School in Begma/ Gesprek met Bleys/ Zaakjes van Random/

Ronardo merkt dat er iets is op zijn kamer en gaat op onderzoek uit. In de buurt van het raam voelt hij iets ‘kriebelen’. Uit het raam kijken helpt niet. Dan worden de kozijnen bekeken, niets te vinden.
Hij heeft een vrij grote kamer met balkenplafond. Er zijn meerdere ramen, het grootste kijkt uit op de binnenplaats. Er is een badkamer met wc. Een linnenkast en bureau met stoel in de kamer.
Hij gaat staan op de plek waar het meest ‘kriebelt’. Hij kijkt naar de balk boven zijn hoofd, sleept met zijn bureau tot ongenoegen van zijn benedenburen. Hij gaat op zijn bureau staan, kijkt dan op de balk en ziet daar een gat in. Met een olielampje schijnt hij in het gat, ziet zo niets. Hij graait met zijn gehandschoende hand in het gat, hoort een soort van getinkel als van glas. Hij haalt het met zijn ‘veilige’ handschoen eruit, een sterretje (een bolster) gemaakt van allemaal driehoeken. Het is kleurig, voelt patroonachtig aan, maar ook iets anders. Het tintelt in zijn hoofd, hij concentreert zich en merkt dat hij iets kan. Hij heeft een soort van ‘link’. Hij stopt het sterretje weg, heeft het gevoel het te kunnen gebruiken, hij voelt iets bekends.
Dan gaat hij slapen.
De volgende ochtend gaat hij ontbijten in de eetzaal. Er vormen zich wat clubjes en er zijn ook mensen die nooit bij iemand anders zitten. Hij gaat in de buurt van wat anderen zijn. Raoul stelt zich voor, ook aan vriend Peter. Ronardo zegt dat hij alles gaat studeren, Raoul zegt dat dat bijna nooit lukt.
“Heb je bij jou thuis nooit geleerd over bescheidenheid?”
“Dat zie je niet veel in Koningshuizen.” Die van Amber zijn opscheppers. Er zijn er een paar in Rebma gaat studeren en die zijn er uit getrapt. Ze willen weten wat er gegeten wordt in Rebma. En is het echt waar dat ze daar halfnaakt rond lopen? Ronardo vertelt er een vriendin te hebben, de Prinses.
“Zijn jullie Amberieten een soort van demonen?”
“We zijn verre afstammelingen, maar ik kan er niets mee.”
Laatst, een paar jaar geleden was er een oorlog, omdat de demonen het koninkrijk kwamen opeisen. Welnee, zegt Raoul, er was een coup. Iemand wilde de koning zijn. Oh, je bent zo’n jonge prins? En dan al zo’n opschepper? Zoon van Fiona, dat is de beste tovenares van iedereen! Ronardo wil alles leren weten. Raoul en Peter zijn bezig met van alles, maar weten nog niet wat ze echt gaan studeren. Raoul is ziek geweest en moet nu een jaar opnieuw doen. En Peter staat veel op de gang. Hij vindt het hier saai, maar moet tovenaar worden, net als de rest van de familie.
Raoul lijkt het leuk om iets met dood en aarde te doen. Als hij iets met zombies wil doen, weet hij meteen waar ze liggen. Peter denkt aan vuur.
Ze hebben juffrouw Lekkerwijf, die geeft illusies. En de Dikke, Dunne en de Bolle. Bolle doet de rondes. Ze hebben allemaal bijnamen, het magere wijf heet ‘de Stok. Er is een groepje de Tutjes. Die ene jongen heet ‘Loner’. Hij doet leven.
“Zijn de vrouwen een beetje gemakkelijk in Rebma.”
“Het gaat wel.” Hij heeft daar niets gestudeerd.
Dan beginnen de lessen, Ronardo komt erachter dat het lastig is om alles tegelijk te volgen, voornamelijk omdat er vakken tegelijkertijd staan gepland.
Hij is een weekje bezig en dan weet hij voor welke vakken hij genoeg heeft aan alleen de boeken en voor welke hij de lessen moet volgen
De ster blijkt spreuken tijdelijk sterker te maken, boost ze op en slaat ze op. Handig om mee vals te spelen. Hij is beter als hij zich op die ster concentreert. Ronardo wordt gezien als ‘talent’ nu. Hij kan er ook informatie mee onthouden, erg handig met proefwerken. Hij denkt dat het gemaakt is.
