Saturday 1 November 2008

Kolonel Johnson

Rhex is een poosje aan het kaarten als de huishouder van het kasteel er aan komt. Hij loopt naar zijn cel en komt hem officieel vragen om zijn woord te geven niet te ontsnappen. Dan loopt hij naar de anderen. Jurt blaft hem af, Merlijn wil zijn woord niet geven, Despil wel.
Wat later komt hij Rhex halen die naar een luxe kamer in een andere vleugel wordt gebracht. Hij kan er zelfs zwemmen en trainen. Hier zal hij voorlopig gevangen zitten, zijn eten wordt gebracht. Hetzelfde wordt met Despil gedaan, die zit nu bij Rhexenor.
Even later wordt er een karretje gebracht met al zijn spullen, inclusief het zwaard. Deirdre komt ook langs, ze wordt uitgenodigd mee te eten. Ze draagt een tamelijk futuristische uitrusting. Er komen hier zo vaak lui die de boel willen opblazen en die worden niet opgesloten. Ze vraagt wat hij voor iets op zijn kamer had, kan het zijn dat hij daar iets had liggen wat beter niet kon zijn. Niet dat hij weet. Een van de bedienden zegt dat er een pakje is gebracht en op zijn kamer is gezet. Een rood kistje. Het zat in een papier, maar gloeide rood op. Despil kent dat soort kistjes wel, dat is een soort van Logruskistje en als je dat verkeerd open maakt, ontploft het.
Eigenlijk bevalt het Deirdre als hij het paleis had opgeblazen, had best stoer geweest. Jammer voor Vialle, maar ze mag haar toch niet. Dat stomme gedoe met dat blind zijn enzo.
Haar uitrusting stopt kogels, kinetische energie.
Despil heeft een hekel aan zijn moeder, niet fijn als ze je steeds mislukt noemt. Deirdre is geschokt. Zo noem je je eigen kinderen toch niet.
Despil zit er niet mee dat Merlijn met ontplofspreuken beter is dan hij. Deirdre vraagt Rhex wie zijn pakjes zou openmaken. Zijn vriendin was niet meer hier toch? En wie blaast er een kasteel op met 1 bom? Misschien zal ik er Gérard bij halen, die vindt dat leuk. Normaal halen we er Bleys bij, maar Random is boos op hem.
Dan komt Gérard in de kamer, die iedereen enthousiast zowat de ziekenboeg in mept. Hij gaat het uitzoeken.
Despil en Rhexenor gaan schaken. Rhex is in vier zetten mat. Opnieuw. Rhex gaat liever wat trainen, Despil leest liever een boek.

Na een paar dagen komen Random, Corwin en Gérard binnen. Het is onderzocht, zegt Corwin, door Gérard. Je bent vrij, zegt Random, Sorry. Het is allemaal gebaseerd op een misverstand. Een van de schoonmakers is verdwenen… op wat stukjes na dan.
Ze weten niet door wie het pakje is gebracht, gewoon met de post. Ze hebben nu bij de postkamer iemand die verstand heeft van Logrusbommen. En met Vialle gaat het ook al wat beter. Despil accepteert niet zomaar de verontschuldigingen die worden aangeboden. Merlijn en Jurt zijn gisteren ontsnapt. Despil wil ze even troeven, dan kun je ze alsnog je verontschuldigingen aanbieden. En mijn moeder natuurlijk.
Dan weet Rhex wie het kistje heeft gestuurd, vast Dara. Onwaarschijnlijk. vinden de anderen. Dan komen Jurt en Merlijn aan, die eigenlijk de excuses niet goed genoeg vinden. Wat willen jullie dan? Heb je geen schatkamer waar we iets kunnen uitzoeken, zegt Despil. En anders een eigen kamer. Merlijn heeft die al, Jurt wil nu ook. Na heel wat gesteggel krijgen ze dat ook. Merlijn bedenkt nog wel iets. Macht heeft hij genoeg. Random wordt tevens geacht verontschuldigingen aan Deirdre, Bleys, Caine en Julian aan te bieden. Hoewel Corwin dat laatste niet nodig acht: het zou ook een bom van hem kunnen zijn. Een Chaosbom? Onwaarschijnlijk.

