Wednesday 5 November 2008

Huwelijksreis/ Vecht als een Amberiet/ Gesprek met Julian

Julian vindt het nog steeds geen goed plan. Hij vraagt aan Caine of deze het goed vindt dat zijn dochter met een Chaosiet komt aanzetten. Deze zegt daar geen problemen mee te hebben, dat ze dat zelf moet weten en die Markus is tenminste geen troonopvolger.
Uit de weg ruimen kan ook nog altijd natuurlijk. Tenslotte is het een Chaosiet, die kunnen zomaar ongelukjes krijgen, in de Abyss vallen…
“Sommigen komen daar weer uit,” zegt Julian.
Caine wil weten in hoeverre ik mijn vader tegemoet ben gekomen, wat ik ga doen om mezelf te beschermen. Dat is iets waar ik nog niet aan heb gedacht. Tenslotte ben ik bezig mijn zoon te beschermen.
Julian wijst me erop dat als ik doorga hiermee, ik heel erg in publieke belangstelling kom te staan voor heel lange tijd. En wat doen we als we ruzie onderling gaan krijgen?
Caine vindt het plan niet slecht, wel slecht is dat het kind er al is. Hij kan ontvoerd worden en wat dan? Ik zou ook afstand kunnen doen van Owen, dan zal het kind bij andere ouders opgroeien. Dat is wat meer Amberieten doen, laten het kind opgroeien in Rebma bijvoorbeeld. In dat geval mag ik helemaal niets met hem te maken hebben, dan is het kind er niet meer.
Ik vertel dat ik geen afstand ga doen. Uitgesloten.
In dat geval heeft Caine wel een ideetje. Over een poosje zal hij met een plan komen, waarin Julian ook een rol gaat spelen. Mits we zelf niet met een beter plan komen voor die tijd. Tenslotte zegt hij tegen Julian niet meer zo dom te doen en gaat weg.

Dyenne en Rhex lopen naar de haven, waar allemaal eettentjes zijn. Dyenne wil naar die zaak met de grote M. Ze bekijken de lijsten met wat er te koop is, ziet er goed uit. Hamburgers, french fries. Dyenne vertelt dat koning Random liever dikke patat had. Rhex vraagt om Big Macs menus, 3 keer graag. Dyenne wil graag een hamburgermenu.
Wel lekker, wat vettig. Ze gaan elkaar frietjes voeren. De sausjes erbij zijn wel lekker. Buiten is er een schietpartij bezig, een hoop sirenes.
“Vuurwerk!” zegt Dyenne.
Bij de Hawaï city bank is een beroving bezig, de politie begint op de bank te schieten. Rhex wil zich er mee gaan bemoeien, Dyenne wil niet dat hij gaat hobbyen op hun huwelijksreis. Er worden gijzelaars overhoop geschoten, er komen een brandweer- en ziekenwagens bij. Dyenne wil dat hij door eet, het wordt koud.
Van andere mensen horen ze dat het hier elke week raak is! De mensen hier vinden het geweldig.
Ze gaan langs de kade wandelen, dronken zeelui slaan elkaar voor rot. Een paar dronken zeelui vallen Dyenne lastig, Rex gooit ze tegen de grond. Eentje trekt een mes, Rhex gaat dan met die lui gooien.
Er komt een jeep aanrijden, die lui worden opgeladen. In Joe’s Crab restaurant is een hoop lawaai binnen en er komt iemand door de ruiten naar buiten zeilen.
In de haven liggen allemaal oorlogsschepen en dergelijke. Een man wil ze horloges verkopen, echte Rolexen voor $10, normaal $200. Inscriptie JP achterop. Zo worden ze allemaal gemaakt, zegt de man. Een gouden kost $200 ipv 2000. Ze kopen niets.
In een park zijn vandalen bezig een bankje te slopen. Verderop staan mensen met een knuppel een telefooncel stuk te rossen.
Ze worden uitgenodigd om een show te zien, met meisjes die kunstjes kunnen. Cynthia met de pingpongballen.
“Laten we gaan kijken,” zegt het pasgetrouwde tweetal tegen elkaar. Binnen komen ze er snel achter waar het allemaal om gaat: Cynthia trekt al haar kleren uit, Cynthia stopt pingpongballen in haar ding en plopt ze uit. Er zijn ook een paar schaars geklede paaldanseressen. De drankje zijn slechts $10.
Dan komt er een dame op het podium die een zoemend ding naar binnen stopt, een man met zweep komt erbij en uiteindelijk zijn ze aan het neuken op het podium.
Een andere tent heeft een dancing, je moet wel een pasje hebben. Rhex geeft de man $100 en kan naar binnen. Daar is er keiharde muziek en de drankjes zijn er $2.50. Ze zien lichtgevende tegels waar mensen staan te dansen. Ze doen een hussel dans, er zijn een aantal mannen met plakhaar die er heel goed in zijn.
Het ziet er netjes uit, de meisjes wat bloot, de jongens niet. Dyenne wil ook dansen. Rhex leert de hussel in no time. Andere meisjes vinden Rhex leuk om mee te dansen, andere jongens Dyenne. Andere paren houden elkaar meer vast, zodat er niemand gemakkelijk tussen komt.
Bij een langzaam nummer kunnen ze bij elkaar om de nek hangen. Het is hier romantisch en er zijn geen pingpongballen. Het wordt laat, ze kunnen vele gekleurde drankjes krijgen. Rhex heeft graag rum of whisky. Mixed wat, vindt het wel lekker. Dan komen er twee lui met regenjassen binnen. Rhex ziet dat ze er een groot geweer onder de jassen hebben, hij doet dronken en strompelt op 1 van de kerels af. Deze zegt dat hij weg moet wezen en trekt zijn geweer. Rhex pakt het af. Dan gaat hij naar de ander, slaat hem. Met het geweer wordt er een enorm ding van het plafond af geschoten. Politie binnen komt binnen, willen Rhexenor arresteren. Een aantal mensen bemoeit zich ermee, zodat ze hem toch maar niet meenemen.
Een of andere vent met een lolly wil een verklaring hebben. Rhex verklaart. De man vraagt waar hij zich mee bemoeit, ja, hij heeft de man geslagen, de man heeft klacht ingediend, en toen heeft de man met de lolly, de Koyak heet, hem ook een klap verkocht. De verklaring wordt getekend.
Dan loopt Koyak naar de barman en vraagt dreigend of er geen drugs meer worden verhandeld. Natuurlijk is dat niet het geval. Als Koyak buiten gehoor is, scheldt de barman deze uit voor ‘stomme Griek.’
Met een taxi laten ze zich naar het hotel brengen. De chauffeur scheurt als een idioot en scheldt op het verkeer. Het is een donkere man, gekleed in een shirt met bloemetjes, die scheld op deze kutamerikanen en deze schijtwereld.
“Ken je meerdere werelden?” vraagt Rhex.
“ Nee, hoezo?” In de taxi hangt een IDtag met de veelzeggende naam ‘John Smith.’
“Eilanden, bedoel ik”
“Dus je komt veel in andere landen?”
“Ja. Wacht maar tot 9/11, dan krijgen ze het.”
De man heeft duidelijk tussen meer werelden gereisd. Rhex en Dyenne stellen zich voor, John Smith is een heel normale naam.
“Ben je een zoon van Caine ofzo?” vraagt Rhex. De man kijkt het stomverbaasd aan, hoewel, de naam kent hij wel: “ Oh ja, die bijbelfiguur die zijn broer heeft vermoord. Maar als je eens wil praten…” Hij geeft Rhex een kaartje met een telefoonnummer en Dyenne en Rhex gaan naar het hotel.