Moyra wil graag gered worden door Ronardo. En laat zich doorhalen. Ze heeft iets te weinig en te bloot aan. Met zijn handschoen zoekt Ronardo een groene jurk en laarsjes, ze doet alles aan en het staat haar perfect. Hij vertelt over de school.
Ze heeft ineens een idee, pakt troef van haar moeder, discussieert met haar. Het eindresultaat is dat zij er ook gaat studeren.
Andrew is er, Moyra van Rebma stelt zich voor, hij kent haar van naam en is zeer vereerd. Ze komt hier studeren en wil een kamer in de buurt van die van Ronardo.
Inmiddels weet Ronardo dat de troepen weg zullen gaan uit Eregnor.
“Goed van je geregeld,” zegt Moyra. “Je bent dus ambassadeur van Rebma en Kashfa?”
“Ook van Amber en Eregnor. En een beetje van Begma en Corrilane.”
Haar moeder bespreekt altijd eerst alles en dat zegt ze ook tegen mensen die met een voorstel komen. Kashfa handelt met land waar moeilijk mee te handelen viel (Corrilane), ze handelen nu met Rebma. Ze doen het goed. Sand is geen Amberiet, dat had ze dan geweten. Hij vertelt meer over Sand. Haar moeder vond het een goed idee dat ze hier studeerde, vooral dat ze magie zou leren. Ronardo wil gewoon goed gaan worden overal in.
“Dat klinkt als iemand die ik ken,” zegt ze wat humeurig. Hij wil ook spreuken gaan doen.
Ze wil graag iets met leven gaan doen, mensen genezen enzo.
Ze gaan wat shoppen, op zoek naar een leuke tent om te eten en naar het theater, er is een zwaar aangedikte opera. Er zijn meer mogelijkheden, zoals een toneelstuk, ‘mijn Oma’ met gesprekken over de dood. En dan een blijspel over koffers verwisselen. Ze kiezen voor dat laatste. Haar moeder vindt het leuk, opera. Random heeft eens iets met elektrische instrumenten gedaan in Rebma. Het was een hoop herrie en de jongeren vonden het wel leuk. Wel met zware teksten ook. Over een jongen over die poeder snoof en ruzie kreeg met zijn ouders.
Ze hebben een goede plek in het theater. De neurotische hoofdrolspeler maakt er een bende van. Hij wordt verliefd op een ander, het hotel brandt af, de zuurpruimen krijgen elkaar, de neurotische man de mooie dame.
Daarna gaan ze wat dansen en drinken. Hij vertelt dat hij echt gaat studeren, dus hij zal minder tijd voor haar kunnen vrij maken. Dit stelt haar behoorlijk teleur, ze komt hier immers speciaal voor hem ‘studeren’. Hij wil best met haar in bed liggen – met een studieboek zeker. Haar broer is ook al zo serieus.
Dat wordt een weekeinde met fun.
Hij troeft na een paar dagen naar Bleys, die blij is om hem te zien. Hij haalt hem door, hij komt in een soort laboratorium, er loopt ook nog een andere roodharige man rond, Cedric.
Bleys neemt hem mee naar een kantoortje en schenkt wat wijn.
Ronardo vertelt naar Dark End geweest te zijn en wat de verrader heeft verteld. Dat die dingen moeten worden uitgemoord. Hij zegt dat hij met zijn moeder het verhaal heeft uitgewerkt. Voor de Deep Ones gaat hij naar Gérard. Hij weet van zoveel dingen.
De insluiper kan zowel in Chaos zitten als in Amber, Bleys heeft ook gegevens verzameld en daar klopt Ronardo’s verhaal mee. Iets of iemand is bezig achter de schermen, met beïnvloeden van bepaalde Chaosieten en bepaalde Amberieten buiten Amber tegen elkaar op te zetten. De wat zwakkeren van geest zijn er niet goed tegen bestand. Het gaat om jonge Chaosieten en Amberieten die in Schaduw wonen, hoewel die laatste waarschijnlijk meer weerstand hebben.
