Saturday 25 October 2008

De Vierde Hel/ Wereld van Dwalers/ Suhuy/ Ghostwheel

Zou Deirdre getroefd zijn door Corwin omdat iedereen zei dat ze de laatste tijd niet in orde was?

Ronardo heeft een kristallen schedel in zijn handen. William is ergens anders. Best gezellig hier. Hij denkt dat het bureau van Brand is, is echter niet 100 % zeker. Er is iets met het kristal. Hij heeft talent voor Troef en Psyche en daar heeft het iets mee te maken. Misschien iets met Patroon ook.
Hij weet dat er op zijn Aarde ook een aantal van die schedels zijn, ze zouden bijvoorbeeld ongeluk brengen. Er staat er 1 in het British Museum. De schedel is vrij zwaar en een kopie van een echte. Hij denkt dat het niet kapot kan. Net als zijn handschoenen, maar ze hebben niet dezelfde oorsprong.
Hij concentreert zich op de ogen van de schedel en hij voelt dat iets zich ook op hem concentreert.
“Hallo.”
“Ik ben je meester.”
“Error, verbinding wordt nu verbroken. Opnieuw inloggen.”
Opnieuw. De stem van Brand moet lachen als Ronardo zegt dat hij Brand is. Ronardo denkt dat het een soort computer is.
De naam van de schedel is Ghostwheel, zijn Meester heeft hem zo genoemd. Merlijn. Er stond een aantekening over Merlijn, iets over constructs. Hoe komt dat in de kamer van Brand?
De schedel is een interface, legt de stem uit. Irritante computer. Hij voert op dit moment intussen zijn opdracht uit. Is bezig alle Schaduwen in kaart te brengen. Op zoek naar Machtbronnen dus. Spikards zijn speelgoed, hij is veel machtiger.

Je hebt ook nog een zus, zegt de schedel. Niet zo ver van Amber. Ze heet Sandra. Ze lijkt veel meer op je moeder, met rood haar. En je bent ook niet haar oudste zoon. Oh, dacht je dat je enig kind was van je moeder? Hij heeft nog niet alle kinderen in kaart gebracht.
Ronardo heeft zeker twee broers, daar weet hij de namen niet van.
Over Ghostrider weet hij te vertellen dat het een stripverhaal is waar een film van is gemaakt met een irritante acteur.
IQ testje: 11; 13; 17… wat is het volgende… 21, denkt Ronardo. Dan ben je dom…
Hij heeft geen hoge pet van het rekenvermogen van Ronardo.
Ronardo vraagt wat grijs is en uit een uitlaat komt. ‘Grey Ooze’, raadt Ghostwheel. Nee, een wolkje, zegt Ronardo.
Ghostwheel legt het belang van priemgetallen uit voor computers.
Hij is nu op deze kamer omdat Ronardo met hem praat. Interessant verhaal over waarom de interface op de kamer raakte. Nadat Merlijn hem kwijt raakte, is hij onder de hoede gekomen van Brand. Deze had heel veel informatie voor hem. Hij komt er achter dat hij Patroon heeft en geen Logrus. En natuurlijk heeft hij Troef, anders had hij geen contact kunnen maken met hem. Die handschoenen zitten vast aan een Abyss wezen. Hoe heb je Amber gered? Met tijd klooien? Dat kun je nu beter dan, dat is erfelijk bepaald. Waarom stop je dan niet meer macht in je ring? Hoezo? De informatie heeft Ghostwheel gecheat, van Merlijn geleerd. Ook erfelijk bepaald. Ik kan je eens je leven redden, dan ben je me dankbaar. Net als Merlijn, Brand, Eric, Jasra, Julia, Rinaldo… ze zijn allemaal zeer dankbaar, allemaal uit die hoek. Slimmerds.
Hij heeft Patroon en Logrus. Construct kan hij nog niet, Shapechange kan hij ook niet goed. Allerlei andere dingen wel. Conjuration, Powerwords. Merlijn heeft nu Feniks, pas nadat hij hem gemaakt heeft. Dat met die spiegels is hij aan het onderzoeken, die Krachten snapt hij ook niet. Heeft met voorspellen te maken, dat is interessant voor een computer. Dergelijke computers bestaan alleen op bepaalde Schaduwen.
Ronardo krijgt een troef van Ghostwheel. En Ghostwheel denkt dat Brand Ronardo wel mag, hij heeft geen hekel aan hem. Misschien wil hij hem betrekken in zijn plan. Misschien denkt hij dat hij heel slim is en zijn plan snapt. Ghostwheel snapt er niets van, waarom wil iemand alle schaduwen opblazen om er een fout uit te halen.
Waarom doen jullie rare dingen binnen de familie, helemaal niet consequent.