Rhex gaat naar zijn paard, Jurt komt hem achterna en gaat mee. Ze gaan naar Amber stad. De paarden willen niet met Jurt, ze moeten wat gedwongen worden. Een gewoon klein paard lukt dan wel.

Jurt vertelt wel eens in het bos geweest te zijn. Met Morwenna, geheime zaken. Ze gaan wat fruit kopen en de servieswinkel binnen. Jurt is heel voorzichtig daar, besluit om maar naar buiten te gaan, struikelt over een losse veter, tegen een tafel aan, die door een andere tafel heen gaat enzovoort. Een kopje is nog heel, zegt Jurt trots en geeft ze een zak goud. Dan naar de bloemist om 2 boeketten te kopen. Eentje met ‘get better soon’ voor de koningin. Jurt wil ook bloemen kopen en terug om dat ene kopje te kopen. Hij koopt giftige bloemen met stekels voor de koningin. Doe maar niet, zegt Rhex, ze is blind. Oh, kunnen we dan niet beter een ‘cure blindness’ kopen. Doe dan maar bloemen voor blinden.

Ze rijden weer terug naar het kasteel. Jurt vindt de bloemen maar lelijk, die geef je niet aan de koningin en hij gooit ze weg.
Halverwege is hij weer omgedraaid, gaat hij terug naar de stad. Komt later terug met een groot pak. Ze gaan naar de ziekenboeg waar ze met haar hoofd en een arm in het verband zit.
Vialle is heel blij met de bloemen. Ze vindt het erg van het dode personeel. Ze zag het niet aankomen, zegt ze. Jurt vertelt haar over het verlies van zijn oog. Uitgebreid. Hij heeft haar een kruisboog gekocht.
Ze heeft wel eens last van voorspellende dromen, zoals zijn vrienden die door een soort honden worden aangevallen. Jurt heeft dat ook soms. Rhex heeft wel een Deja Vue. Vialle laat de zuster de kruisboog en de bloemen zodanig neer zetten dat ze er goed bij kan.
Hij geeft Rhex een troef en verdwijnt.

Ronardo, Wiiliam en ik zijn nu op de twaalfde wereld, een jaren 2000 wereld. Hier is een conflict gaande in de Gaza strook. Het is hier vrij warm. Gaan naar een bibliotheek in Jeruzalem. Met een beetje patroon is het niet moeilijk om de boel even uit te laten vallen. Het restarten duurt heel lang. Wat hacken en dan heeft hij een adressenboek van officieren. Vinden wel een aantal Marcella’s. Niet de goede. Na militaire acties wordt er hier zo’n 10 % vermist. Er is een onderzoek geweest die Unit heet die onderzoekt. Er is een contactpersoon die je kunt emailen. Er is ook een telefoonnummer: Johnson. Adres opgezocht. Kantoor van de unit in Beiroet.
Er is een leuke meid tussen de wachtenden met lang zwart haar, zij mag eerst. Ze zoekt naar de Barbie fanclub.
Bij het verhuurbedrijf huurt Ronardo een bepantserde auto met Arnold de chauffeur. Arnold heeft kort blond haar en een raar Russisch accent en weg zijn we al. Ronardo vist met zijn handschoen en haalt een enorm wapen van zeker 30 kilo op. William wil een pistool met patronen.