“We denken dat er iemand achter zit, we denken 1 persoon en dat is mogelijk iemand anders dan die Tarkan. Je moet nooit zomaar aannemen dat een bepaald iemand het is. Het is zeer de vraag of hij de zoon van Finndo is. Voor zover we hebben kunnen nagaan heeft Finndo geen dochters of zonen gehad. Of hij moet ze heel goed verborgen hebben gehad. Maar het is raar dat hij nog zou leven. De ‘zoon’ heeft mogelijk bepaalde machten die met feniks te maken hebben en dan kan hij niet zijn die we zoeken.
In de Hoven is er mogelijk iemand actief die de boel opstookt. We hebben er een paar in vizier. Eentje wordt Het Masker genoemd, die weet erg veel. Het is mogelijk dat deze ook mensen beïnvloed. Misschien is dat een Chaosiet of iemand die er woont. Het Masker is nog niet zo lang actief en een buitenbeentje.
Een andere mogelijkheid is dat Jurt vervangen is door iemand anders, hij gedraagt zich bijzonder vreemd de laatste paar maanden. Of Merlijn, die is een poos weg geweest. Mandor is vreemd, Despil is verdacht en zelfs Dara en Sawall zijn verdacht. Er klopt daar iets niet. Er komt een huwelijk aan tussen Mandor en Morwenna. Dat is uiterst verdacht, maar we gaan haar eens goed aan de tand voelen. Ze houdt één en ander achter, maar dat krijgen we er dan wel uit.”
“Er is ook iemand terug gekeerd, Iolanthe,” zegt Ronardo.
“Die is bezig met uitroeien van bepaalde Chaosieten. Ze voert tegen twee huizen oorlog in haar eentje, vast iets van vroeger.
Er zijn steeds meer bepaalde Chaosieten in Arden, die zijn misschien opgestookt. We weten dat Dara en de meeste families van de Hoge Raad niet van plan zijn om weer met Oorlog tegen ons te beginnen. We denken dat die insluiper daarmee bezig is. Het doet me denken aan het plan van Brand, maar ik weet niet of deze er achter zit. Het klonk indertijd nogal logisch, maar zijn uitvoering is nogal radicaal. Ik denk niet dat hij te beïnvloeden is of vervangen is. Misschien komen Brands plannen uit dezelfde bron als die van de insluiper. Want waar haalt Brand zijn plannen vandaan?
De combinatie: stel dat de Tarkan nep is, dan zou het verklaren de manier waarop die Chaosieten worden beïnvloedt, dan stookt hij ze op in hun slaap. Dat is allemaal in onderzoek. We zijn er nu mee bezig om die dromen af te schermen. Maar hoe hij komt aan die macht? We hebben hem niet te pakken kunnen krijgen. Het is raar dat hij zich alleen bezig houdt met ‘kinderen van’.”
Ronardo vertelt dat de Dwalers moeten worden uitgemoord.
“Dan moeten we daar een plan voor bedenken. Het is gewoon een kwestie van hoe blazen we de planeet op. Weet je of techniek er werkt?”
“Morwenna en Jurt zijn er geweest.”
“Hm, ook al verdacht. En of ze weet of techniek er werkt? Die kan volgens mij niet eens een blaster onderscheiden van een vlammenwerper.”
Bleys probeert Morwenna te troeven, maar komt er niet door.
“Dan misschien Jurt, maar die wil ik niet hier hebben.”
Via een troef gaan ze eerst naar Bleys’ huis, ze wandelen langs het strand. Dan wordt Jurt getroefd, die zich laat doorhalen.
“Wat leuk je weer te zien! Wist je dat ik ook een kamer heb in Amber, leuk hè!” begroet hij enthousiast.
“Weet jij of techniek werkt bij die lui die niet gezien willen worden? Jij bent toch op die wereld geweest?”
“Ja, maar er was niets. Het was er trouwens erg naargeestig, helemaal niet goed.”
“ Zou Morwenna dat weten? Ik krijg haar niet getroefd.”
“Er is iets raars met haar, ik kan haar ook steeds niet bereiken. Maar die weet niets van techniek hoor. Ze komt uit het stoomtijdperk. Op zich wel interessant, alleen gaan stoommachines altijd stuk.” Jurt valt languit op het strand.