Weet je wie ik aardig in vindt binnen de familie… Moyra… Die met dat groene haar. Dat is toch geen familie, denkt Ronardo. Ze doet aardig tegen hem. Zo af en toe helpt hij haar, anders wordt ze thuis opgesloten.

Rhexenor and friends zijn in Hel nummer vier en staan voor een groot gebouw, waar ‘kantoor’, op staat met grote letters. De anderen worden helemaal bleek.
Misschien kan Rhexenor gaan, die heeft hier het meeste last. Ga je hier even de vijfde sleutel halen? Iedereen is bang en nerveus. Zelfs Caine. Bleys lijkt vrij ‘cool’ te zijn. Het is de vreselijkste hel die er bestaat. Je krijgt er grijze haren van. Ik wil niet alleen, zegt Rhex. Bleys gaat wel mee.

In een grote hal zijn allemaal loketjes met mannen en vrouwen keurig in het pak. Hij gaat naar de receptie. Een vrouw zit daar aan de telefoon. Ze laat zich niet storen door het belletje, waar Rhexenor continu op drukt. Ze snijden de lijn door. Heeft U al een nummertje, vraagt ze. Nummer 999 en ze is nu bij nummer 1. Ze gaat nu naar 2…. En dan komt ze door vals spelen van Bleys bij 998. Het is tijd voor de lunch. Ze gaan zitten wachten.
Koffiemunten zijn te verkrijgen bij loket 500. Dat kan met formulier 238, te krijgen bij loket 400. Inbreken raadt Bleys toch maar af. En hij geeft Rhexenor een munt voor de koffieautomaat. Eerst komt de koffie, die naar soep ruikt. Dan valt het bekertje. Het service lampje brandt. Het is hier vol met trappen en loketten. Zijn er zeker 1000.
U moet een nummer hebben en ach, nummer 999 is net geweest. Bleys geeft hem nummer 2. Dan is hij aan de beurt. Hij vraagt om de sleutel.
Dat heeft ze ergens. Begint met bladeren. Josee weet het niet, aan Karel vragen. Dan heeft ze eindelijk een formulier voor loket 666, en alleen te verkrijgen met een bij loket 113 blauw formulier. Beneden stopt het bij 112, boven gaat het verder met 114. Na heel wat heen en weer gevraag denken ze dat het in de kelder is, ze hebben zich indertijd verteld. Ze weten natuurlijk niet hoe ze in de kelder moeten komen. Na heel veel zoeken vinden ze een hokje met lift. Vanaf 999 begint het te tellen. Na een half uur komt de lift aan. De 0 wordt ingedrukt, en dan blijft de lift hangen. Bij problemen met de lift de telefoon gebruiken… die doet het niet natuurlijk. Kun jij je zwaar maken en stampen. Op die manier komen ze beneden. En ja, daar is loket 113. Met een hele mooie jongedame die haar haar aan het kammen is en haar nagels lakt.
Hij vraagt naar de sleutel. Na veel panieken van de dame vraagt hij naar een blauw formulier. Ze vraagt om een pen, Bleys heeft natuurlijk een gouden pen. Het zijn 3 blaadjes met in totaal 666 vragen. Vullen we dan maar even in. Met blokletters graag. Bleys vult alles in. Na een uurtje of twee hebben ze alles ingevuld, het formulier blijkt dan niet goed door te drukken…. Het moet in drievoud worden ingevuld. Bleys doet een spreuk. De geboortedatum is niet goed, had eerst de maand, dan de dag en dan het jaar… Nu wordt zelfs Bleys even ongeduldig, maar gaat dan opnieuw invullen.
Met de lift naar 666 en natuurlijk is het loket net gesloten. Tot volgende week, alleen geopend van 9 tot 10 op maandagmorgen. Wat jammer nou, zegt Bleys. Er is geen alternatief, er komt bijna nooit iemand om de sleutel. De sleutel ligt in een kluis. Dan gaan ze terug naar de anderen.