Nee, ik wil niets. Ik krijg een rotpistooltje. Onderweg komen we monumenten tegen van pantserautos.
Er zijn ook uitgebrande wrakken van auto’s en bussen. Onderweg wordt er toch regelmatig geschoten. Bij de grens mogen we gewoon doorrijden. Over de snelweg komen we Beiroet binnen, de halve stad is kapot geschoten. En er is een zwaarbewaakt hoofdkantoor van de UN, hier mogen de wapens niet mee naar binnen. Bij de receptie vragen we naar de kolonel. Natuurlijk hebben we een afspraak. Dan krijgen we een pasje. Worden gehaald door een jongeman. We krijgen een stevige hand van de kolonel. We vertellen dan we iemand kwijt zijn. Naam is niet bekend, komt niet voor in de bestanden. Hij zoekt in de lijst, er wordt van alles uitgeprint en we krijgen een pakje met foto’s. Hij zal Marcella’s gegevens apart opslaan. Hij keek ons toch weer niet aan. Wel iets raars met de man. Ronardo vraagt naar een bunker. Ik heb liever een goed hotel. Dat schieten is van tien jaar terug, hooguit af en toe sluipschutters. 3 dagen een huis in een compound gehuurd.
Daar gaan we heen, krijgen de wapens weer terug. En door de stad worden we beschoten en alles.
Vanaf een kapot gebouw begint er iemand te schieten. Ronardo en Arnold hebben veel lol met schieten en Arnold komt terug met twee dode lui. Politie en brandweer komen erbij. We worden ondervraagd en dan naar de compound gebracht. Opvallend is dat er allemaal dames zijn vermist met een hoog IQ.
We komen bij een huis aan het strand aan zee. Overdag komen we daar bij zijn huis, William peutert de deur open. Het is allemaal keurig netjes.

Alles is ongebruikt. Keurig. In de kelder is een leeg wijnrek. Aan de werkbank is jaren geleden gewerkt. Aan de draaibank gedraaid, er schuift een deur open. Bij de deur zitten van die oogjes. Vlak om de hoek blijkt een knopje te zitten, dat uitgezet wordt. Dit is heel moderne High Tech. Er is een paneel met vreemde tekens, ik heb ze nog nooit gezien. Het lijkt wel een verzonnen schrift. Er zit ergens een soort van microfoon en rare communicatie. Er komen steeds rare berichten binnen, komt echt niet bekend voor. Het zou Klingon kunnen zijn, zegt Ronardo. Geen idee hoe die techniek werkt. Het heeft een achtergrond, of de letters er op zitten. Er staat een stoel, de rest hoort hier niet thuis en er is iets. Er zijn wel knoppen op het paneel, niet wat Ronardo bekend is.
Ik druk de toets rechts onder in. Paneel veranderd en ik zie een plaats waar het nacht is en er lopen militairen rond. Donkere mensen met kroeshaar. Er zijn een aantal plaatsen te zien waar militairen zijn. En bij een bepaalde toets de berichten weer. Na en toets hoor je Gloeps, mazawapizie. Beeld weg, knop. Qua geluid is het niet echt menselijk. Ronardo concentreert zich met psy, en dan biep biep. Tellertje begint te lopen. We rennen en alweer een huis in de hens. Er leek een krachtbon onder ons te zitten die niet alleen in deze wereld werkt. Het was ergens op gericht, niet op 1 van die andere werelden. We volgen de kolonel. Ineens troebelt de auto weg en dan een rare druk op de oren, weer rare geluiden en dergelijke. We worden slaperig. Met de auto gauw de andere wereld in, de honden achter ons aan. Die honden gaan erg hard. En ze kunnen tegen een heleboel. Auto wordt aangevallen door honden. Ik krijg niemand er uit. Ronardo is beter in troeven en stoppen en moeilijk. Deirdre haalt hem door. De auto stopt, zijn geshift.
Waar zijn we. Op een strand aan zee, tamelijk onbewoond. Vrij gemakkelijk te shiften. Het is een heel eind van die werelden vandaan, echt ver. Er komt een man aanlopen, tamelijk gebruind en een lange zwembroek en een schepnet. Is vrij verbaasd, halflang zwart haar, zuideuropees type. Arnold komt weer bij. Astica zijn we nu. Hij heet John, zegt de man. Haalt wat bierflesjes uit een emmertje. Wordt getroefd door Ronardo.
Deirdre wil hem wel troepen sturen. Maar dan bemoei je je wel met die wereld. Hij vertelt wat we hebben gevonden, ze geeft hem bier en een mars en straks kunnen ze ergens gaan eten.
Ze heeft een soort koptelefoons die geluid buiten sluiten. Als dat werkt kan hij er meer krijgen.
Hij vertelt wat we hebben meegemaakt bij kolonel Johnson thuis. Hij laat zo’n hondenstokje zien en ze haalt het helemaal uit elkaar. Vreemde tech, zegt ze, het lijkt een desintegrator. Ze vindt het geweldig.
Het is raar dat ze blijkbaar merkten dat we er waren toen Ronardo met psy zich concentreerde. Door een andere wereld heen voelen wat er is gebeurd. Neem wat vechters mee en iemand met psy talent. Typisch dat Benedict hem stuurt. Ze gaat wel wat regelen en gaat Rhex vragen als hij uit de bak is.