Ronardo gaat op de versiertoer met Moyra, die er al heel lang op gewacht heeft. Ze is er best goed in, best wild, best raar, best kinky. Ze houdt van spelletjes, zoals tikkertje doen, ijsblokjes op haar borsten leggen, een fles chocoladesaus van haar aflikken. Of slagroom enzo. Tegen zijn ouders op de maan doet ze heel aardig, er wordt wat gekletst over het project. Moyra is niet zo stom, ze heeft best goede ideeën. En hij komt zijn vriendin ook weer tegen die niet zo leuk reageert op Moyra. Ze doet een beetje raar. Ze deed jaloers.
De wereld vindt ze leuk en dan gaan ze naar Rebma. Ze laten zich door Gwyndrod doorhalen.
Gwyndrod vraagt waar ze geweest zijn, Moyra zegt dat ze naar Ronardo’s wereld zijn geweest en dat het hem verder niets aangaat. Ze doet truttig tegen hem.
“Gwyndrod doet altijd stom en vervelend tegen meisjes, hij is een droogkloot. Mijn broer vindt Fiona wel leuk, ze is nogal populair bij de mannen,” zegt Moyra tegen Ronardo.
“Vooral bij Chaosieten,” zegt Ronardo.
“Dat zijn allemaal demonen, die zijn eng,” zegt ze.
“Ze hebben een tempel van haar in Chaos,” vertelt Ronardo.
“Oh, dan zien ze haar als een Heilige,” zegt ze. “Wat ziet ze dan in je vader?”
“Hij is een studiebol, ze valt op slimme mannen,” zegt Ronardo.
Hij wordt mee genomen naar een tent in de stad waar haar vriendinnen rondhangen, die meteen met hem beginnen flirten, ze komen op schoot zitten. Ze kletsen heel veel over andere mensen, iedereen wordt besproken. Het gaat over ongelukjes, wie met wie gaat, over kleding, enzovoort. Ook gaat het gesprek over Amberieten en Brand. En dat Fiona hem heeft overhoop gestoken heeft… dat doe je toch niet.
De familie van Amber is een schandalige familie waarin alle leden het met elkaar doen. Eerst moeten alle vrouwen het doen met Benedict, dan met Corwin…. Allemaal in opdracht van die vader en ze doen het ook met eenhoorns.
“Heb je al eens strippoker gedaan?” vraagt ene Tanja. En aan Moyra “Wil je hem niet delen dan?”
“Nee,” zegt ze boos.
Ze vragen of Ronardo daar zin in heeft…
“Nu maar even niet,” zegt hij terwijl hij naar de boze Moyra kijkt.
“Zit je nu al onder de plak!”
Dan komen er een paar jongemannen bij die mee beginnen te doen aan de roddel, Tanja begint over Brand die gek is toch?
Hij werd in de Abyss geschoten. Er zijn ook Amberieten die het met Chaosieten doen, dat is nog veel erger. Ronardo vertelt dat Moyra de eerste in Amber was die hij tegenkwam. En natuurlijk was hij meteen verliefd. Ze heeft een ziekte, anorexia, weet Tanja te vertellen. Ach, ze eet gewoon te weinig, denkt iemand anders. Maar het is toch heel erg…. Dan komen ze met het verhaal dat ze het met 3 jongens tegelijk doet, bij de verkeerde kapper komt, ze doet het met haar broer… dan gaat het gesprek over op Gwyndrod.
Ene Steven neemt hem apart, vraagt of hij met Moyra gaat.
“Ja,” zegt Ronardo en deze wordt meteen op zijn gezicht geslagen. Ronardo slaat terug en het wordt een knokpartij… ze worden uit elkaar gehaald, Steven is boos en Ronardo weet niet waarom.
Ze worden naar een magistraat gebracht, compleet met gillende Moyra.
Ronardo moet vertellen wat er gebeurd is. Dat doet hij. De magistraat twijfelt aan zijn verhaal, de andere partij zegt dat hij rare seksuele toespelingen heeft gemaakt op Moyra en dat hij Steven heeft uitgedaagd.
“Zoek het uit met magie,” stelt Ronardo boos voor. Dat valt verkeerd.
“Dat is weer typisch een Amberiet. Als je maar niet denkt dat je rotzooi kunt trappen in een vredig Rebma. Er komt 1 Amberiet en dan is het altijd vechten, altijd knokken, altijd gedoe om meisjes, net als die oom van je. En je vertelt me ook nog hoe ik mijn werk moet doen!”
“Ja, omdat je me meteen beschuldigt,” zegt Ronardo.
“Omdat er geen ernstige ongelukken zijn geweest, laat ik je vrij met een waarschuwing.”
“Je mag blij zijn dat ik niet gestoken heb, DAT is normaal voor een Amberiet.”
Ook die opmerking valt verkeerd.
“Je had naar de politie kunnen gaan. En je bent knap brutaal, jij hebt HEM uitgedaagd en niet andersom.”
Ronardo wordt pissig en vertelt de magistraat wat hij kan.
“En je scheert ons Rebmanen over 1 kam, je denkt dat we er zonder hulp niet uitkomen. Weet je wat ik denk, je bent boos. Je kon opzij gaan staan en vragen of hij dat niet meer wil doen. Hij zegt dat je hem hebt uitgedaagd.”
“Ik ben Benedict niet, ik kan niet goed vechten. Normaal doe ik dingen met magie. Ik heb niets op hem gedaan.”
Ze kan wel uitzoeken of er magie is gedaan.
“Dat gaan we uitzoeken, tot die tijd blijf je beter op je kamer, je staat onder bescherming van de koningin zelf. Morgen hoor je meer.”
Moyra is hoogst verontwaardigd. “Steven is een zeikerd, waarom ging je met hem mee! Die heb ik al twee jaar geleden aan de kant gezet. Ik neem hem wel te grazen, dat is morgen geregeld hoor!
Ik zorg er wel voor dat hij een ongelukje krijgt…”
“Dan krijg ik de schuld,” zegt Ronardo. “Dus doe maar niet.”
“Je bent dus ook met Tanja gegaan toen je de eerste keer hier was? Dat zei ze.” Het feit dat er om haar is gevochten vindt ze wel erg leuk.