“Heb je last van dromen?” vraagt Bleys dan.
“Ja, enorm veel. Dat iemand me achterna zit. Ik droom altijd. Steeds weer dat ik niets mag zeggen en dat mensen me achterna rennen die me iets willen zeggen.”
Bleys zucht.
“Ik bedoel of je boodschappen krijgt door middel van dromen.”
“Boodschappen scherm ik af. Het gaat toch alleen maar om auto’s en tandpasta en dergelijke.”
“Nee, ik bedoel dromen waarin je als Chaosiet wordt opgestookt tegen Amberieten.”
“Nee, maar er zeggen er wel eens wat over, ze zeggen wel eens wat over de troef tegen elkaar. In Chaos heb je altijd die stemmen in je oor. Bij wijze van spreken. Ze hebben een jeugdbeweging, een club van Wie Durft. Bijvoorbeeld bunjeejumpen bij de Abyss. Hij mag geen lid meer van zijn. Want hij won steeds en het touw brak. Hij is nu een soort van erelid, hij is al wat ouder nu hè… Of ze spugen Julian op zijn kop. Er is een nieuwe die leuke dingen verzint: Radius ofzo. Hij heeft vaak paarse spullen aan, dat past bij zijn ogen. Ja, misschien heet hij Darius. Gewoon een nieuwe Chaosiet om Amberieten te pesten bij ‘Wie Durft.’ Eén keer in de zoveel tijd hebben we een bijenkomst waar hij bij is. Nee, we vragen niet waar hij vandaan komt.”

Rhexenor zal binnenkort naar de Rechtszaak gaan, hij zal contact opnemen met Corwin als hij klaar is. Hij gaat nu leren hoe hij een beetje kan bluffen.
“Ik weet de perfecte leraar.”
“Julian hè,” zegt Corwin.
Hij troeft Random dan.
“Ben je je vrouw aan het verwaarlozen? Moet ik er eens kijken? Wat kan ik voor je doen?” Rhex wordt doorgehaald. “Is dat Corwin?” zegt Random.
In een drukke moderne straat komt hij aan, ze zijn in Spanje. Het is belangrijk om de Spaanse woorden te leren voor eten, bier en drank. Ze gaan eten in ‘la Castagnet’, een barrestaurant waar hij heer Rudolf wordt genoemd en Rhex is nu Rens. Ze komen veel eten brengen. Intussen wordt er flink gedronken.
Rhex laat de brief zien en vertelt dat het om een Spikard gaat.
“Heb je hem nog?”
“Nee, ik ben hem kwijt. Ik was iemand iets schuldig.”
“Goed verweer dat. En niet gaan trouwens. Die lui zijn er op uit je een hak te zetten, Chaosieten zijn niet te vertrouwen. Ze gaan aanslagen plegen en van alles.”
“Er zijn onlangs 9 aanslagen op me gepleegd…”
Rhex legt waarom hij hier is.
“Ik lieg niet zo vaak en kan het niet echt goed. Niet dat ik je wil beledigen, maar jij kan goed bluffen.”
“Oh, je wilt leren hoe slimmer te zijn dan iemand anders. Klooien gaat daar niet, je hebt geen Patroon. Je wilt training? Ik heb een afdeling mensen, een organisatie van mensen die dingen voor me doen, experts in dingen voor elkaar krijgen. Spionnen. Je zult ze mogen, zij jou ook. Je kunt van vorm veranderen, dat is erg handig. En ze zijn met een zaakje bezig waar je mee kunt helpen. Ik ben hun baas, als je dat leuk vindt kan ik ook meedoen. De tijd gaat wat sneller dan in Amber en ik kan er wat aan klooien. Alleen moet ik het weer terug zetten als ik terug ga, anders zijn ze bejaard als ik terug kom.”
Ze gaan met de lamborghini, de wereld veranderd. Rhex kan shapeshift en Feniks. Misschien kunnen ze daar ook mee klooien, denkt Random.