We komen ergens in Arden.
“In Chaos zijn er bomen die wel opzij gaan,” zegt Jurt boos. Arden op het moment is erg saai, Jurt vindt het spannend, er gebeurt van alles. Hij verwacht overal monsters, struikelt over alle wortels, verwondert zich over de vogels en dergelijke. Hij vertelt van een hengel, waardoor hij onder andere soms een oor kwijt raakt en een keer zijn oog. Heeft een poos met een robotoog rond gelopen. Chaoskindjes zien eruit als demoontjes als ze worden geboren. Mijn vader heeft een hele studie gemaakt van Chaos. Hij maakt zich nu echt zorgen, wordt mijn vader niet heel erg boos als hij erachter komt dat zijn dochter met hem door Arden reist. Om hem gerust te stellen troef ik naar mijn vader.
Julian zit met een geërgerd gezicht bij een ijsco karretje. Ik vertel hem over de ontmoeting met Brand en dat ik nu met Jurt door het woud van Arden struint. Jurt? Heeft hij, zoals ik al verwachtte, helemaal geen problemen mee.
Het blijkt dat ze in een soort formulieren en kantoorhel zitten. Oh hell!
Ik vertel Jurt dat hij de groeten moet hebben en waar ze nu zitten.Van die hel is leuk, helemaal niet moeilijk daar. Hij heeft ze er aan het janken gekregen.

Jurt staat naast Rhexenor. En Merlijn? Je bent toch Merlijn niet… Oh, zij mogen dat niet weten! Dit is gaaf joh! Bleys kijkt naar Merlijn, mompelt: dacht ik al. Jurt vertelt dat 113 en 666 wel eens worden omgedraaid. Vraag bij loket 13 waarom het loket dat nummer heeft. Bij 666 getal van het beest. Vraag naar de sleutel. Een hoop flauwekul, niet doen wat ze willen, dan kom je hier nooit meer uit. Waarom ga je dan de sleutel niet even vragen. Ach, laat mij maar even. Niet veel later komen er allemaal snikkende mensen naar buiten: “Nee, niet weer!”

Na een kwartiertje is hij weer terug. Heeft de sleutel gehaald. Hij heeft ze gedreigd met zijn moeder.
Ze is heel gevaarlijk, zegt hij. Is een bitch. Hoe is ze anders koningin geworden. Ze heeft meer moorden op haar geweten dan andere demonen.
Ze heeft veel meer kinderen, zegt hij. De meeste zijn dood. Maar ze beschermt kinderen als een tijgerin. En ze is best knap als ze boos is.
Ik vertel wat ze heeft gezegd over Mandor en mij. Hij denkt dat we een goed team zouden zijn, toch verbaast deze opmerking hem, ze vindt me dan blijkbaar ook geen bedreiging voor de troon. Rhex vindt ze leuk, weet hij, maar deze heeft geen manieren, bij het eten laat hij niets over voor andere mensen.
Hij valt languit in een modderplas. Hij vertelt dat hij een trace op Julia heeft hangen, zodat hij haar kan komen redden als ze in gevaar is.
De iglo die hij ergens laat ontstaan, is niet echt handig. Met Jurt is het woud best spannend. We slapen samen in een tent, hij is een aardige jongen, hij is knap en een stuntel.
Dan komen we aan bij het beeld. Blijkbaar zijn de altaren weg gehaald. Hij gaat voor het beeld staan. Heeft ze eerder gezien. Op Paaseiland? Hij vindt het beeld interessant, er zit Macht in. Het verandert niet als je er omheen loopt. Het is hier neergezet door Oberon. Hij heeft die naam nu 3 keer gezegd. (Ik zal Bleys eens moeten troeven). Als we nu een cirkeltje maken, Oberon oproepen en hem dan terug sturen? Ik zie het plan niet zitten. Hij heeft er ervaring in, de cirkels mislukken altijd, knikt hij.
We gaan door de doorgang naar de andere wereld en verdwijnen uit Arden.
Het is kaal, naargeestig, schemerig, rotsachtig en er groeit niets. Bijna alles is dood. Er is niets, het is dood. Jurt zegt hard dat alles dood is. Vanuit je ooghoeken zie je af en toe dingen weg glippen. Soms bij rare torentjes met raampjes. Naargeestig, bedreigd en bekeken. Het is hier gevaarlijk. Er is ook angst. Het rondkijken is niet goed, dadelijk zie ik er een en wat dan, wat gaan ze doen. We komen langs een enorme stapel botten, een afvalberg. Die wezens woonden hier ooit. Jurt pakt me bij een schouder en we komen bij een zwevende rots met weg lopende bloemen.