“Wanneer vertrekken jullie,” vraagt Julian. Over een week of twee, denk ik. Hij informeert beleefd naar mijn ouders en mijn broer, waar ik hem niet veel over kan vertellen, daar ik er al enige tijd niet geweest ben.
De persoon die met Brand mee was, was misschien niet Jasra. Brand was geniaal, op het geschifte af, maar daar kwamen ze later pas achter. Hij is 1 van de ex leerlingen van Dworkin. Julian heeft geen idee waarom deze het nodig vond zijn kennis aan hen over te dragen. Misschien hebben ze er op aangedrongen. Zelf vermoedt hij dat Dworkin ze niet alle 3 hetzelfde heeft geleerd, maar ieder een stukje. Als hij Flora moet geloven, hebben ze allemaal een stukje van iets gekregen van Oberon. Hij denkt dat er een plan achter zit.
“Mijn vader deed nooit iets zonder een plan, wie het niet met hem eens was, werd uit de weg geruimd. Ongeluk of verdwijning. Niemand leefde met hem dus.”
“Waarom ben jij je met Arden bezig gaan houden?” vraag ik
“Er waren in die tijd jachtopzieners. Niet goed georganiseerd. Met als gevolg dat de stad regelmatig bedreigd werd en de sterfte lag nogal hoog onder de opzieners. Ik vond hier iets, dat weet haast niemand, maar het gaf me de overtuiging dat de sleutel tot heel veel dingen hier in Arden te vinden is. Het was beter dat iemand een oogje in het zeil hield. Van de familie had Corwin alleen belangstelling. Het is heel moeilijk om dingen voor hem verborgen te houden, in die tijd was hij een machtswellusteling. Nu nog wel.”
Er zijn meerdere redenen voor hem om hier te blijven werken. Het is niet echt zwaar, je ontwikkelt er gevoel voor en je leert het kennen. Een demoon of een draak meer maakt dan niet meer uit. Hij denkt dat het goed is dat niet iedereen precies weet hoe Arden in elkaar zit.
Als er ooit 1 van zijn broers of zussen achter dat geheim komt, heb je de poppen aan het dansen. Het heeft iets te maken met de oorsprong van Amber. Ook iets met het Oerpatroon. Hij is bang dat Brand daar behoorlijk dichtbij is gekomen al. Vroeg of laat zal het nodig zijn dat het geheim onthuld wordt. Gevaarlijk is het goede woord. Arden is een gevaarlijke plaats, het is niet 1 plaats. Het zijn werelden die in elkaar overgaan en hier op uitkomen. Met een stuk stof laat hij zien hoe, Arden is een gat. Het glijdt af.
“Kun je daardoor dingen kwijt raken?” vraag ik.
“Misschien was het dan geen goed voorbeeld,” zegt hij. “Ben je wel eens aan zee geweest? Het land gaat daar omlaag, desondanks wordt er rommel aangespoeld. Er worden dingen uitgespuugd. Dat heeft ook met de Abyss re maken, het heeft met elkaar te maken. Het wordt een interessante tijd, zeker nu de Abyss min of meer een vaste grond in Amber gevonden heeft.”
Van de Feniks denkt hij niet dat die erg veel beïnvloed is geweest. Maar Brand en Deirdre en Jurt wel.
Hij sluit niet uit dat Jurt een zoon is van Corwin.
Een van de dingen die er speelt is dat het serpent de strijd tegen de eenhoorn aan het verliezen is. Voor het gebeuren met Brand was het eerder andersom. Het Oerpatroon is daarna zwaar beschadigd, dat is een zware klap geweest voor het Patroon. De vier Patronen zijn afsplitsingen van macht.
Logrus bestaat eigenlijk niet. Je kunt het manifesteren en er contact mee krijgen. Het is overal en nergens. Veranderingen in schaduwen waar Patroon overheen ligt zijn minder, deze worden tegengehouden. Het is een complex verhaal, er zijn meerdere dingen gebeurd. Voor het begin van onze tijden was er een volk dat zo machtig was dat ze hun eigen werelden konden scheppen. Ze zijn onderling in conflict geraakt, met als inzet de werelden. Er is een groot aantal werelden die sterk lijkt op aarde bijvoorbeeld en een oneindige serie van andere werelden die op elkaar lijken. Het is misschien nog steeds mogelijk je eigenlijk werelden te bedenken en te scheppen. Hij denkt dat in dat conflict realiteiten zijn gescheurd, uit elkaar geraakt, machten gerealiseerd. Misschien dat toen Arden en de Abyss zijn ontstaan. Later Amber, Rebma en Tir Nan Ocht. Dan is Rebma geen afspiegeling van Amber.
Over ‘Mogelijkheid’ gaat een ander wezen, heeft Tir Nan Ocht met mogelijkheid te maken Rebma met spiegels. Brand en Corwin hebben hebben beiden een spiegelgang in Amber aangetroffen, hij nog nooit.
Er is een spreekwoord dat zegt dat alle wegen naar Amber gaan, typisch dat ze eerst door Arden komen. Het is wel prettig dat je familie denkt dat je iemand bent als ‘Ruwe bolster blanke pit of Tarzan,’ alleen maar houdt van honden en paarden houdt enzo. Het houdt mensen op afstand, als je vriendschap hebt met bepaalde dieren. Van wie zou je dat nu hebben, zegt hij tegen mij…
Alleen Corwin blijft nieuwsgierig, dus ik zorg ervoor dat hij weg blijft, al moet ik zelf een monster of twee drie op hem afsturen. Corwin is de gevaarlijkste van allemaal. Hij is bijzonder geïnteresseerd in Arden. Corwin heeft zijn eigen dieren. Die van Julian zijn echter groter en sterker. Ik vraag hem naar de valkentraining.
“Oh, in het kader van de vaderdochter relatie en de demonische schoonzoon?”. Ik kan vast wel een troefschetsje maken van hier, denk hij. Niet dus. Dan moet ik hem maar eens troeven. Ik moet nu vast terug.
“Ik ontvang hier niet veel mensen, een enkele keer een nieuwsgierige broer of zus, het is behelpen. Flora heeft altijd commentaar. Zeker degenen die echt zijn opgevoed met pa hebben hun eigen agenda. De vrouwen kwamen niet zo voor in de plannen van Oberon, maar het kan schijn zijn. Zijn broers onderschatten hun zussen. Fiona is de meest intelligente van hen allemaal, de berekenende is Deirdre, Llewella weten ze het minst van. Hij denkt dat Sand er op tijd uitgestapt is, ook voor Flora kan dat gelden. Ze is dan niet de slimste, de schijn is dat ze de familie bij elkaar houdt. Maar ze weet meer van het occulte dan allemaal bij elkaar. Niemand anders heeft zoveel tijd gestopt in TNO als Flora, zelfs Benedict niet. Hij is er zijn arm kwijt geraakt. Hij heeft er iets mee, Julian zelf komt er niet graag. Corwin komt er graag, steeds weer voor wat nieuws.
“Je bent gewoon mijn dochter. Klaar. Denk je dat ik dat niet zeker weet. Mensen vinden het amusant steeds over de 3 vaders te beginnen. Wie zegt dat jij mijn enige kind bent?”
“Jij, eerder,” zeg ik. Hij knikt.
“Heb ik broers en/of zussen?” vraag ik.
“Op dit moment zijn er geen jonge Amberieten op komen dagen en je bent de enige die ik erkend heb. Als je ooit een broer of zus van je tegen komt zul je dat gewoon weten. En als je dat niet weet, ben je er toch 1 van Corwin.”