Ze overnachten in een duister landhuis van Random, waar hij bekend is. In de kelder zijn ze aan het trainen, Rhex krijgt een aantal wapens, een koordje met twee bolletjes. Slinger je om een hals, de bolletjes ketsen tegen elkaar en het hoofd van de oefenpop is er af. Rhex krijgt een pijltjeshorloge en meer gadgets. Ook schoenen met een bom erin, hij wordt aangesloten aan leugendetector en moet liegen zonder uitslaande pijltjes.
“Je moet werken met je huid. Je huid verstrakt een beetje als je liegt. Je huid kun je toch ontspannen houden?” Zo lukt het wel. . Het komt er op neer dat Random heel wat handige apparaat ideetjes uit ‘de film’ heeft. Met brillen kun je het internet op en dingen uit laten zoeken over mensen. Of zien wat ze onder hun kleren aanhebben.
Al die dames hebben metalen ondergoed aan. Jammer. Random en Rhex niet, maar ze zijn getrouwd.
Hij krijgt training, leert zich af te vragen wat mensen willen, bedoelen en dergelijke. Ook om ze te bedriegen. Het is aardig om op iemand een koppel wolven af te sturen als deze graag vecht. Ze hebben vreemde humor. De vrouwen hebben er geen problemen mee om met iemand naar bed te gaan, maar als ze niet willen, kunnen mannen hun mannelijkheid verliezen.
Ze zijn geïnfiltreerd in de organisatie van een Russische miljonair die over olie gaat, de man moet gesaboteerd gaan worden, het moet een ongeluk lijken en dan gaan ze het overnemen. Er zijn ook organisaties van Bleys en Fiona, maar die zijn slecht en zwak. Die van Bleys hebben betere spullen, die van Fiona hogere tech, maar die vinden het erg dat er iemand dood gaat. Ze hebben een centrum waar ze dingen afluisteren met moderne apparatuur. Niet alleen telefoon, maar ook troeven. Van iedereen. Dat doen ze niet altijd, het werkt ook niet overal. Ze stoppen een troef in een apparaat en dat is dan af te luisteren. Je kunt er zo ook achter komen waar iemand is, opsporen. Er is een speciaal troevendek met Chaosieten, zo weten we precies waar ze zijn. Martin zit er ook tussen, net als Xeena, zo handig om te weten waar ze uithangen. Van Mandor weten ze niet waar hij is, Jurt weten ze nooit, van Merlijn altijd.
Rhexenor is in missie en krijgt iets dat speciaal is. Een witte troef, op de achterkant een joker.
“Wat moet ik hiermee?” Nee, hij heeft geen troef dus. Over die Feniks hebben ze het nog.
“Hou de kaart vast.”
“Natuurlijk heb ik geen troef, ik ben geen Jurt…”
“Doe dat niet!” Al eerder noemde hij de naam Droppa. De kamer vol troef wordt snel verlaten.
“Heb je niet opgelet? De vijand luistert altijd mee. Als je iets hebt dat je niet wilt dat ze willen afpakken, kun je deze troef gebruiken. Doe je rugzak af, concentreer je, en stop die rugzak erin.” Dat doet hij en heeft dan een kaartje met rugzak erop. Handig, als je ergens gefouilleerd wordt. Er zijn soorten troeven die je expres aan iemand geeft en die kunnen bijvoorbeeld ontploffen. Met troef kun je ontzettend vals spelen.
Hij heeft een troef die je kan laten zien wat je wilt. Dan is het een troef van hem, maar eigenlijk van iemand anders.
“Corwin heb ik al een aantal keer te pakken gehad met troeven, altijd lachen. Hij pakt in noodsituaties een troef, een willekeurige troef. Zo heeft hij hem een keer laten belanden in het bed van een getrouwde vrouw en daarbij is de echtgenoot vermoord. Van een geintje maakt Corwin gegarandeerd een zooitje.”
Rhex concentreert zich op de kaart en haalt zijn rugzak eruit. Een witte troef, hij moet afgesloten worden wel, adviseert Random.

“Waarom ga je niet bij Dyenne langs? Ga daar een paar dagen heen.” Hij komt thuis en weet meteen bespiedt te worden. Eén van de tuinmannen doet nogal verdacht. De huishoudster moffelt haastig iets weg. Mensen beginnen te rennen en dingen te doen, er liggen kleedjes verdacht, hij ziet een microfoontje op een lamp. Hij schroeft het open, het microfoontje is niet aangesloten, een draad is doorgeknaagd. De kat kijkt verdacht, snuffelt aan hem, hij stopt de micro weer terug.