Ik kom met Jurt aan in de tuin, daar zegt hij dat die Dwalers een invasie hebben gehad van iets. Wie zei dat nu toch…. Oh gaan we daar even heen. ik word meegesleept, hij springt een rots af in een koker, we krijgen een stukje glijbaan met een laddertje en deur. Dan staan we in een sombere grot. Verderop is de Logrus. Er komt een mannetje naar ons toe, nee, niet Dworkin. Hij is niet die amateur. Dit is Suhuy. De Logrus meester die alles weet.
Ik kom hier een beetje komen spioneren zeker. Het zou echt de tweeling kunnen zijn van Dworkin.
Meester eh dinges Suhuy, noemt Jurt hem. Hij begint de situatie uit te leggen. Tot mijn niet geringe verbazing snapt Suhuy waar Jurt het over heeft.
“Vertel van die invasie. Doe niet zo moeilijk oom,”
“Noem me geen Oom!”
“Dat ben je wel, dat heeft mijn moeder zelf gezegd.” Jurt sloopt een stuk mantel van Suhuy.
“Hou je kop, en doe rustig! Ben je wel helemaal normaal?” Ik bedenkt dat hij ook wat van Droppa weg heeft ergens, dit zijn geen mensen en ook geen demonen. Meer dwergen.
Uiteindelijk vertelt Suhuy over een Schaduw waar een soort wezens wonen die niet gezien willen worden, ze komen daar nooit weg, dus ze waren niet gevaarlijk. Toen kwamen ze van Elders, de Elders en die hebben ze gedwongen dingen voor ze te doen. Dan hadden ze maar niet alles moeten doodmaken, de Elders vinden dat geweldig. Die Schaduw is ontoegankelijk geworden en nooit gevonden. De wereld is door de Elder overgenomen en ze spelen de baas met dreiging dat ze zullen zorgen dat anders iedereen ze ziet. Ze fungeren als nare boodschappers, als Engerds. Ze zijn goed in doodmaken. Er zit een gedachtekronkel achter van dingen dood maken, gebruiken slaven. Ze gebruiken geen standaard schaduw reizen maar meer iets geestelijks. Uiteindelijk weet je het niet zeker.
Suhuy vind het geen engerds, Jurt wel. Er is niet goed te zeggen hoe ze zijn, maar Elder zijn zwaar evil gestoord. Voor anderen loopt het altijd slecht met ze af, hij denkt dat ze daarom verbannen zijn geweest ooit. Wie heeft ze verbannen weet hij niet. Ik denk dat hij wel een idee heeft echter. Het was langer geleden dan het bestaan van Chaos en Amber. Ruim voor Suhuys tijd, ouder dan het Patroon of de Logrus.

Dan moeten we wegwezen en we zijn weer in de tuin. Hij dacht dat Suhuy uit de familie Sawall was. Mandor moet steeds weer terug komen, Jurt denkt dat hij een betere leerling is dan zijn broers, omdat Suhuy heeft gezegd dat hij hem niets meer kan leren.


Julian heeft ruzie met iemand, wat verderop. We slepen zo het paard weg, zegt de man met de pet. Bemoeit U zich met een ambtenaar in functie? Ik ben een parkeerwachter. Rhexenor zegt dat hij Beck is. De parkeerwachter merkt nu de grootte van Rhex’ wapen op. Heeft U daar een vergunning voor? Nee, daar heeft U een formulier 83 voor nodig. Het lijkt wel Star Wars, zegt Julian, als Rhex beweert dat dit echt formulier 83 is. De agent roept om versterking en even later staan er twee agenten bij, die Rhex niet geraakt krijgt met een zwaard. Rhex wordt afgevoerd in de boevenwagen.
Na tien minuten rijden verandert de omgeving en kijkt hij in een demonengezicht op een koets. U snapt natuurlijk wel dat er hier geen bureau is. Oh, ze kennen hem als die vreetbeer op dat feest. Rhex zegt dat hij Jesby heeft verslagen. Gaaf! Wat doe je hier met die rare lui? Dat zijn Amberieten. Die stank van die ene, die was erg! Wat moet je eigenlijk met die sleutel? Om in de volgende hel te komen.
“Neem die weg om terug te komen bij je maten.” In de verte zijn er gebouwen, Julian is niet te zien, ook geen honden en paard. Bleys zit in een cafeetje, Julian is opgepakt. Bleys zegt dat ze zich niet gedragen als demonen, hij denkt ook niet dat ze dat echt zijn. Rhexenor zelf denkt nu ook dat het hier allemaal echt is. In zijn achterhoofd weet hij dat het een hel is.
Rhexenor vraagt aan de barman (die hem herkent van het eerdere feest) waar de poort naar de vijfde hel is. Neem de metro, zegt de barman en geeft hem een foldertje. Het verandert steeds waar hij naar toe moet. Station vijfde hel staat aangegeven.
De barman laat Bleys weten dat er besteld moet worden van de bar, geen eigen sandwiches. Een Javaanse Cappuccino, zegt Bleys. Ze hebben een vergunning om die te serveren, na veel vijven en zessen krijgt hij een muffin aangeboden, het enige dat er blijkbaar wel is. Bleys is boos en loopt weg.
Rhexenor drinkt van de illegale Pitfiend en krijgt te horen dat er helemaal geen muffins waren. Maar hij had eerst willen vragen wat voor soort muffin Bleys dan gehad zou willen hebben.
Rhexenor zegt dat hij naar de Negende hel gaat om die lui op te sluiten. De barman gelooft het niet.