“Dus je kent die Tanja al langer?” vraagt Moyra
“Heb jij anorexia en ben je met je broer gegaan?” is de wedervraag van Ronardo.
“Wat, zegt ze dat! Dat wordt een ongeluk!” en ze rent weg. Niet veel later is er veel gekrijs en gegil op de gang te horen en sleept Moyra Tanja aan de haren bij Ronardo op de kamer.
“Zeg dat het allemaal gelogen is!” gebiedt ze Tanja.
“Ja het is gelogen!” Het kind rent huilend weg. Alle bedienden hebben zich inmiddels op de gang verzameld.
Moire komt verhaal halen.
“Jullie zouden toch uitgaan?”
Ronardo vertelt wat er is gebeurd, ook over de knokpartij en wat Steven aan de magistraat heeft verteld. Dat is het hoofd van de politie, zegt Moire.
“Maar je bent natuurlijk netjes gebleven.”
“Niet zo.”
“Oh, je hebt je dus niet prinselijk gedragen. Heb je haar beleefd aangesproken met ‘U’ en ‘Mevrouw’?”
“Nee.”
“Ga dan terug naar je moeder en vraag of ze je een beetje opvoedt. Als prins van Amber ben je sterker, sneller en dergelijke. Je kunt zo iemand bij de kraag pakken en hem buiten zetten. Je had het anders kunnen aanpakken. Je bent mee gaan vechten, dan maakt het niet meer uit wie er begonnen is.”
“Hij heeft toch wel recht zich te verdedigen? Dan komt die stomme kut-Steven…,” gilt Moyra.
“Ga jij je mond maar eens spoelen. Wat je taal en je gedrag betreft… Ik ben nog niet met je klaar jongedame!”
Moyra begint over die slet, die kut-Tanja… en krijgt kamer arrest.

Als ze weg is praat de koningin ernstig met Ronardo. Ze had zich hier toch iets anders bij voorgesteld, ze is een beetje teleurgesteld. Hij zegt dat Random wel wat voor hem verpest heeft. Zoals ze hier over een Amberiet doen...
Rebmanen zijn geen Amberieten, legt ze uit. En ja, ze gedragen zich soms een beetje achterbaks omdat ze nooit buiten komen. Mensen van die van buiten zijn, zitten in moeilijke positie. Wat moet ik je moeder uitleggen? Dat is een prinses van Amber. Ach, die snapt het wel, denkt Ronardo.
“Ik hoop dat je er over na zult denken, dus misschien moet je er even een paar weken er tussenuit en het dat nog eens proberen. Maar wel terug komen, want als je dat niet doet, dan ziet iedereen je als lafaard. En ik zeg Moyra wel dat je verstandig bent geweest, ze zal vloeren moeten schrobben.”
Op de gang gekomen stuurt ze het mee luisterende volk weg.
Hij troeft naar Benedict, die het meteen aanneemt. Met een stevige handdruk haalt hij Ronardo door. Hij is in een legertent, compleet met een kaart met landen van de Gouden Cirkel. Hij draagt het uniform van Amber. Hij geeft Ronardo een veldstoeltje en neemt er zelf ook een. Een jochie komt thee inschenken.
Ronardo vertelt dat hij nooit heeft geleerd te vechten.
“Je ziet er in ieder geval gebutst uit, terwijl het is toegebracht door iemand die niet sterk is,” complimenteert Benedict hem.
“Heb je gevochten in Rebma? Dat is niet zo best. Dan kan ik je beter wat lessen geven. Ik heb hier niet echt de faciliteiten, we kunnen beter naar een van mijn trainingswerelden gaan.”
Met een kaartje troeven ze naar een gebouw. Er lopen mensen in camouflagepakken en helmen op. Hij neemt hem mee naar binnen naar een jonge dame met blond haar, en vertelt haar dat Ronardo ingeschreven gaat worden voor een paar weken en dat hij hem zelf ook gaat trainen. Oh, dit is ongebruikelijk, zegt de dame. Benedict wijst naar een papier dat onderop ligt. Dat heeft ze gemist. Ze geeft Ronardo een judopak en wijst hem een bed toe in een slaapzaal. Dat vindt Benedict wat minder, een eigen kamer was passender geweest, maar blijkbaar hadden ze die niet meer.
Kort geschoren koppies van andere knullen die in de rij staan voor de keuken. Ze doen heel beleefd tegen Benedict. Ze krijgen een bord met 4 vakken, gele, rode, bruine en andere rommel. De anderen eten heel snel en moeten dan weer weg. Ronardo komt toe aan de helft en dan is het tijd voor de eerste lessen.
Ze komen in de zaal met op een podium Benedict en een grote vieze kerels met littekens. Benedict laat hem aanvallen met een mes, de kerel ligt dan in een kreuk en geeft zich over. Die manoeuvre moeten zij dan ook doen. Het tengere ventje dat Ronardo krijgt toegewezen legt hem 10 van de 10 keer in de knoop. Ronardo doet fanatiek mee en er vallen wat gewonden, want Ronardo is toch erg sterk en binnen een paar dagen liggen er een paar mannen in de ziekenboeg.
Benedict is vreselijk goed, met 2 vingers krijgt hij iemand plat.
Ze moeten ook door modder kruipen terwijl ze beschoten worden, door de modder sjouwen met bepakking en iedereen krijgt straf als Ronardo een keer als laatste binnenkomt. Ze worden met een helikopter boven zee gedropt en moeten dan 3 uur terug zwemmen naar de kust.
Na vier weken is Ronardo heel goed geworden, het opzij stappen is heel simpel geworden. Iemand die naar hem uithaalt is heel traag.