Er is veel aan de hand in dit huis. De wieg is leeg, er zijn geen sporen van een gevecht. De balkondeuren staan open. Beneden zit Dyenne in de tuin met baby.
Overal ziet hij schuldig kijkend personeel. Dyenne heeft iets verdachts met haar haar gedaan en lacht typisch. Omhelst hem, duwt hem zijn dochter in handen. Die is onschuldig, hoewel… wat werd er ook weer verteld over drugs smokkelen in luiers?
Ze praten wat over het afluisteren. Personeel verbergt altijd iets, zegt Dyenne.
“Is dat allemaal vanwege die brief? Je moeder is hier geweest en we hebben gepraat over die brief. Je kunt stelen wat je wilt, wat kunnen ze je maken?”
Hij gaat er gewoon heen dus, met Corwin en Sean. Dat komt wel goed, denkt ze. Zeker als ze geen bewijs hebben. Tot die tijd kan hij hier lekker eten, luiers verschonen en wandelen met de baby. Rhex vraagt zich af of Dyenne een minnaar heeft en probeert de microfoon op de lamp weer aan te sluiten. Iedere keer echter komt de rotkat de verbindingen en apparatuur kapot knagen. Hij staat op het punt om Caine te troeven als hij zelf troefcontact krijgt.
Julian wil wel mee om Owen op te zoeken. Hij haalt zijn paard, honden en valken. We troeven naar de put.
“Je bent toch goed met Patroon, daar kun je toch de boel leefbaar mee maken.” De tijd gaat nog steeds sneller, ik kreeg die niet goed terug. Ik heb bijna 2 weken gemist hier.
Owen is blij me te zien, Mandor ook, maar niet erg gelukkig met de aanwezigheid van Julian. Na een middag van spelen met Owen, is er de avondmaaltijd, waar ik vertel over het gebeuren met Brand.
“Interessante manier om iemand te verbannen, door een stuk Zwarte Weg af te knijpen. Van wie was dat idee?”
“Van Caine of Bleys,” zegt Julian.
Na het eten speelt Julian met het kind. Owen vindt het geweldig. Dan is het bedtijd voor Owen, er moet een monster mee wat hij leuk vindt.
Op mijn slaapkamer spreek ik even alleen met Mandor. Onze zaak schijnt er doorheen te zijn, maar we moeten wachten op een rechtszaak, Rhexenor is beschuldigd van diefstal door huis Jesby.
Hij kent het kistje, heeft dat meer gezien. Het erfgoed van huis Sawall. De beveiliging is veranderd, geschikt gemaakt voor mij. Er zit een soort Spikard in, maar het is iets anders. Een soort van ring, ken ik het verhaal van de 9 ringen?
Het is heel erg oud, het is een soort anti-ring. Spikards trekken macht uit Schaduw, de Sawall ring een is een combinatie van zoiets met Logrus. De ring is oud, gevaarlijk en niet om mee te klooien. Als je die omdoet kun je geen magie meer, maar anderen ook niet. Het stoort alles en iedereen, heel vervelende ring als je die omdoet. Het is iets dat geen ene Sawall om zal doen.
Waarom Owen zo’n ring krijgt? Geen idee. Misschien leert hij nooit magie en dan kan het hem een voordeel geven in bepaalde gevallen.
Of de oude Sawall Owen dus ziet als een Sawall? Zeer waarschijnlijk. Mandor denkt dat het ook mogelijk is dat het echt voor mij bedoeld is en dat de oude man mij dus ziet als een Sawall. Waarom? Alweer: geen idee.
Ik zou de ring gewoon kunnen gebruiken, dan leg ik alles dus lam. Hij weet niet hoe het werkt op Patroon. De ring is getest in de buurt van een echte Spikard, dat valt uit. Knappe lui die hem gebouwd hebben, want daarna hield de magie dus op. Een beetje anti-Logrus. Huis Sawall is oud en goed in magie.