Het is net sluitingstijd, Rhex krijgt twee blikken mee. Bleys is aan het discussiëren met iemand die alleen een krant van gisteren heeft… oh, net uitverkocht! Natuurlijk is er nog wel een krant voor Rhexenor, ook al is het een Russische.

Merlijn komt er aan lopen, is het nu Despil of Merlijn? Julian keert weer terug met een papiertje met een nummer er op. Bleys krijgt een Pitfiend aangeboden en geeft het aan Merlijn, dit bier is meer Corwin stijl. Deze heeft een goede Cappuccino zaak gevonden… en weg zijn ze. Julian is ook weer weg.

Iemand vraagt Rhexenor of hij een vergunning heeft voor dat zwaard. Wikkel hem anders in een bruine plastic zak.

Hij troeft Corwin die er ongeschoren uitziet. Hij is zeer verbaasd dat Rhexenor hem troeft, dat werkte toch helemaal niet. Kun je me even doorhalen? De verbinding valt weg als Rhex zijn hand uitsteekt.
Merlijn probeert het ook, maar er gebeurt niets. Laten we naar de Metro gaan.

Het verandert hier steeds, lijkt wel een doolhof. Een dame met een hondje begint over zijn mes. Hij vraagt naar het Kantoor. Ze legt uit waar het is. Klinkt erg ingewikkeld. Dan maar hoe bij de vijfde hel te komen. Ze wijst hem op een bord aan de overkant, die kan hij volgen.
Je moet wel oversteken bij een zebrapad, Merlijn maakt zich zorgen over de penalty. Ze lopen van het ene bord naar het andere en blijkbaar in kringetjes. Een jochie met zuurstok raadt ze aan om een klacht in te dienen over de weg bewijzering, vragen naar formulier 1. Hij wijst ze de weg voor 5 goudstukken.
Rhexenor troeft naar een wanhopige Bleys die de weg kwijt is. Hij en Merlijn laten zich doorhalen, ze zijn nu bij de anderen bij een grote stadskaart. Rhexenor slaat het bord kapot en gaat op de bon. Hij voelt zich nu ook echt een vandaal.
In een oogwenk is het bord weer gemaakt, heel anders dan daarnet. Ze zitten er helemaal in deze wereld. Rhexenor voelt even aan de sleutel en ziet het bord voor zijn ogen veranderen. Nu klopt het, weet hij. De poort zit gewoon in het park, de fontein is de poort. Als de anderen de sleutel aanraken, zien ze het ook.
Dan lopen ze er naar toe en gaan ze er doorheen.

Ze komen uit op zand en bij de zee. Wat palmbomen, het is een beetje rond en overal zee.

Ronardo is nog steeds in gesprek met Ghostwheel.
Hij stopt dan het kaartje weg en zoekt en vindt een plattegrond van de stad, een holografisch scherm. Hij zoekt bij population naar William en maakt contact met hem. Hij legt uit hoe hij op de kamer van Brand kan komen. Dat lukt allemaal, even later is hij er al. De schedel ziet hij wel als behoorlijk ‘evil’. Ronardo vertelt over Ghostwheel.
Wat zouden we eigenlijk gaan doen? Was het niet iets met een vulkaan? En zou Brand niet iets doen met een Blad, moeten we daar niet op wachten? We kunnen naar musea gaan, stelt Ronardo voor. Daar heeft William geen zin in. Laten we dan bezig gaan aan de Zalf en de Munt.