Rhexenor en Dyenne lopen het hotel binnen, naar hun vertrekken. Het is best romantisch in het bubbelbad, als ze een verdieping lager het lawaai van de onderburen horen. Het verpest de romantische stemming, een vrouw die hard gilt, man die iets roept, muziek die aan en uit en aan en uit gaat. Nu gaat Rhex iets zeggen, wat een rothotel is dit. Hij trekt een badjas en sloffen aan, loopt naar beneden. Het gillen houdt plotseling op, hij hoort huilen op de betreffende kamer en gaat er kijken. Het is er een grote puinhoop, een stomdronken vent komt op hem af waggelen. Hij heeft zijn handen aan iets opengehaald, er ligt een bloedend meisje op de grond. De vent kotst over de badjas. Rhex sleept hem mee naar beneden. Hij klaagt bij receptie, die gaan ambulance en politie bellen, de veiligheidsmensen waren te laat.
Er komt een Amerikaans stel klagen over de bende, het rothotel, enzovoort. Het hotel gaat compenseren. Hij wandelt stoer naar boven, al is de lucht van kots minder geweldig.
Een ambulance komt het meisje opladen. Hij vertelt Dyenne van de dronkelap. Ze heeft een hekel aan dronken mensen. Gelukkig doet de Amber familie dat niet, zegt ze. Koning Random kon ook flink drinken, ze heeft wel eens 30 blikjes moeten opruimen. Maar hij heeft Vialle nog nooit het ziekenhuis ingeslagen.
Intussen komt er een helikopter over en horen ze alweer het geluid van sirenes. Beneden wordt er geschoten. Ze kijken televisie. Op het nieuws is het niets dan ellende. Rhexenor gaat even het balkon op en komt iemand tegen met blauw en rood aan. Die zit achter de Gier aan. Rhex vindt deze p het dak, deze zit geld te tellen. Grappig, Rhex had hem ook al op het Nieuws gezien. De Gier denkt dat hij iemand is die Wolverine heet, maar de ijzeren huid die Rhexenor hem toont, kent hij niet. Hij vliegt weg, Rhex laat vleugels groeien en vliegt er achteraan.
De Gier is in een parkje geland, er vliegen 2 bommen zijn kant uit. De andere was op Spiderman gericht, die nu met half gescheurd pakje op straat ligt. De Gier is een oude vent met een pakje aan. Jaar of 60, Rhex heeft hem zo bewusteloos. Dan is de politie er en neemt het over. Spiderman is inmiddels weg en er worden foto’s gemaakt van de nieuwe superheld zonder masker. Hoe noem je jezelf?
“Rhexenor.”
“Oh, the Amazing Rhexenor… of Rhex Ruthor?”
Rhexenor gaat terug naar Dyenne, die heeft alles gevolgd op het nieuws. Ze vindt het niet zo leuk dat hij dat gedaan heeft.
Ze nemen het besluit dat het hier iets te druk is en willen naar een andere wereld. Hij troeft Corwin, die is niet te bereiken. Dan naar Flora die aanneemt. Hij vertelt hoe het is, maar zodra ze hoort dat Corwin het heeft geregeld, begrijpt ze het al.
“Haal mij maar even door.” Ze ziet er netjes uit, keurig met wit tasje en wit hesje en een zwart halsbandje.
“Oh, zijn jullie op Hawaï, de Marvel versie. Dat is saai. Pak je koffers en dan checken we uit.”
Rhex sjouwt koffers, mensen haasten om te helpen.
“Het bevalt ons hier niet, we checken uit,” laat Flora aan de balie weten.
Buiten is weer lawaai van sirenes, ze horen ‘boenk boenk’ en er waait zand naar binnen. Er rijdt een taxi voor, de chauffeur is een man met een groenig gezicht en een geel pak.
“Deze niet,” beslist Flora. “Waar is Corwin mee bezig geweest?”
Met een gewone taxi gaan ze buiten de stad, te paard gaan ze verder en komen aan in Zuid Frankrijk. Het is hier tegen het eind van het seizoen en gewoon rustig. Bij een stadje komen ze bij een mooi hotel. Ze checkt ze in. Het is hier heel rustig, een vissersdorp met dorpspleintje en fonteintje. Flora neemt afscheid.
Hun kamer is ouderwets, met een hemelbed, een wc, eenvoudige badkamer. Het is wat stoffig en er hangen bruine gordijnen.
Dan gaan ze naar het strand, en kijken naar de vissers die netten repareren. Ze gaan wat eten in een eethuisjes. Ze zoeken schelpen. Het is wel erg rustig, iedere avond gaan eten, croissants in het hotel als ontbijt… erg rustig, heel saai. Op een dag stelt hij voor om gezellig hard door de bossen te gaan rijden. Ja, met ook nog een picknick. Dyenne is enthousiast, ze zijn niemand tegengekomen, zo aardig van Flora!
Ja.
Rhex is niet zo erg blij met deze rust…
Hij vertelt over zijn jeugd, toen hij bijna zijn hoofd afhakte met mamma’s zwaard Hij woonde toen in Athene en trok veel op met Odysseus. Dyenne vindt dat een knappe vent, hij wilde steeds met haar dansen. Oh, je hebt dus een spannend leven eigenlijk. Misschien kun je dan iemand vragen om de rest van de huwelijksreis te regelen? Iemand vragen die er tussen de romantische ideeën van Corwin en Flora in zit? Hij denkt er over na. Bleys? Hm, heeft hij niet zo’n band mee. Julian? Daar is zij op tegen.
“Die niet, dat is je engste oom.”
Ze besluiten dan om Random te vragen. Ze checken uit.

Ik zeg dat ik naar huis ga. We lopen naar Boudicca, ze heeft vriendschap gesloten met Morgenstern. Julian vraagt of, als ik een keer tijd heb, met hem mee wil gaan in Arden. Gewoon om te laten zien hoe hij leeft, om me het woud te laten zien. Bepaalde gebieden hebben ruines, vaak een soort tempelgebouwen. Dat zijn wel de plaatsen waar meer monsters zitten dan. Het gaat me tijd kosten en er zal geen sprake zijn van enige luxe. Natuurlijk wil ik graag een keer met hem mee.

Ik loop Patroon in mijn hoofd naar de wereld in de buurt van mijn eigen wereld. Van daaruit reis ik naar mijn wereld. Daar zijn mijn dagen gevuld met het verzorgen van Owen, met paardrijden en de valkentraining.
Valken hebben een heel sterke wil, ze gaan zich misdragen als je ze de kans daartoe geeft. Het kindermeisje wil niets weten van de valken en het paard. Vooral niet van Phillipien.
In die dagen merk ik dat Julia probeert me te bereiken en daarna Merlijn een paar keer. Ik besluit om de pogingen totaal te negeren.
Na een jacht komt ik echter onverwacht Jurt tegen. Ik scherm mijn gedachten meteen af met behulp van Patroon en vraag hem wat hij hier komt doen. Hij is wat verongelijkt, wil eigenlijk weten wat ik hier doe. Ik zeg hem dat dit mijn wereld is.
“Julia zocht je, maar ze kreeg geen contact met je. Toen heeft ze het Merlijn laten proberen, maar die kreeg het ook niet voor elkaar, terwijl hij heel sterk is met Troef. Dus Julia en ik maakten ons ongerust, misschien had Jasra je wel te pakken genomen en lag je nu ergens dood… al zei Julia dat ik niet zo moest overdrijven en dat ik je niet moest gaan zoeken. Maar omdat je niet op je Troeven reageerde kon er ik weet niet wat aan de hand zijn. Het was trouwens wel heel moeilijk om je te vinden, deze wereld is helemaal afgesloten. Gelukkig heb ik de enige ingang kunnen vinden. Die heb je vast gemaakt toen je door Schaduw reisde.”
Julia bleek me nodig te hebben omdat er vreemde dingen gebeurden in de keep. Ik zeg dat ik wel eens zal komen kijken.

