist. Interessant dat Puk weer rond loopt. Myra is saai. Hij weet dat Rhex hem er uit heeft gevist, dat kan een probleem worden voor Rhex.
Jasra is aardig, zijn vrouw. Hij weet dat er iemand met de tijd heeft zitten klooien, toen was de moordaanslag van Rinaldo niet meer goed gelukt.
Hij beweert al zijn familie wel te mogen. Eric is eigenwijs, wou niet luisteren. Hij had het plan uitgelegd, maar deze luisterde niet.
Het woord Droppa kun je veilig zeggen in dit flatje.
Rhex leest twee regels over shape shiften.

Ronardo vraagt naar uitleg over slaaf zijn. De gevangene heeft wel eens gehoord van een slaaf dat zo’n goed boek had gemaakt dat hij werd vrijgelaten. Oh, dat is wel wat. Eigenlijk kwam Ronardo daar ook voor. Je moet wel gehoorzamen, toegeven aan al zijn buien.
Eigenlijk hadden ze gehoopt dat ze door Mandor en Ronardo bevrijdt zouden worden. Nee, ze kwamen hier om met hem te spreken. De reus heeft al zijn spullen ingepikt, kaartjes en ring. De reus speelt veel met zijn fietsje en heeft een irritant speeldoosje. Hij is alleen aardig als hij snoep en koek krijgt. Hij is altijd zo geweest, al jaren en jaren.
Zijn handschoen heeft hij nog. In deze kamer zitten degenen die lastig zijn geweest. Deze gevangene had iets opgeruimd dat niet mocht..
Mandor komt bij. En niet blij dat Ronardo net heeft zitten vertellen dat hij bloemist is geweest.
Ronardo heeft een plan. Als slaaf kunnen ze vast die boeken inlezen. Mandor is er meer voor om de boel af te stoken. Ronardo wil eerst wat voorspellingen gaan horen. Mandor denkt aan drie keer een stalen bal door de reus zijn hersens. De gevangene heet Jan. Zo heet iedereen, zegt Mandor. Hij heet officieel Johannes, zegt Jan geshockeerd.
Eindelijk begint de reus te ronken. De slaven staan op, gaan papier en pennen halen en 40 tot 50 slaven zitten naast het bed.
Hopeloos – het gevaar is uit de Abyss – de Ouden zitten overal achter – hoedt U voor de Hoeder.
De teksten zijn niet bijster interessant voor Ronardo en Mandor. Het zijn allemaal stukjes, de andere gevangenen vinden het geweldig. Ze gaan daarna die stukjes samen voegen met andere stukjes en misschien wordt het nog wat. Alles bij elkaar wordt een boek. Ze zijn in feite een heleboel boeken tegelijk aan het maken. Sommige voorspellingen gaan over wezens die in de Abyss wonen, jaloers zijn en alles over willen nemen. Dat alles één grote Abyss wordt. Er zijn een paar boeken die over Amber gaan. Er zijn flarden waar het woord ‘Oberon’ in voorkomt. Als Koning der trollen of der elfen. Er is geen boek over Overschaduw. Schaduw is wel een onderwerp. Ronardo leest wat boeken door, ook Mandor bekijkt er ook een paar. Intussen moeten ze ook werken en aantekeningen maken.

No comments:

Post a Comment

Iets toe te voegen of op te merken? Graag!