Ik word getroefd door Ronardo, die verder wil met het Blad en dergelijke. Ik raadt hem aan om naar informatie te zoeken op een wereld waar de bibliotheek van Alexandrie nog wel bestaat. En Flora eens te vragen.

Ik troef naar Benedict, het is niet zo gemakkelijk vanuit hier. Iedereen wil met hem praten over Osric en Finndo, maar hij wil me wel doorhalen. Ik neem afscheid van Jurt en krijg zijn Troef. Ik heb vast nog meer vragen en we moeten weer verder werken aan de keep. William heet natuurlijk eigenlijk Billy. Mijn naam heeft volgens hem te maken met het duister. Ik vertel hem dat Mor bij ons te maken heeft met water de zee. Vindt hij eigenaardig. Ik moet een keer naar Mordor, het is daar allemaal duister.

Ik laat me doorhalen, Benedict is inmiddels verplaatst naar een grote soort ridderzaal. Personeel loopt rond. Hij is gekleed in Middeleeuwse kleding.
We gaan eten. Er komen meer mensen aan die tafel zitten, hij is de baas. Ze noemen hem Heer. Op sommige Aardes zijn er conflicten die 80 jaar slepen, vertelt hij. Interessant om te weten hoe dat is ontstaan en hoe kan dat zo lang duren. Drie tot vier generaties die mee gaan vechten. Nu is hij een van de landheren die gevraagd in te participeren in de net begonnen oorlog. Er is Godsdienst mee gemoeid. Meeste oorlogen gaan over Macht en Bezit en dat zijn de meeste vrouwen ook.
Finndo is de oudste, was tweeling met Osric, maar ze leken niet op elkaar. Beiden heel goed in vechten en macht. Ze zijn erg oud, hebben lang geleefd.
Finndo is de Vechter. Hij keek altijd tegen hem op. Heeft hem maar 100 jaar gekend, deze heeft hem de beginselen van het vechten bijgebracht. Was altijd in staat om legers ergens vandaan te halen, hij had daar een ongeëvenaard talent voor. Hij kon dat snel. Hij denkt dat beiden veel wisten van Chaos. Toen was er geen Oorlog. Zij vieren waren vaak in de Hoven (incl. Oberon). Het zou hem niet verbazen als Finndo en Osric daar ook een relatie hadden. Een Meester Tacticus was Finndo, hij ziet zichzelf meer als Strateeg en Finndo was meer geïnteresseerd in technieken. Hun vader stuurde hem altijd naar nieuwe vijanden en Finndo deed braaf wat er gezegd werd. Alles voor Amber, toen nog in opbouw. Amber is zo opgezet dat je er gemakkelijk kunt komen, zo ook wezens uit naburige schaduwen. Als je koning van Amber bent heb je macht over een heleboel werelden en weet je veel. De functie was zeer begeerd door bijvoorbeeld Eric. Waarschijnlijk had Random niet verwacht dat er veel op afkwam.
Op een dag kwam Finndo niet meer terug. Vlak daarvoor had hij ruzie met Oberon, nogal heftig. Er was een groot verschil van mening. Iedereen deed altijd wat Oberon zei, volgens Oberon was Finndo gesneuveld in de slag tegen een volk, hij heeft zijn lijk nooit gezien. Het was een volk van Necromancers. Die doen een bepaald soort duistere magie, waar je engerds mee kunt oproepen, wandelende lijken en dergelijke. Een Necromancer kan een heel leger bouwen. De hele Schaduw wordf beheerst door dat soort Engerds. Je moet wapens hebben tegen wezens die allang dood horen te zijn. Necromancers hebben een zwakke plek, allemaal een andere. Sommigen bergen hun hart op in een vaasje. Dat moet je te pakken krijgen en dan staat hij niet meer op. Eentje heette er Morvan, een duistere naam.
Technisch zijn het een soort constructs, zombies en ghouls. Of demonen. Hij was de eerste en daarna werd Osric gestuurd. Dezelfde Oorlog, zit wat tijd tussen. Osric en Oberon hadden ook een conflict gehad. Uiteindelijk heeft Oberon zelf dat volk verslagen. Die wereld is niet meer bereikbaar, een schaduw is te verzegelen of te vernietigen. (Misschien Delwin??). Deze ligt niet ver van Amber af. Is verzegeld. Je moet in principe sterker zijn dan degene die hem heeft verzegeld. Met de staf en het schild was iets. We hebben allemaal ietwat unieke spullen. Finddo deed veel meer met zijn staf. Het zwaard had hij langer, de staf had hij niet zo lang. Hij dacht dat hij die staf zelf heeft gemaakt. Het had bijzonder krachten. Hij denkt niet dat je er veel mee kunt, maar laat maar weten. Kan beveiligd zijn.