“Waar hou jij je eigenlijk mee bezig?” vraagt hij. “Is dit jouw wereld? Raar hoor, helemaal afgesloten voor zowel Patroon als Logrus…En wat gaat de tijd hier snel! Waarom is dat eigenlijk? En dat alles vanwege die baby? Wiens baby is het eigenlijk?”
“De mijne.”
“Ik wil het graag zien, lijkt me zo leuk! Ik hoop dat Julia en ik nog eens een baby krijgen, maar ik denk dat ze magie gebruikt om het te voorkomen. Oh, ik snap het al. Het moet natuurlijk geheim blijven voor Dara!”
“Onder andere,” zeg ik.
“Oh, maar ik ga haar niets vertellen hoor! Weet je wat, ik kan een spreuk op mezelf doen zodat ik het niet KAN vertellen! Mag ik de baby zien? Ik zal echt niets zeggen aan Dara, natuurlijk mag ze dat niet weten. Met die spreuk die ik dan op mezelf doe, kan ik het gewoon aan niemand vertellen! Ach toe… mag ik het kind zien?”
Ik besluit hem mee te nemen. Bij het huis doet hij een spreuk op het houtwerk, dat nu weer goed in de verf staat. Al de tijd dat hij hier is, heb ik nog gestuntel van hem gezien.
Ik ga hem voor naar de babykamer. Het kindermeisje verspert hem de weg.
“Hee, wat doet die demoon hier?” vraagt Jurt.
“Jij mag niet verder,” zegt ze tegen hem.
“Ik kom alleen naar de baby kijken.”
“Ik ben gewaarschuwd voor je, ik kan je nu desintegreren als je nog een stap verder doet.” Ik zeg tegen Mary Ann dat hij mijn toestemming heeft en ze stapt opzij.
In de kinderkamer gekomen pak ik Owen, die wakker is, uit zijn bedje.
“Oh, wat een leuk kereltje!” roept Jurt enthousiast. “Mag ik hem even?” Hij pak het kind voorzichtig aan en houdt hem boven zijn hoofd.
Owen vindt hij duidelijk een saaie naam, Draco juist heel leuk. En hij complimenteert de breed lachende Owen met het feit dat hij nog geen veranderingen heeft laten zien…
Hij vindt het erg jammer dat Julia geen kinderen wil nog. Daarna gaat hij weer, hij zal het gat in de bescherming dicht maken en daarna de spreuk op zichzelf doen.

“Dat was een heel gevaarlijke demoon,” zegti Mary Ann later. “Ik ben met name tegen hem gewaarschuwd. Misschien is het beter om te gaan verhuizen.”

Ronardo en zijn team krijgen een pistool met geluidsdempers. Je moet om kunnen gaan met het donker, het is een heel subtiel team. Uiteindelijk komen ze een oud schoolgebouw binnen, waar een meisje gevangen zit. Ze proberen haar dood te maken, ze rennen met een mes naar haar toe. Hij schiet ze af met pijltjes en daarna springt hij op ze. Er moet draad ergens worden gespannen, banden kapot gesneden van voertuigen, gebouwen in de brand gestoken. In het zuid Amerikaans horen ze een hoop gevloek.
Bij de kust komen ze naar hen toe en moeten ze ontsnappen.
Als ze terug komen zegt Benedict dat het goed gedaan is, volgende keer graag verbeteren.
Aan Ronardo persoonlijk vraagt hij wat deze er van vond.
“Wel interessant.”
“Ze willen je hier wel hebben,” zegt Benedict. Hij heeft nu 4 weken stealth commando gehad, wil hij nu meer schietpartijen of in tanks rondrijden.
“Ik leer liever zonder wapens vechten.”
“hoe was het om een tank te zijn?” informeert Benedict.
“Wel leuk.” Benedict heeft nooit zijn brein afgestaan om tank te worden. Zijn dochter vindt dat leuk. Er zijn werelden waar mensen in megs zitten. Ronardo wil graag Martial Arts leren, een vorm waarbij hij mensen uitschakelt in plaats van dood maakt.