Ik klets met John en William. Het is een eiland, deze tijd is rond 1920, de electronica werkt niet hier. Het zijn meer allemaal eilanden, er zijn bruggen tussen sommige eilanden. Magie is ze niet helemaal onbekend. Iedereen heeft hier een boot en kan zeilen of surfen. Rhex neemt contact op. Vertel over de munt van Orpheus. Ik stel hem voor aan John. Daarna haal ik Ronardo voor die een koffertje in de hand heeft. John en Rhex gaan vissen vangen. Krabben en vis.

Ronardo troeft Benedict, hij vertelt de situatie. Hij raadt Deirdre aan, hij denkt dat die troepen echter niet mee moeten gaan doen. Hij kan voor schilden zorgen. Hij vertelt hoeveel mensen er zijn, zes setjes. Een psi extra zou hij niet doen, dat gaat opvallen. Iets tegen geluid en iets tegen wapens. Armbanden. Hij geeft ook nog een psi schild, een soort metalen haarband, nadeel is dat je eigen magie/psi ook niet goed werkt. Werkt niet overal, niet in low tech.
Setje blasters komt er ook nog bij, ook al high tech, goed voor afstand.
Later nog meer koffer, ook met lichtzwaarden. Eerst zelf een wereld vinden, dan pas iemand die kan helpen sporen.
Rhex troeft Deirdre. Ze heeft nog meer zooi. Hij wil ook nog machinegeweren. Die werken minder goed, zegt ze. Nog een koffer met een wapen. En dan nog overal pakken.

Ronardo troeft naar Julian, die hem koel aankijkt. Hij vertelt over wat hij aan het doen is, over hondmannen die niet kapot te krijgen zijn. Ja, moet je iemand hebben die ze kan volgen. Hij kan niet lang weg, we verwachten een invasie van Dalt.
Ronardo maakt een troef van John, die er graag cool op wil staan met surfplank. Een beetje teleurgesteld dat Ronardo hem zelf wil houden. Hij geeft John een kaart van zichzelf, begin zich meteen te concentreren.

Weer terug op die wereld, alle wapens springen aan.

Julian komt met paard, zonder honden. Hij kijkt rond, heeft de dunne wand zo in de gaten. Er is iets dat vreemd is. Het is iets dat je gedachten stoort, het belemmert je om iets te vinden. Hij trekt een boog, schiet ergens een bol naar beneden. Dat hing daar en het is een ding met camera. Het hing er eerder en je wordt gedwongen dit te vergeten. Waarschijnlijk heeft Benedict dit gevoeld en daarom Ronardo met zijn psi er op af gestuurd. Hij fronst: zien we dat niet. Ik kijk. In de verte staat een gebouw, dat zie je nu pas. Een raar metalen gebouw in de verte. Rhex en Arnold zien het niet. Het is vierkant, er zitten ramen in en er lopen hondmensen rond. Zodra je ophoud met concentreren, verdwijnt het. Je hebt iets nodig dat je geest beschermd. Het camouflagepak werkt ook, net als de haarbanden. We hebben de juiste spullen. Ze zitten hier in het openbaar en gaan er van uit dat ze niet worden gezien.

No comments:

Post a Comment

Iets toe te voegen of op te merken? Graag!