Bij Osric zou het beveiligd kunnen zijn, 100 % zeker. Hij was erg intelligent. Het was moeilijk te geloven dat hij dood was. Hij is een combinatie van Caine en Eric. Hij heeft sporen gezocht en gevonden. Hadden diverse relaties en eigen werelden waar dingen waren opgebouwd. Osric had een dochter. Die is dood. Eigenlijk kunnen Amberieten niet dood zijn. Wezens die gebonden zijn van het Patroon kun je niet zomaar doodmaken. Je kunt er iets op bedenken.
Een heel groot verschil met Chaosieten is dat deze wel dood gaan. Oberon was niet erg tevreden met hen, de kinderen. Er zit een vrij groot gat tussen hem en de anderen, er kwamen geen kinderen in die tijd. Dat gedoe met vrouwen is gebeurd nadat hun moeder overleed. De anderen zijn vrij snel op elkaar gekomen. Geen was er goed genoeg, voor iedereen had hij zijn plannen. De eersten die les kregen van Dworkin waren de redheads, in hun tijd was deze helemaal niet aanspreekbaar. Hij heeft zijn twijfels over Dworkin als Opa. Er is wat vreemds met Oberon. Wie of wat is hij? Nog nooit opgelost. Hij heeft nooit echt ruzie met hem gehad. Hij wilde niet in zijn spelletjes betrokken te worden en ook niet zijn opvolger worden. En dat was wel best.
Oberon heeft lang gevangen gezeten in Chaos en is gaan rond zwerven na ontsnapping. Het lijkt of Oberon zijn macht kwijt was. Er klopt iets niet aan zaken waar Oberon zich mee bemoeid heeft. Benedict heeft besloten dat men nooit een lijk gezien omdat ze er achter zouden komen dat Oberon hen vermoord had. Amber leek belangrijk te zijn voor hem. Mensen kunnen hem niet zomaar opdrachten geven. Wat hij van zijn broers heeft gezien, waren ze ook altijd bezig met Amber
Het lijkt erop dat Oberon geen koning meer wil zijn.
De wereld van Osric is vrij technologisch, die van Finndo meer feodaal. Ze hebben er weinig achtergelaten. Of zijn ze ondergedoken in een eigen Patroon. Corwin laat er niets over los, over dat patroon, misschien heeft Dara hem daarom gevangen gezet.
Of ze zitten in Overschaduw. Het is er behoorlijk saai. Je moet een soort van sleutel hebben, geen slot-sleutel. Voor iedereen anders, voor hem een soort van onmogelijke contradictie van schaduwen en hij was er per ongeluk. Door iets wat niet klopte of kon. Was lastig om terug te komen. Daar zijn alle zekerheden anders. Hij denkt dat de staf een machtig wapen is en het schild een voorwerp met veel macht.
Kistjes zijn te maken voor iemand die heel goed is in Patroon. Alleen een familielid kan zoiets. Niets voor een beginner. De meeste van de jongere generatie zijn uitgesloten. Het is een soort van kluisje, heel lang geleden zo gemaakt. Je kunt jezelf dingen sturen met patroon. Corwin en hij kunnen dat. Hij kan weinig vertellen over hun persoonlijk.

Als een Amber ouder een kind heeft, is natuurlijk voor heel lang. Julian moet dat hebben beseft voor hij mij erkende. De niet erkende Amberieten kinderen worden ook oud en het zou ze een keer aan het denken moeten zetten. Hoopt hij. In zijn geval is het moeilijk, hij heeft een kind in Chaos en weet niet wat er mee gebeurd is, de moeder heeft een hekel aan hem, net als haar familie. Van Dara weet hij niet wie haar ouders zijn. Iolanthe kent hij wel uit de tijd dat hij daar kwam. Hij is met haar verloofd geweest. De relatie tussen Deirdre en Nicolas was vooral onverwacht omdat dit tijdens de oorlog was. Dara kan veel maken bij hem. Hij denkt dat het kind een meisje was/ is. Hellemaagden zijn soort amazones en de meeste krijgen dochters.
Kinderen ‘van’ behandelt hij allemaal gelijk en geeft ze het voordeel van de twijfel. Kinderen lopen risico dat ze worden uitgedaagd. En dat ik me heb afgezet tegen rest maakt me typisch een dochter van Julian.
Hij heeft me het kasteel laten zien, het is meer een fort dan kasteel. Veel dingen om te schieten. Hij heeft het toch vaak over WO2.