“Als je van verschillende leermeesters vechten wilt leren.. denk eens aan Dalt. Die vecht vanuit fanatisme en is ook erg goed. Anders bijvoorbeeld Corwin of Julian. De laatste vecht meer op overleven in de natuur. Corwin vecht om te winnen. Het lijkt op vals spelen. Totaal niet subtiel, alleen als hij daardoor kan winnen. Julian is meer in overleven gespecialiseerd en in het aanvallen en verslaan van wezens die sterker zijn dan hij.
En dan Bleys. Hij heeft een mengeling van verschillende stijlen, vooral van overleven in stijl. Desnoods kiest hij er voor om te verliezen, als het maar in stijl is.
Zelf ben ik ben niet bereid om door te vechten tot ik dood ben. Corwin gaat wel door tot hij dood is, hij weet niet van ophouden. Het maakt hem heel gevaarlijk. Dalt vecht met reden en met emotie. Julian en ik alleen vanwege redenen.
Alleen hoe Dalt die mensen mee krijgt… dat lijkt op een eigenschap die mijn vader heeft. Rinaldo heeft dat ook inderdaad, maar die houdt niet van vechten. Dalt heeft hem aan de troon op Kashfa geholpen.
Brand kan ook je helemaal bepraten. Corwin vertelt je alles met een bedoeling, anders vertelt hij het niet. Hij speelt altijd het Spel, het is heel moeilijk voor hem om gratis iets weg te geven. Hij is wel veranderd, vroeger was er niemand in de familie die hem mocht. Van ons allemaal leek hij het meest op zijn vader.
Oberon was niet in staat liefde te geven, die hield van geen van zijn kinderen. Het kan zijn dat hij een plan had, maar zo ga je niet met je familie om. Hij had een leger nodig van machtige mensen die hij kon commanderen. Die waren niet goed te vinden en toen heeft hij ze zelf maar gemaakt. En toen die zelf begonnen te denken, werden ze lastig. Zoals Osric en Finndo. Onze zus Lorrayne werd ook lastig. Ze is door Pa geschrapt, net als Osric en Finndo.” Het is duidelijk dat Benedict een soort van emotie heeft hierbij.
“Hij heeft er een handje van om je rond te commanderen. Hoe sterk je ook bent, je komt er achter voor hem bezig te zijn. Ik weet dat je iets van Patroon hebt. Stel dat je daar 10 keer zo goed in bent en dan iedereen om je heen kunt manipuleren. Misschien wordt het eens duidelijk wat Dworkin is. Heb ik wel eens aan hem gevraagd, maar er kwam geen antwoord uit. Er zijn meer van die dwergachtige wezens. Er zijn er twee die zich hier in de buurt ophouden, van één noem ik de naam niet.”
Ronardo herinnert zich nog een dwerg, bij de Abyss.
“Dan is er nog een smid die Wayland heet,” gaat Benedict verder. “Raar hè, dat er zomaar een smid is die zwaarden maakt met Patroon er in. Bleys zorgt er altijd voor dat hij de beste spullen heeft. Als je langs het strand loopt, spoelt de zeemeermin bij Bleys aan.
Ik trok vroeger met Osric en Finndo op, later met Eric en Corwin. Toen Caine erbij kwam, was het niet leuk meer, toen werd Pa ook meer haastig. Caine dook gewoon op, hij kan ouder zijn dan Eric. Ik weet niet of hij ooit erkend is, vraag dat soort dingen liever aan Flora.”
“Waar was Lorrayne in gespecialiseerd?”
“In mensen manipuleren. Ze had iets met spiegels en mensen. Ze heeft een hele spiegelzaal in Amber gemaakt, ze had een fascinatie met Rebma en Tir Nan Ocht en was volgens Pa een vijand van Amber geworden. Ik denk dat ze dood is, maar weet je maar nooit. Ik hoop nog steeds een beetje dat op een goede dag Osric en Finndo voor mijn neus staan. En nu zitten we met Dalt, wiens moeder achteraf klaagde over Oberon. Eigenlijk mag ik hem wel, maar hij heeft een hekel aan oudere Amberieten.
Trouwens, die William is ook een buitenbeentje zeg!”
“Was alles evil, vroeger?”
“Ja, dat was een van de redenen dat Lorrayne moest verdwijnen, die begon iets met Chaos. Nu zouden de 3 redheads moeten verdwijnen en Deirdre dus,” zegt Benedict met iets van humor.
Ronardo vraagt waarom hij met een Hellemaagd is geweest?
“Ze was mooi, zegt Benedict, “en ik denk dat ze me wat heeft gemanipuleerd. Niet dat het echt erg was… Dara is mijn achter- achterkleindochter, ze doet het goed. Het is heel moeilijk om in Chaos je kinderen in leven te houden en ook nog koningin te zijn.
Je zou van ook van een Hendrake trouwens les kunnen nemen…
Het was wel leuk om Iolanthe weer terug te zien, ze was gevangen bij het Serpent. Dat heeft iets te maken met de powers waar ze aan hangt, de Feniks. Ik denk dat het Serpent rotzooi gaat trappen, op dit moment is deze als zwakste uit de strijd gekomen.
Een van mijn talenten is om diverse vormen van strijd te herkennen. Er is een duizendtal aantal jaren oorlog aan de gang tussen 2 machten, eigenlijk 4, misschien meer. De vier 4 machtigste hebben een soort van rivaliteit die zich uitte in competitie. In testen dus. Toen is er iets gebeurd, het Serpent raakte een stukje macht kwijt, de Eenhoorn werd daardoor sterk. Er ontstond strijd. Tijdens een wapenstilstand is de Feniks eruit gewerkt. De Eenhoorn en het Serpent maken beiden gebruik van wezens en daar is Feniks het beste in. Is het beste in manipuleren, maar doet dat niet. Dus moest hij weg.
Nu is de Feniks weer terug. De Eenhoorn komt het sterkst eruit, er is te veel Patroon en Chaos is terug gedrongen. Misschien is het er-niet-zijn van Oberon een lichtpuntje.
Het juweel is gejat, het Serpent wil dat terug, dat merk je aan alles. Ik heb geen idee waarom Dworkin het in de oogkas van Coral heeft gezet. Vraag het eens aan Fiona. Je kent haar immers... Zelf denk ik dat hij heel erg onder invloed van Patroon en Eenhoorn stond doen hij dat deed. We hebben nu een tijdelijk voordeel. Een sleutelrol spelen Coral, Corwin en de zoon van Corwin die zowel Logrus als Patroon beheerst. Zowel de Eenhoorn als het Serpent proberen Merlijn aan hun kant te krijgen.
Maar goed, ik moet nu echt gaan, nog even Dalt saboteren…” Hij neemt afscheid.

Rhexenor troeft naar Random, die enthousiast doet. Hij hangt in een tuinstoel met een biertje.
“Hoe bevalt de huwelijksreis?” Hij vertelt over Corwins Marvelwereld en Flora’s Frankrijk.
Nu willen ze fun voor overdag en rust voor ’s avonds. Random haalt ze door en ze komen bij een vrij groot landhuis, waar Vialle ligt te zonnen. Ze begroet het versgetrouwde tweetal. Ze krijgen wat te drinken aangeboden.
“Wat vind je van een pretpark?” vraagt Random. “Dat is wel gaaf, zo iets als Disney world of space center. We kunnen het een beetje mixen, een paar Schaduwen door reizen en we kunnen ook meteen even naar de maan.”
“Random, het is hun huwelijksreis,” zegt Vialle.
“Ja, weet ik, maar van mij zullen jullie geen last hebben…”
“Nee,” zegt Vialle streng, “je gaat niet mee, je had beloofd hier te blijven. Stuur dan Martin mee.”
“Misschien kunnen we samen ergens naar toe na de huwelijksreis,” stelt Rhexenor voor.
“Daarna heb je geen tijd, dan moet je met Morwenna mee. Dan heb je kans dat je niet levend terug komt.”
“Ga je iets gevaarlijks doen?” vraagt Dyenne verschrikt.
“Nee hoor, gewoon naar Dark End. Dat is niet echt gevaarlijk.”
“Hij heeft zijn vrouw niets verteld, hij lijkt jij wel…” zegt Vialle tegen Random.
Random kan ze afzetten bij Disney wereld.
“Na een paar dagen ga je daar weer weg. Blijf hier logeren en ik bedenk nog wat. En heb je de hoorn nog, we hebben niet veel meer in ijskast.”
“Dat komt omdat die vol is met jouw blikjes bier,” zegt Vialle.
Random gaat koken, hij mag geen friet met frikadellen bakken van zijn vrouw. Hij zal een soort van rijsttafel maken.
Rhex gaat mee koken, de dames babbelen in de tuin. Random is zijn rust goed zat inmiddels… en dan moet je ook nog oppassen wat je zegt. Vialle hoort ALLES!
De vrouwen lachen ergens heel hard over, het gaat vast over hen. Rhex zou eigenlijk iets avontuurlijks willen.
“Waarom ga je niet naar jouw thuis? Je kent er mensen, ze kan zien hoe je daar bent opgegroeid. Je hebt Deirdre toch, die zal vast een troef hebben van die wereld. Vraag het anders die zoon van Flora, die Odysseus.”
“Is dat een zoon van Flora?”
“Ze kwamen immers samen binnen op die bruiloft. En ze lijken best op elkaar. En anders vraag je aan Flora of ze geen troef heeft van haar zoon, kun je rechtstreeks troeven.”
Hij gaat het zijn moeder vragen. Inmiddels heeft Rhex flink honger. Ze babbelen wat over Frankrijk, Random zegt dat Martin die Fransen baguettes noemt. En ze lachen ook stom. Corwin is ook niet helemaal lekker vindt Random als Rhex iets vertelt over Marvel Hawaï. Hij legt zijn neef iets uit over de X-men en Cyclops. Hij geeft Rhex een strip van de X-men. De Gier is een misdadiger en gevaarlijk, het zijn allemaal superschurken.
“Wordt ik al gemist in Amber?”
“Weet niet,” zegt Rhex. “Ik ben er nauwelijks geweest de afgelopen weken.”
“Jammer dat je moeder het zo goed doet. Ik ben bang dat er snel oorlog van komt. Ik denk dat ze beïnvloed is door de Abyss.”
“Soms wordt ik door haar bespioneerd.”
“Oh, vandaar dat je de kat van Caine kreeg. En als iemand je bespioneerd is het Dara wel. Die heeft je vrouw opgeleid. Weet je zeker dat het Dyenne is.” Random loopt naar buiten en test het uit met een vork. Dyenne is boos, maar Vialle legt uit dat hij wilde weten of Dyenne een demoon was. Ja, vult Rhex aan, vroeger stopte hij al spijkers in Corwins laarzen.
“Dat was geen test,” zegt Vialle.
Dyenne vertelt dat Dara heeft aangeboden dat ze voor stand-in kon zorgen in geval van risico’s.
Het eten is echt heerlijk.