Ik doe het kistje open. Het heeft een fluwelen binnenkant, daarin een ring met fonkelende paarse stenen, een grote in midden, er omheen kleintjes. De ring lijkt van zilver. Er is iets mee, Mandor vraagt of ik hem niet wil omdoen graag. Misschien hoopte Gramble dat ik thuis was toen. Tenslotte is hij seniel…
“Misschien moet ik eens met hem praten,” zeg ik.
“Ik ga je niet tegenhouden. Ik weet niet wat hij zal doen en zeggen”
Dan gaat hij zijn aanstaande schoonvader drank aanbieden. Even later zitten we alle drie in de grote zaal, de mannen met flinke kroezen bier, ik heb om wijn gevraagd en gekregen.
“Ik heb gehoord van Morwenna dat je loskomt als je flink wat drinkt,” zegt Mandor tegen Julian.
“Ik zal je zeggen wat me dwars zit,” zegt Julian, “ik ben een echte Chaosietenhater, de meeste mag ik niet. Ik heb je echter de vorige keer ook al gezegd dat je voor een Chaosiet meevalt. Wat wel grappig is dat jullie je ontmoeting min of meer aan Patroon te danken hebben.”
“Het Oerpatroon is er een met humor. Misschien ging het het Patroon alleen om de baby, mij gaat het om meer,” zegt Mandor. “Die vreselijke honden van jou, daar zit ik mee. De vorige keer had je ze niet mee.”
“Ik kan problemen hebben op de Zwarte Weg straks weer terug. Er zijn problemen in Arden, jongelingen die bezig zijn de boel op stelten te zetten, de demonenjager uitdagen. Ik probeer ze in leven te laten.”
“Maak ze gewoon dood. Of je moet ze goed bang maken, ik kan helpen.”
“Nee dank je, ik hoef niet nog meer demonen in Arden.”
Daarna komt het gesprek op allerlei verschrikkelijke wapens, er worden er een heleboel door vooral Mandor opgenoemd. Sommige Chaosieten zweren bij vlammenwerpers. Hij herinnert zich een voorval met Jurt die iemand tegenkwam die de vlammenwerper geweldig vond, dus Jurt wilde dat ook. Niet alleen het huis en zichzelf stak hij in de brand, maar ook de tank op zijn rug ontpofte. Hij heeft wel een week in ziekenhuis gelegen. Hij was toen 13.
Na een opmerking van mijn vader, zoek ik het kindermeisje op dat ergens aan het poetsen is en praat wat met haar. Ze zorgt eigenlijk nooit meer voor Owen, want dat mag niet van ‘de meester.’
Naderhand praat ik daarover met Mandor. Hij zegt dat het een heel dure ty’iga is, inderdaad niet erg nuttig op het moment. Hij zal erover denken wat nu te doen, ik zeg dat hij haar beter kan terug sturen naar waar ze vandaan komt.
Met behulp van de machtsbron, Patroon en conjuration EN hulp van Julian en Mandor wordt de leefomgeving aanzienlijk verbeterd. Er is nu water er zijn wat kleine dieren en er is meer plantengroei.
Na een paar dagen nemen we afscheid. Mandor en Owen blijven daar, Julian gaat naar een andere plek in Arden dan ik. Van daaruit troef ik Rhex om eens op kraamvisite te mogen komen. Dat kan meteen, nadat hij Dyenne heeft ingelicht.
Na vele aanwijzingen en instructies achten ze het veilig dat ik de baby even vast houd. Het is een mooi kind, erg levendig. Ze grijpt de knuffeldraak die ik had meegebracht beet en begint er op te sabbelen, wat aanleiding is tot een hele uitleg over waarom een baby dat doet.
Dyenne is aardig, praat over de problemen die ze nog steeds ondervindt als landsvrouwe. Het lijkt erop dat ze haar niet serieus nemen, maar wat kun je anders verwachten met dat Amber personeel dat ze hebben meegekregen.
Rhex vertelt over de aankomende rechtszaak in de Hoven. Ik leen zijn Dara-troef en troef naar haar. Dara vertelt me dat troeven voortdurend worden afgeluisterd.
Ze zal me morgen troeven, dan hebben we een afspraak. Meteen zowel officieel (met mogelijk andere mensen die ze wil gaan uitnodigen) en persoonlijk.
Ik geef Rhex zijn troef weer terug.