Flora wordt getroefd door Ronardo. We kregen het verkeerde Blad, zegt hij. Heeft iets te maken de doden, zeker een jaar geleden. Hij moet alles opnieuw uitleggen. Over de kistjes enzo, het wordt een heel moeizaam gesprek. Flora is bezig met iets anders. Zoek naar mensen die Patroon kunnen, je moeder bijvoorbeeld. Die heeft het druk. Zoek nog een kistje, raadt ze hem aan na een gesprek van minstens een half uur.

Ronardo heeft gereisd door schaduwen. Dan komen hij en William aan in Alexandrie.

Ik laat me doorhalen. In de stad een grote ronde tempel van witte steen. Brede straten, vrij schoon, maar de mensen zijn vies en ze stinken. Hier en daar zijn parkjes en fonteinen. Ronardo en William kennen de taal, er is hier in duizend jaar niets veranderd. William bleek het te weten. In de meeste werelden is de stad afgebrand door kruisvaarders. Mensen die naar binnen willen spreken een priester aan, een man met een hoge conische hoed.

Ronardo spreekt een priester aan, die blij is dat vreemdelingen hen met hun wijsheid komen vereren. We worden mee genomen naar binnen en de man zegt dat onze kennis interessant is om op te schrijven. Ruilen dus. Als je niets wilt bijdragen. Voor boeken betalen ze het meest. Voor verhalen halen ze een schrijver.
Wat zoekt U? De tempel is enorm, ingedeeld in afdelingen. Botanie is een aparte sectie, Mechanica, Geschiedenis…
Er komen ook wel eens vreemdelingen uit West Europa, zelfs hooggeplaatste. Meestal betalingen met boeken en rollen. De priesters bepalen wat eerlijk is. Als we kennis komen halen,moet de ruil goed zijn. Demongeest verhalen zijn niet raar, daar hebben ze wel boeken over. Ctulhu – Dark End, de Zalf, de Munt.

De priester is terug, niets gevonden over Ctulhu. Munten en Zalf is een hele sectie over. Dus hij gaat even met ons mee. We kunnen vragen om vertalingen. Uiteindelijk blijven er zo’n 6 tot 7 rollen over waaruit we iets op kunnen schrijven. Het is hier erg rustig,

We vinden een aantal referenties over de Munt. Veerman betalingen en dergelijke vooral. Er is een speciale munt waarmee je van en naar het Dodenrijk kunt reizen. En weer terug. De munt van Orpheus, dat was een Griek, een soort Bard die in de onderwereld is geweest en er weer uitgekomen. Veel rituelen gebruiken zalf om het lijk goed te houden. Er is ook een soort Magische zalf die zou beschermen tegen doden. Een Egyptische koningin heeft de zalf moeten maken omdat ze met haar man mee moest naar het Dodenrijk, waarmee ze geen last zou hebben van de Doden. Kon ze ook weer heen en terug, maar meer een bescherming tegen wraak neming van de Doden. Je reist op de boot mee. Nefertari, heet de koningin, van net voor de Hogere dynastieën. Van Boven Nijl.
William vindt rituelen waarmee je Geestelijk in het Dodenrijk kan reizen. Er wordt verwezen naar een ritueel waarbij je speciale dingen nodig hebt en daarmee zou je met een gezelschap kunt reizen. Daarbij moet je in een bepaalde volgorde de dingen gebruiken en aanwijzen wie er wat doet.
De priester zegt dat dit hetzelfde soort ritueel is om naar andere werelden te reizen, het Ritueel van Salomo. Demonwerelden. Hij riep demonen op omdat hij ook magiër was, de tempel van Jeruzalem is door een demon gebouwd. Hij had ook 30 vrouwen.
Ronardo vraagt naar een kistje, maar daar kan de Priester niets over vinden.

No comments:

Post a Comment

Iets toe te voegen of op te merken? Graag!