Een paar dagen later reis ik naar een andere wereld, van daaruit maak ik Troefcontact met Mandor. Hij laat zich doorhalen en ik vertel dat Jurt me is komen bezoeken.
“Wanneer was dat?”
“Paar dagen geleden. Ik heb gekeken of ik moet verhuizen en waarheen. Maar het is wat lastig, jij hebt ook Macht in die wereld zitten nu…”
“Verhuis nog even niet. Onlangs ben ik Jurt tegen gekomen, die heel erg vreemd reageerde toen hij me zag, alsof hij bezeten was door iets. Hij klapte helemaal dicht en rende hard weg. Als hij een spreuk op zichzelf heeft gedaan zoals jij zegt, is dat mis gegaan. Jurt kan helemaal niet goed toveren… Ik moet hier Despil bij gaan halen. Eigenlijk zal hij een poosje opgesloten moeten worden, maar wat is voor Jurt nu een goede plek… hij komt zelfs weer uit de Abyss.” Hij troeft weg naar Despil.

Zelf ga ik via troef en met Boudicca naar de keep alwaar ik Julia aantref. Ze maakt zich zorgen over Jurt die zich raar gedroeg onlangs en zowel Mandor als Despil zijn al naar hem komen vragen. Ze wil weten waar ik me mee bezig heb gehouden en vindt het niet leuk dat ik haar niets daarover vertel.
“De fontein doet vreemd. En er zijn hier een paar keer een soort rare wezens op komen dagen.” Ze wijst me op donkere vlekken in het landschap. “Daar komen rare dingen uit, het zijn geen echte demonen. Ze zijn glibberig en hebben vangarmen, het lijken een soort slakken met 1 oog. Gelukkig kunnen ze niet tegen bliksem, maar ze blijven komen.”
“Je denkt dat ze van Jasra zijn?”
“Dat weet ik wel zeker.” Ze laat me vervolgens de fontein zien. Deze ziet er raar uit, voelt heet aan en het borrelt. Het lijkt te leven. Een onwaarschijnlijke combinatie van elementen die bij elkaar komen.
“Nou, ik had zo gedacht… als jij er nu nog wat meer Macht in stopt… dan wordt het veel moeilijker voor Jasra om hier te komen!”
Eigenlijk kan ik geen macht meer missen nu dus ik stel voor dat ze er iemand anders bij haalt. Iemand die hier al eerder was geweest in plaats van een nieuw iemand zoals William die ze voorstelt.
“Merlijn, Mandor en Martin hebben Jasra hier verslagen. Ik zou hen kunnen vragen,” zegt ze. Omdat het me niet handig lijkt om Mandor hier in te betrekken, zeg ik dat ze dat maar moest vergeten. Dan denkt ze dat ik ruzie heb met een van hen. Omdat ze zo vreselijk aan het vissen is, laat ik doorschemeren ruzie met Mandor te hebben.
Daar schrikt ze heel erg van. Ten eerste is er niemand die ooit ruzie met Mandor heeft, ten tweede zou ik binnenkort ergens dood kunnen liggen dan. Ze zal Mandor gaan zeggen dat hij het geschil met mij moet bijleggen.
“En Deirdre en Dara zijn nog wel aan het onderhandelen over jullie huwelijk,” zegt ze terwijl ze me doordringend aankijkt. Ik kijk neutraal terug.
“Waarom dan de ruzie?” vraagt ze.
“Onder andere vanwege die onderhandelingen. Ik zal neef William maar eens gaan troeven.”
Ik haal de troef van William tevoorschijn en concentreer me. Hij reageert vrij snel.
“We hebben hier een situatie waar jij misschien even naar wil kijken.”
Even later haal ik hem door en één van de Amber paarden, vermoedelijk het zijne. Met belangstelling kijkt hij naar Julia. Hoewel ze elkaar op de bruiloft al hadden ontmoet, stel ik ze aan elkaar voor.
Ze begint hem meteen te wijzen op alles wat mis is en William wordt enthousiast.
“Dat zijn ze! Van Elders, van ver. Duivelsgates. Nee, dat zijn geen gewone demonen, deze zijn erger.”
Hij stopt het schild dat hij bij zich heeft, een wit schild, enorm machtig, met de afbeelding van een boom erop, in één van die gaten. Er klinkt een schreeuw en een enorme knal en het probleem is opgelost. Hij herhaalt dit nog twee keer bij de andere gates.
“Wow, prachtig schild!” zegt Julia bewonderend.
“Mooi hè! Ik denk dat ik het van mijn Opa gekregen heb.”
Bij de fontein ziet hij meteen dat dat anders is.
“Er zit een geest in gebonden.” Hij doet een spreuk en de gestalte van een man verschijnt, feestelijk uitgedost in opvallende kleding.
“Dat is de oude Sharrul Ghûl,” zegt Julia. “Dit heeft Jasra gedaan en zijn geest gebonden aan deze plek.”
"William, zou je Macht in deze plaats willen stoppen, zodat Jasra meer moeite heeft om terug te komen?” vraag ik.
“Dat wil ik doen. Keep van de 4 werelden zeiden jullie? En ben ik dan de vierde die hier Macht in gaat stoppen? Wie is dan de derde?”
“Jurt.”
“Wat! Die is evil!”
“Ik had begrepen dat jullie anders best goed met elkaar op kunnen schieten,” zegt Julia.
“Hm, ik zal hier alleen een paar dagen moeten blijven als je dat goed vind.” zegt hij tegen Julia.
Natuurlijk vindt ze dat goed. Ik zeg hen dat ik ze alleen ga laten, ik heb wat andere dingen te doen nog.

No comments:

Post a Comment

Iets toe te voegen of op te merken? Graag!